Configuratiemogelijkheden ProBIS Asbest 2014

Eigenaar Taal Status
Laurens Eykelkamp (Administrator) Nederlands Published

Asbest 2014 and GCS Server are software products designed and produced by Groome Computer Services B.V. The Neterlands. Use of this software is only permitted to holders of a valid license agreement for these products.

 

   Inhoudsopgave

  1 Inleiding
  2 Configuratiemogelijkheden
  2.1 Structuur configuratie Asbest 2014
  2.2 Wijzigen van configuratiebestanden
  2.2.1 Aanpassen configuratie via configuratiescherm
  2.2.2. Aanpassen configuratie via Kladblok of Notepad
  2.3 Configuratie en gebruik GCS Server als Service voor communicatie
  3 Beschikbare configuratiebestanden
  3.1 OnderzoeksOpzet.ini
  3.2 Standaard lijsten
  3.3 Standaardteksten
  3.4 Configuratiebestanden voor instellingen ProBIS Asbest 2014
  3.5 Bestanden voor Scriptfaciliteit en configuratiemogelijkheden
  3.6 Opmaak ASBESTTO.LST
  3.7 Laboratorium configureren voor communicatie
  4 Configuratie- en Programma-updates beschikbaar stellen voor Tablets
  4.1 Gewijzigde configuratiebestanden beschikbaar stellen voor tablets
  4.2 Programma updates Asbest Inventarisatie beschikbaar stellen voor tablets en desktop
  4.3 Configuratiebestanden gereedzetten vanuit Asbest Werkvoorbereiding
  4.4 Programma-updates gereedzetten vanuit Asbest Werkvoorbereiding
  4.5 Licentiebestand voor tablet klaarzetten voor automatische uitwisseling
  5 Toelichting specifieke functionaliteiten
  5.1 ShowHide.ini voor Asbest Inventarisatie en ShowHideEindcontrole voor Asbest Eindcontrole
  5.2 ShowHideRapportage.ini voor Asbest Rapportage
  5.3 Vertaaltabellen voor Asbest Inventarisatie en Asbest Rapportage
  5.4 Configuratiebestand DeskResearchItemsType.ini
  5.5 NotitieAfsprakenDefault.ini
  5.6 Eigen formulieren met vragen definieren en gebruiken
  5.7 Inventarisaties aanmaken op basis van eigen projectdatabase
  5.8 KIS Klantendatabase configureren
  5.9 Handmatige instelbare settings in ConfigAlgemeen.ini
  5.10 Nieuwe inspecteurs beschikbaar maken voor ProBIS Asbest en GCS Server Service
  5.11 Configuratie voor het filteren van analyseresultaten via AnalysesFilter.ini
  5.12 E-mail faciliteit beschikbaar maken in ProBIS Asbest Inventarisatie en Eindcontrole
  5.13 Reporting faciliteit beschikbaar maken in ProBIS Asbest Inventarisatie en Eindcontrole
  5.14 Formulier met verplichte vragen invullen als een item in overzicht wordt aangeklikt
  5.15 Document lezen of formulier invullen verplichten bij starten inventarisatie
  5.16 Instellingen in LAVS Algemeen.ini
  5.17 Toestemming geven voor loggen van diagnostische gegevens
  5.18 Keuzelijst Geschiktheid.dat en mogelijkheden voor rapportage
  5.19 Autonummering projecten
  5.20 Koppeling PostcodeNL API: postcodes en adressen valideren
  5.21 Blootstellingregistratie, registratie van de blootstelling in een database
  5.22 Instelmogelijkheden voor universele GCS Script
  5.23 Planning kunnen mailen aan inspecteurs en andere belanghebbenden
  5.24 Status instellen op adressen en/of ruimte/bronnen in Complexmatrix
  5.25 Flexibel instellen opslaglocatie projectfolders en methode van archiveren 'ConfigOpslaglocaties.ini'
  5.26 Instellen scherm met details projecten 'ProjectDetailsSchermRap.ini' en 'ProjectDetailsSchermInv.ini'
  5.27 Instellen Autonummering Monsters
  6 Voorbeeld rapportages uit ProBIS Asbest
 
Dit document is bedoeld voor geregistreerde gebruikers van het bovenstaande product. De inhoud van dit document wordt u as-is aangeboden. Groome Computer Services is niet verantwoordenlijk voor het gebruik van de informatie uit dit document.

1 Inleiding


 

Dit document beschrijft hoe de configuratie van ProBIS Asbest 2014 kan worden aangepast. Eerst wordt uitgelegd hoe de configuratie in zijn werk gaat en hoe deze aangepast kan worden. Vervolgens worden alle configuratiebestanden benoemd en toegelicht, waarna afsluiten een aantal bestanden uitgebreid worden toegelicht.

2 Configuratiemogelijkheden


 

Dit hoofdstuk beschrijft de mogelijkheden voor configuratie van de Asbest 2014 software.

2.1 Structuur configuratie Asbest 2014


  In het onderstaande voorbeeld is een eenvoudige weergave van een installatie van de ProBIS Asbest 2014 software weergegeven:

In dit voorbeeld zijn alle folders met gegevens, programmabestanden, configuratie en andere bestanden, onder 1 map gegroepeerd. In de praktijk zal dit vaak verspreid zijn over meerdere mappen. Op de tablets wordt het opslaan van data in de programma folder van Windows niet geaccepteerd. Veel van de mappen zijn dan aanwezig onder de Documenten map van de gebruiker.

Dit document beschrijft welke configuratiebestanden er zijn en in welke map deze voor mogen komen.

De configuratie van ProBIS Asbest 2014 wordt bepaald door bestanden met instellingen die in de configuratiemap(pen) aanwezig zijn. ProBIS Asbest 2014 kent 2 configuratiemappen; een locale configuratiemap met specifieke gegevens van een inspecteur en een centrale configuratiemap met configuratiebestanden die door meerdere gebruikers worden gebruikt. Uiteraard is er op een tablet geen sprake van meerdere gebruikers, de tweesplitsing in configuratiemappen is echter wel van toepassing.

Het programma zal bij opstarten eerst bepalen waar de persoonlijke configuratiebestanden van de inspecteur zicht bevinden. Dit doet het programma door uit de snelkoppeling te bepalen waar deze bestanden zich bevinden. Het is namelijk zo dat de lokale configuratiemap die gebruikt moet worden doorgegeven kan worden via de snelkoppeling naar het programma. In het onderstaande voorbeeld wordt dit getoond. Na de verwijzing naar ASBESTRP.EXE, 'ProBIS Asbest 2014.exe' of een van de andere applicaties, volgt dan een spatie en een verwijzing naar de persoonlijke configuratiemap. Voorbeeld snelkoppeling:

            "C:\Program Files\ProBIS Asbest 2014\Program\ProBIS Asbest 2014.exe" C:\My Documents\ProBIS Asbest 2014\Config

In deze persoonlijke configuratiemap C:\My Documents\ProBIS Asbest 2014\Config zoekt het programma dan naar de INI file van de applicatie (bijvoorbeeld Asbest.ini of AsbestRP.ini), opent deze en bepaalt hieruit waar de centrale configuratiebestanden zicht bevinden (sleutel ‘ConfigCentraal’). Deze worden dan verder gebruikt door het programma!

Denk er dus aan dat als u mappen verplaatst dat dan niet alleen wijzigingen in de snelkoppeling doorgevoerd moeten worden, maar ook in Asbest.ini of AsbestRP.ini om de nieuwe locatie van de centrale configuratiemap en overige mappen aan te geven!

Op deze basis opmaakt voor de GCS softeware snelkoppelingen zijn nog kleine varianten mogelijk. Asbest Werkvoorbereiding en Asbest Inventarisatie gebruiken namelijk hetzelfde programmabestand. Echter door een switch '-VB' toe te voegen in de snelkoppeling kan het programma in Werkvoorbereidingsmodus gestart worden ipv in Inventarisatiemodus. Dit ziet er dan als volgt uit:

           "C:\Program Files\ProBIS Asbest 2014\Program\ProBIS Asbest Inventarisatie 2014.exe" -VB C:\My Documents\ProBIS Asbest 2014\Config

2.2 Wijzigen van configuratiebestanden


 

In de configuratiemap zijn bestanden met verschillende extensies aanwezig. Vrijwel alle bestanden zijn ASCII tekstbestanden die met behulp van Kladblok van Windows gewijzigd kunnen worden. Dit document beschrijft kort de configuratiemogelijkheden die er zijn.

In de volgende paragrafen wordt aangegeven wat de inhoud en de functie van de bestanden is.

De configuratie kan op 2 manieren worden aangepast.

2.2.1 Aanpassen configuratie via configuratiescherm


 

Voor een aantal van de configuratiebestanden geldt dat ze vanuit de programma's zelf gewijzigd kunnen worden. Hiervoor beschikken de programma's over een configuratiescherm. Open deze, pas de wijzigingen toe en sluit het scherm. De wijzigingen zijn dan doorgevoerd.




2.2.2. Aanpassen configuratie via Kladblok of Notepad


 

Daarnaast zijn er configuratiebestanden die uitsluitend buiten het programma om zijn aan te passen. De instellingen moeten dan rechtstreeks in het bestand worden doorgevoerd en opgeslagen. Na een herstart van het programma worden deze instellingen dan gebruikt. De inhoud van dergelijke bestanden kan op de volgende algemene wijze aangepast worden:

  1. De bestanden bevinden zich in de configuratiedirectory van het systeem (meestal \Config of \Config centraal)
  2. Met kladblok of Notepad verandert u het relevante bestand
  3. Sla de wijzigingen op en herstart het programma

De wijzigingen zijn nu actief!

Voorbeeld:

2.3 Configuratie en gebruik GCS Server als Service voor communicatie


 

Ten behoeve van het uitvoeren van de communicatie is een server applicatie geïnstalleerd in uw systeem. Deze server moet draaien om communicatie tussen de tablets en desktop mogelijk te maken. Deze server applicatie heet GCS Server en is geïnstalleerd als een Windows Service. Dit houdt in dat het geen gebruikersinterface heeft. Het is een Windows Service wat inhoudt dat het volledig door Windows wordt gecontroleerd, bij bijvoorbeeld een herstart van de computer zal de service vanzelf weer opgestart worden. Deze service is in principe dus altijd beschikbaar en actief.

De GCS Server Service is meestal geïnstalleerd op de netwerk server, maar kan ook draaien op een stand alone computer die dan continue aan staat.

De bekijken status van de Service en de mogelijkheid om de service te starten en te stoppen kan gedaan worden via de Services mogelijkheid uit het configuratiescherm van de desktop PC waarop de service draait:

                   

Voor meer informatie over de installatie en configuratie wordt verwezen naar de documenten 'GCS Server draaien als een Service.pdf' en 'GCS Server Gebruikershandleiding.pdf'.

Zie voor het toevoegen van nieuwe inspecteurs http://www.groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=197&D_ID=3#197

3 Beschikbare configuratiebestanden


 

Dit hoofdstuk beschrijft en benoemt de beschikbare configuratiebestanden

3.1 OnderzoeksOpzet.ini


 

Vanaf versie 3.7 van de ProBIS Asbest software, wordt de opzet van een inventarisatie bepaald door de zogenaamde onderzoeksopzet. Een gebruiker kan één of meerdere onderzoeksopzetten definieren via het configuratiebestand OnderzoeksOpzet.ini. Bij de in gebruikname van 3.7 wordt een standaard configuratie in het bestand aangemaakt, gebaseerd op het feit dat oude projecten verwerkt moeten worden en dat er 2 basis opzetten zijn voor een complex en een adres gebaseerde inventarisatie.

In OnderzoeksOpzet.ini staan één of meerdere 'Plan{nr}' secties met daaronder diverse sleutels. {nr} staat hierbij voor een oplopend volgnummer. De sleutels per sectie hebben de volgende functie:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[Plan{nr}]

UniqueID

Verplicht! Unieke ID voor de onderzoeksopzet. Bijzondere codes: PRE2017TYPEA en PRE2017TYPEB (voor type A en B onderzoeken uit de SC540 situatie), CmplxDef en AddDef (voor complex en adresgedreven inventarisaties conform de nieuwe norm. Mochten er nieuwe onderzoeksopzetten worden toegevoegd dan kunnen deze een eigen, unieke code toegewezen krijgen

 

Type

Code voor type. Geef naar wens een type die getoond wordt in overzichten.

 

Description

Verplicht! Eénregelige beschrijving van de onderzoeksopzet die in de keuzelijst wordt getoond bij selectie tijdens het aanmaken van een nieuwe inventarisatie

 

ShortDescription

Verplicht! Korte omschrijving die als Type onderzoek in het rapport wordt geplaatst

 

Overview

Verplicht! Term voor overzicht van type onderzoek op hoofdscherm in ProBIS Asbest applicaties

 

Pre2017

Flag 1 of 0 of het een onderzoektype in de PRE2017 situatie betreft. Heeft invloed op doelstelling en omvang lijstjes. Bij uitzondering gebruiken, standaard is 0 geen pre2017 onderzoek!

 

UseForAddress

Flag 0 of 1 of de onderzoekstype beschikbaar moet zijn voor een Address type inventarisatie

 

UseForComplex

Flag 0 of 1 of de onderzoekstype beschikbaar moet zijn voor een Complex type inventarisatie

 

Norm

Term voor de beschijving van de Norm confirmiteit op de schermen van de ProBIS Applicaties

 

Default

Of het als default voor een type onderzoek gebruikt moet worden (= 1)

 

ShowHide

Optioneel. Naam van het ShowHide bestand dat gebruikt moet worden voor Inventarisatie en Werkvoorbereiding. Wordt verwacht in centrale configuratiemap. Indien niet aangegeven wordt ShowHide.ini gebruikt

 

ShowHideRapportage

Optioneel! Naam van het ShowHide bestand dat gebruikt moet worden voor Rapportage. Wordt verwacht in centrale configuratiemap. Indien niet aangegeven wordt ShowHideRapportage.ini gebruikt

 

Prefix

Optioneel! Vaste tekst die altijd vóór de projectcode geplaatst moet worden. Standaard leeg. Voorbeeld 'Inventarisatie-'. Mag code {yyyy} of {yy} bevatten, deze worden vervangen door jaartal

 

Postfix

Optioneel! Vaste tekst die altijd achter de projectcode geplaatst moet worden. Standaard leeg. Voorbeeld '-001'. Mag code {yyyy} of {yy} bevatten, deze worden vervangen door jaartal

 

NEN2991

Of het een NEN2991 onderzoeksopzet betreft (waarde = 1). Alleen geldig als u de NEN2991 module actief hebt voor ProBIS Asbest. Standaard is 0, geen NEN2991 onderzoek

 

TranslationINV

Optioneel! Naam van het vertaalbestand voor Werkvoorbereiding en Inventarisatie dat gebruikt moet worden voor de onderzoeksopzet. Standaard is ProBIS_Asbest_Inventarisatie_translation.dat. Bestand met andere naam wordt automatisch aangemaakt

 

TranslationRap

Optioneel! Naam van het vertaalbestand voor Rapportage dat gebruikt moet worden voor de onderzoeksopzet. Standaard is ProBIS_Asbest_Rapportage_translation.dat. Bestand met andere naam wordt automatisch aangemaakt

 

TranslationRapMod

Optioneel! Naam van het vertaalbestand voor de rapportagemodule dat gebruikt moet worden. Standaard is Asbestrp.tra. Bestand met andere naam wordt automatisch aangemaakt

 

ReikwijdteFile

Optioneel! Bestandsnaam van het alternatieve bestand met termen voor de reikwijdte die gebruikt moet worden voor deze onderzoeksopzet. Standaard is dit Reikwijdte.dat

Dit bestand heeft naast het aangeven van de termen voor in de keuzelijst, ook functionaliteit bij het rapporteren van deze gegevens. Elke regel uit het bestand ziet er namelijk als volgt uit:

       Term in keuzelijst|Term voor rapportage lange tekst|Term voor rapportage korte tekst

 

AanleidingFile

Optioneel! Bestandsnaam van het alternatieve bestand met termen voor de aanleiding die gebruikt moet worden voor deze onderzoeksopzet. Standaard is dit Aanleiding.dat

 

TypeAsbestFile

Optioneel! Bestandsnaam van het alternatieve bestand met termen voor het type asbest voor bronnen voor deze onderzoeksopzet. Standaard is dit TypeAsbest.DAT

 

SoortAsbestFile

Optioneel! Bestandsnaam van het alternatieve bestand met termen voor het soort asbest voor bronnen voor deze onderzoeksopzet. Standaard is dit SoortAsbest.DAT

 

OppervlakteStructuurFile

Optioneel! Bestandsnaam van het alternatieve bestand met termen voor de oppervlaktestructuur van bronnen voor deze onderzoeksopzet. Standaard is dit OppervlakteStructuur.dat

 

OppervlakteConditieFile

Optioneel! Bestandsnaam van het alternatieve bestand met termen voor de oppervlakteconditie van bronnen voor deze onderzoeksopzet. Standaard is dit OppervlakteConditie.dat

 

OwnForm{nr}

Optioneel! Eén of meerdere namen van EigenFormulieren die gebruikt moeten worden voor deze onderzoeksopzet. Indien er geen enkele OwnForm sleutel is opgenomen dat worden alle eigen formulieren gebruikt (wel afhankelijk van ShowWVB, ShowINV en ShowRap)

 

ShowDocumentAtProjectStartup ShowFormAtProjectStartup 

Optioneel! Bieden de mogelijkheid om de instellingen van documenten of eigen formulieren bij openen van een inventarisatie in Asbest Inventarisatie in te stellen. Dit overrulled dan de eventuele instellingen hiervan in ConfigAlgemeen.ini! Zie voor meer informatie http://groomecs.nl/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=317&D_ID=3#324

Hierin is {nr} een oplopend volgnummer dat door moet lopen om goed ingelezen te worden.


Voorbeeld:

[Plan1]
UniqueID=PRE2017TYPEA
Type=PRE2017TYPEA
Description=Type A
ShortDescription=Type A
Overview=Type A
Pre2017=1
UseForAddress=0
UseForComplex=0
Norm=SC540:2011
Default=1
ShowHide=ShowHide_TypeAPre2017.ini
ShowHideRapportage=ShowHideRapportage_TypeAPre2017.ini
[Plan2]
UniqueID=CmplxDef
Type=
Description=Standaard opzet voor Complexen
ShortDescription=Complex
Overview=Opzet complex
Pre2017=0
UseForAddress=0
UseForComplex=1
Norm=Werkveldspecifiek certificatieschema
Default=1
[Plan3]
UniqueID=AddDef
Type=
Description=Standaard opzet voor Adressen
ShortDescription=Opzet voor individuele adressen
Overview=Opzet adres
Pre2017=0
UseForAddress=1
UseForComplex=0
Norm=Werkveldspecifiek certificatieschema
Default=1

Hierin zijn dus 3 onderzoeksopzetten beschikbaar. De eerste wordt alleen nog gebruikt als het een 'oud' project is dat in de vorige versie van ProBIS Asbest is aangemaakt (voor 2017). Verder is er een Complex onderzoeksopzet die alleen voor complexen gekozen kan worden (UseForComplex=1). De derde opzet is voor adres gebaseerde inventarisaties en kan alleen voor adressen gekozen worden (UseForAdress=1). Deze derde wordt als default gebruikt indien een ouder project wordt geconverteerd. Zie ook dat voor de eerste opzet andere bestanden worden gebruikt voor ShowHide en ShowHideRapportage dan de standaard bestanden!

X

3.2 Standaard lijsten


 

Tijdens de invoer in ProBIS Asbest 2014 is het in bepaalde situaties mogelijk om keuzes te maken uit een lijst met keuzes. Deze keuzes zijn aanwezig als standaardlijstbestanden in de configuratiemap van ProBIS Asbest 2014. In elk bestand is een regel na regel opsomming van de keuzes uit de lijst aanwezig, u kunt eenvoudig keuzes verwijderen of toevoegen.

Om de keuzes in een standaardlijst aan te passen moeten de volgende stappen gedaan worden:

  • Bepaal eerst de keuzelijst die u wilt gaan veranderen, bijvoorbeeld de aanleiding
  • Zoek in de onderstaande tabel welk configuratiebestand voor de te wijzigen lijst wordt gebruikt. Voor aanleiding is dat dus ‘Aanleiding.dat’;
  • Open nu Windows Verkenner en ga naar de centrale configuratiemap (\Config centraal). Zoek het betreffende bestand (‘Aanleiding.dat’) op en dubbelklik het;
  • Het bestand opent nu in kladblok als het goed is. Let op dat als je dit bestandtype voor het eerst opent op de PC, dat u dan eenmalig aan moet geven dat u het met kladblok wilt openen!;
  • Pas nu de regels in het bestand aan, verwijder regels of voeg nieuwe toe. Sluit het bestand en sla het op;
  • Herstart het programma en zie dat de keuzelijst nu is aangepast!

In de volgende tabel worden de aanwezige standaardlijsten weergegeven met de namen van de relevante data bestanden:

UitvoerdersSCA.dat
Bestandsnaam Omschrijving
AANLEIDING.DAT Keuzelijst met aanleidingen voor de inventarisatie
AfmetingenRuimte.dat Keuzelijst voor het invoerveld met de afmetingen van de ruimte.
Noot: Om de waarden voor minimaal te nemen hoeveelheden monsters bij een NEN2991 risicobeoordeling dynamisch in te vullen is het mogelijk om in AfmetingenRuimte.dat bij elke keuze voor een afmeting na een | teken de numerieke waarde voor de betreffende oppervlakte op te nemen (of de waarde < of >). Op basis van de genormeerde aantalen worden de minimum aantallen dan bepaald en ingevuld. Voorbeeld '
ASBESTVERMOEDENREDEN.DAT Keuzelijst voor de reden dat er meer asbest wordt vermoed
BEREIK.DAT Keuzelijst met termen voor bereikbaarheid
BEVEST.DAT Keuzelijst met termen voor bevestiging
BRONNEN.DAT Keuzelijst met bronnen die geraadpleegd zijn voor het vooronderzoek
DoelVanHetOnderzoek.dat Keuzelijst met doelen voor het onderzoek
DrawingsType.dat Keuzelijst voor type projecttekening. Elke regel heeft twee aanvullende rubrieken: (2) als standaard gebruiken (0 of 1) en (3) basistype 1=situatieschets of 2=kadastrale kaart
Voorbeeld: Situatieschets|1|1|
Wordt automatisch aangemaakt indien afwezig
EerderonderzoekResultatenKeuzelijst.dat Keuzelijst voor resultaten van een bron van eerder onderzoek voor Eindcontrole
EerderonderzoekResultatenMateriaal.dat Keuzelijst voor invoerveld materiaal bij resultaten van eerder onderzoek voor Eindcontrole
EerderonderzoekResultatenOmschrijving.dat Keuzelijst voor invoerveld omschrijving bij resultaten van eerder onderzoek voor Eindcontrole
EerderOnderzoekResultatenBevestiging.dat Keuzelijst voor invoerveld bevestigingsmethode bij resultaten van eerder onderzoek
EerderOnderzoekResultatenRisicoklasse.dat Keuzelijst voor invoerveld risicklasse bij resultaten van eerder onderzoek
EerderUitgevoerdOnderzoekType.dat Keuzelijst voor invoerveld type onderzoek
EmailSubject.dat Keuzelijst met standaard onderwerpen voor het aanmaken van e-mail
FactuurEenheid.dat Keuzelijst met eenheden voor bedragen op de factuur
FactuurOmschrijving.dat Keuzelijst met omschrijvingen voor bedragen op de factuur
FactuurPrijsPerEenheid.dat Keuzelijst met prijzen per eenheid voor bedragen op de factuur
FASES.DAT Keuzelijst met Fases voor het onderzoek
FunctieBron.DAT Keuzelijst voor de functies van de bron
GebouwTypeObject.dat Lijst met keuzes voor het type object dat voor een gebouw van toepassing is
Geschiktheid.dat Lijst met keuzes uit de selectielijst voor de geschiktheid van het onderzoek. Zie ook nadere beschrijving later in dit document
HOOFDGR.DAT Lijst met hoofdgroepen en aspecten
HoeveelheidEenheid.dat Lijst met eenheden voor de hoeveelheid indien deze als getalwaarde wordt ingevoerd
HoeveelheidMateriaalBron.dat Lijst met termen die gekozen kunnen worden in het tekstuele invoerveld voor hoeveelheid materiaal voor een bron
INSPECTEURS.DAT Lijst met namen van Inspecteurs, SCA codes en e-mail adressen gescheiden met | teken per regel
ITEMS.DAT Keuzelijst met items waarop specifiek het onderzoek is gericht/niet gericht
Kelder.dat Keuzelijst met items voor keuze kelder
MonsterMateriaal.dat Keuzelijst voor de materialen die voor monsters gebruikt worden
MonsterVerpakkingsMateriaal.DAT Keuzelijst voor de verpakkingsmaterialen van monsters
MonsterPlaatsomschrijving.DAT Keuzelijst voor de plaatsomschrijving van monsters
MonsterPompnummer.dat Keuzelijst voor de pompnummer voor het luchtmonster
MonsterInstrument.dat Keuzelijst voor het gebruikte instrument voor het luchtmonster
MonsterFiltertype.dat Keuzelijst voor het filtertype voor het luchtmonster
OppervlakteConditie.dat Keuzelijst met items voor de conditie van de oppervlakte van het asbestverdachte materiaal
(A) Eventueel kan deze naam ingesteld zijn via OnderzoeksOpzet.ini, sleutel OppervlakteConditieFile
(B) Indien de BRL modus actief is moet via een tweede rubriek in elke regel aangegeven worden in welke klasse deze valt. Mogelijke waarden in deze situatie:
          1 = Groep 1 Sterk beschadigd (breukvlakken, putjes, gaten) of sterk verweerd > 6 punten
          2 = Groep 2 Licht beschadigd of verweerd > 3 punten
          3 = Groep 3 Geen beschadigingen of verweerd > 0 punten
OppervlakteStructuur.dat Keuzelijst met items voor de structuur van de oppervlakte van het asbestverdachte materiaal
(A) Eventueel kan deze naam ingesteld zijn via OnderzoeksOpzet.ini, sleutel OppervlakteStructuurFile
(B) Indien de BRL modus actief is moet via een tweede rubriek in elke regel aangegeven worden in welke klasse deze valt. Mogelijke waarden in deze situatie:
          1 = Groep 1 Open vezelstructuur > 10 punten
          2 = Groep 2 Gesloten vezelstructuur, maar niet volledig afgeschermd > 5 punten 
          3 = Groep 3 Afgescherm dicht oppervlak door niet asbesthoudende constructieonderdelen van het gebouw > 0 punten
PotentieelRisicovolMaatregelen.dat Keuzelijst met maatregelen die geadviseerd worden bij een potentieel risicovolle situatie voor een bron
REDENEN.DAT Keuzelijst met redenen van het niet inspecteerbaar zijn van een object
SANURG.DAT Keuzelijst voor saneringsurgentie invoerveld
TweedeLezer.dat Lijst met namen die geselecteerd kunnen worden als tweede lezer van een rapport  
UitvoerdersSCA.dat Lijst met namen van Inspecteurs en SCA codes gescheiden met | teken per regel
SoortAsbest.dat Keuzelijst met soort asbesthoudend materiaal
(A) Eventueel kan deze naam ingesteld zijn via OnderzoeksOpzet.ini, sleutel SoortAsbestFile
(B) Indien de BRL modus actief is moet via een tweede rubriek in elke regel aangegeven worden in welke klasse deze valt. Mogelijke waarden in deze situatie:
          1 = Groep 1 Amfibool (crocidoliet, amosiet, anthophylliet, tremoliet, actinoliet) > 2 punten
          2 = Groep 2 Serpentijn (chrysotiel) > 0 punten
StandaardNamenBronToevoegen.dat Keuzelijst met standaard namen voor bronnen die worden getoond in een combobox op het moment dat een nieuwe bron wordt aangemaakt
StandaardNamenRuimteToevoegen.dat Keuzelijst met standaard namen voor Ruimten die worden getoond in een combobox op het moment dat een nieuwe Ruimte wordt aangemaakt
RapportStatus.dat Keuzelijst voor status van rapport
TechnischeRuimte.dat Keuzelijst met items voor keuze technische ruimte
TypeAsbest.dat Keuzelijst voor 'Type Asbest' voor bronnen
(A) Eventueel kan deze naam ingesteld zijn via OnderzoeksOpzet.ini, sleutel TypeAsbestFile
(B) Indien de BRL modus actief is moet via een tweede rubriek in elke regel aangegeven worden in welke klasse deze valt en voor een klasse 5 een rubriek 3 om het aantal punten aan te geven. Mogelijke waarden in deze situatie:
          1 = Groep 1 Spuitasbest en asbestkoord > 20 punten
          2 = Groep 2 Asbesthoudend stucwerk, brandwerende plaat (type brandwerende board), asbestkarton > 10 punten
          3 = Groep 3 Asbestcementproducten (zoals plaat, riolering/standleiding, leidingschacht) > 5 punten
          4 = Groep 4 Asbestcement golfplaten > 5 punten 
          5 = Groep 5 Andere asbesthoudende producten > 5-20 punten instelbaar via rubriek 3 

In rubriek 4 kan een tekst worden geplaatst die getoond wordt wanneer dit type gekozen wordt.

UitvoerdersSCA.dat Lijst met namen van Inspecteurs en andere medewerkers. In de extra rubrieken (gescheiden met | teken) worden aanvullende gegevens van elk persoon weergegeven. De volgende rubrieken zijn mogelijk:
  1. Naam waarop gezocht wordt
  2. SCA Code van de persoon
  3. Geboortedatum van de persoon
  4. Te gebruiken code indien Timewax export van toepassing is
  5. Bestandsnaam van de handtekening van de persoon. Mag volledig pad zijn, anders wordt het gezocht in \Config centraal of persoonlijke configmap
UitsluitingenBeperkingenBetreft.DAT Keuzelijst met termen voor uitsluitingen en beperkingen
UitsluitingenBeperkingenVoorkomenMateriaal.DAT Keuzelijst met termen voor uitsluitingen en beperkingen tbv voorkomen/materiaal X
UitsluitingenBeperkingenNaderOnderzoek.DAT Keuzelijst met termen voor nader onderzoek bij uitsluitingen en beperkingen
VervolgAanpak.DAT Keuzelijst met aanpak van het vervolgonderzoek voor een bron.
Noot: voor elke regel mag een code komende te staan mbt de urgentie/risico ivm met elke aanpak. Mogelijke codes zijn [1] Risicovol en urgent, [2] geen potentieel risico of [3] of niet gebruikt geen actie.
VerdiepingBron.dat Keuzelijst met termen voor de verdieping waarop een bron zich bevindt  
VerdiepingRuimte.dat Keuzelijst met termen voor de verdieping waarop een ruimte zich bevindt  
VerwijderMethode.dat Keuzelijst met termen voor methode van verwijdering of type sanering X
Weeromstandigheden.dat Keuzelijst met termen voor de weeromstandigheden  
Zolder.dat Keuzelijst met termen voor omschrijving zolder  
XX

3.3 Standaardteksten


 

Bestanden met standaardteksten zijn zichtbaar in een lijst op het scherm met het grote invoerveld dat geopend wordt als er een button met een ">" teken naast een invoerveld wordt geklikt. Er verschijnt dan een scherm met een extra groot invoerveld in beeld. Onder dit invoerveld ziet u een lijst met een aantal bestanden; de zogenaamde standaardteksten. Er kunnen meerdere standaardteksten voor 1 invoerveld van toepassing zijn. Als een dergelijk bestand in ProBIS Asbest 2014 wordt dubbel geklikt, dan wordt de inhoud van de standaardtekst in het betreffende invoerveld geplaatst. Deze tekst kan dan voor het specifieke project aangepast worden. Voordeel hiervan is dat een vaak gebruikte tekst niet elke keer ingetypt hoeft te worden.

U kunt een standaartekst aanmaken door in de map \Config centraal een tekstbestand aan te maken. Verander vervolgens de naam van het bestand naar een logische naam die de inhoud van de standaardtekst beslaat. De bestandsnaam komt namelijk in de lijst met de standaardteksten te staan. Gebruik voor het bestand de juiste extensie zoals in onderstaande tabel aangegeven. Open vervolgens het nieuwe bestand in kladblok of notepad en voer de gewenste standaardteks in. Er mogen hier alinea's in gebruikt worden, lege regels zijn echter niet nodig omdat de opmaak later bij het aanmaken van het rapport wordt bepaald. Sla het bestand op en de standaardtekst is gereed!
Er kunnen meerdere standaardteksten per onderwerp worden gemaakt. Een bestaande standaardtekst kan worden aangepast door het in kladblok te openen en aan te passen.

Hou er rekening mee dat standaardteksten mogelijk ook naar de tablets gecommuniceerd moeten worden!

Zoals genoemd bepaalt de extensie van een bestand bij welk veld in ProBIS Asbest 2014 het hoort. Hiervan is onderstaand een overzicht gegeven. De naam van het bestand mag verder vrij gekozen worden.

Extensie

Omschrijving

Applicatie

.ABG

Voorstel af te bakenen gebied of ruimte voor sanering  

 Rapportage en Inventarisatie

.ACL

Aanvullende conclusie en aanbevelingen algemeen

Rapportage

.ACLNEN2991

Aanvullende conclusie en aanbevelingen algemeen specifiek voor NEN2991 onderzoeken

Rapportage NEN2991

.AD0

Beredenering advies uitvoering Type 0-onderzoek

Rapportage en Inventarisatie

.ADB

Toelichting advies uitvoeren Type B-onderzoek

Rapportage

.AFW

Afwijkingen en onregelmatigheden onderzoek

Rapportage en Inventarisatie

.AKT

Advies voor de korte termijn

Rapportage indien getoond

.ALT

Advies voor de langere termijn

Rapportage indien getoond

.AMA

Activiteiten en mate van activiteiten op de locatie 

NEN2991 

.AVO

Aanvullend onderzoek

Rapportage indien getoond

.AVL

Aanvullend luchtonderzoek

Rapportage indien getoond

.BEP

Projectspecifieke beperkingen

Rapportage en Inventarisatie

.BES

Beschrijving van het object

Rapportage

.BW

Bouwgeschiedenis

Rapportage en Inventarisatie

.CPO

Toelichting bij adres of complexdeel van een complex

Rapportage en Inventarisatie

.CPT

Beschrijving van een complexdeel van een comples

Rapportage en Inventarisatie

.CSM

Conclusie voor samenvatting 

Rapportage

.DCP

Toelichting bij een complex

Rapportage en Inventarisatie

.DEA

Toelichting destructief werken voor algemene conclusies en afronding scherm

Rapportage en Inventarisatie 

.DES

Toelichting destructief werken op Bron niveau

Inventarisatie 

.DID 

Toelichting bij informatie van Digitale informatiedragers 

Rapportage 

.DRT

Toelichting bij gekozen Geschiktheid of Doel voor een inventarisatie

Rapportage en Inventarisatie

.EBR

Standaardteksten voor aanmaken e-mail berichten vanuit het programma

Inventarisatie en Eindcontrole

.EOD

Toelichting op de documenten die voor een sanering aanwezig zijn bij een Eindcontrole 

Eindcontrole

.EOR

Opmerkingen voor resultaten eerder uitgevoerd onderzoek 

 

.ETB

Toelichting op uitgevoerde sanering op bron niveau bij Eindcontroles

Eindcontrole

.ETU

Toelichting op uitgevoerde sanering bij Eindcontroles

Eindcontrole

.GEV

Gevaarlijke situaties

Rapportage indien getoond

.MOT

Motivering onvolledig onderzoek

Rapportage en Inventarisatie

.OMS

Beschrijving locatie

Rapportage en Inventarisatie

.OOP 

Omschrijving van de opdracht

Rapportage en Inventarisatie 

.OOS

Omgevingomstandigheden in NEN2991 onderzoek 

NEN2991 

.OPM

Opmerkingen voor bronnen

Rapportage en Inventarisatie

.PTT 

Toelichting voor projecttekeningen

 Inventarisatie

.RIS

Toelichting risicoklasse (demontage, sloop, reden selectie enz.)

Rapportage

.RNB

Reden waarom een bron niet is bemonsterd

Inventarisatie 

.RVW 

Visuele waarnemingen voor ruimten 

NEN2991 

.RWT

Toelichting bij de keuze voor Reikwijdte of Omvang van de inventarisatie

Rapportage en Inventarisatie

.SCE

Toelichting op de eindconclusie voor asbestsaneringen tijdens een eindcontrole 

Inventaristie en Eindcontrole

.SEO

Samenvatting voor eerder uitgevoerde onderzoeken

Rapportage en Inventarisatie 

.SUR

Toelichting saneringsurgentie

Rapportage en Inventarisatie

.SVO

Samenvatting van Vooronderzoek

Rapportage en Inventarisatie

.SVT

Toelichting bij de keuze of het vooronderzoek compleet is

Rapportage en Inventarisatie

.TKG

Toekomstig gebruik

Rapportage en Inventarisatie

.TOE 

Mogelijk aanwezige toepassingen

Rapportage en Inventarisatie

.TSH

Toelichting op de beoordeling van het aanwezige saneringshandboek bij eindcontroles

Eindcontrole

.UBR

Redenen voor Uitsluitingen en beperkingen 

 Rapportage en Inventarisatie

.VAL

Standaardteksten voor de toelichting over de informatie van een rapport met validatiemetingen

Rapportage 

.VMA

Toelichting bij de keuze of de beschikbare arbeidsmiddelen voldoen

Rapportage en Inventarisatie

.VMT

Standaardteksten voor genomen veiligheidsmaatregelen 

Inventaristie en Eindcontrole

.WCS

Toelichting bij de keuze of het werkplan overeenkomt met de situatie

Rapportage en Inventarisatie

3.4 Configuratiebestanden voor instellingen ProBIS Asbest 2014


 

De volgende bestanden bevatten instellingen van ProBIS Asbest 2014. Een aantal bestanden is vanuit het programma te wijzigen.

Configuratiebestand waarmee velden van Asbest Inventarisatie naar eigen wens zichtbaar en onzichtbaar gemaakt kunnen worden. Zie voor meer informatie het hoofdstuk met toelichtingen bij specifieke configuratiebestanden elders in dit documentSjabloon voor het opslaan van verzonden e-mails vanuit de e-mail faciliteit van ProBIS AsbestProjectDetailsSchermRap.ini en ProjectDetailsSchermInv.ini
BestandsnaamOmschrijvingApplicatieLokaleCentrale
CFG-map?CFG-map?
ASBESTRP.INI Bevat configuratie instellingen Rapportage Ja Nee
ConfigAlgemeen.ini Bevat configuratieinstellingen die algemeen gebruikt worden door zowel rapportage als inventarisatie. Wordt altijd centraal opgeslagen  Inventarisatie en Rapportage Nee Ja, altijd
ConfigAutonummering.ini Configuratiebestand voor autonummering Inventarisatie Ja Ja
ASBESTPS.DAT Pauze instellingen voor afhandeling tabellen in Word Rapportage Ja Ja
ASBESTSC.LST Standaardconclusies waaruit gekozen kan worden in scherm Conclusie, met teksten die in Word geplaatst worden Rapportage Ja Ja
LET OP de speciale opmaak van dit bestand. Elk cluster met een standaardconclusie ziet er als volgt uit:
regel die in keuzelijst komt
1 of meer regels met tekst dat in rapportage komt
afsluitende zin =-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
Elke standaardconclusie heeft dus minimaal 2 regels en een afsluitende zin! Zorg dat dit format wordt gehandhaafd omdat anders het programma niet correct zal starten.
ASBESTTO.LST Lijst met te kiezen 'Type onderzoek' in scherm Inleidinggegevens (Noot: na elke term volgen | tekens met aanvullende informatie. Zie hiervoor scripthandleiding) Rapportage Ja Ja
Blootstellingsregistratie sjabloon.mdb Sjabloon voor het schrijven van de blootstellingsregistratie Rapportage Ja Ja
EMailSent_sjabloon.mdb Sjabloon voor het opslaan van verzonden e-mails vanuit de e-mail faciliteit van ProBIS Asbest Eindcontrole en Inventarisatie  Ja Ja
EMailDatabaseAddresses_sjabloon.mdb Sjabloon voor het opslaan van e-mail adressen van verzonden e-mails vanuit de e-mail faciliteit van ProBIS Asbest Eindcontrole en Inventarisatie  Ja Ja 
EXPTXT.DAT Instellingen voor het exporteren van een project naar een tekstbestand Rapportage Ja Ja
ASBEST.INI Overige instellingen voor Inventarisatie Inventarisatie Ja Ja
ProBIS Asbest Eindcontrole.ini Overige instellingen voor Asbest Eindcontrole Eindcontrole    
Asbest Rapporttype Eindcontrole.lst Lijst met te kiezen rapportopmaken bij het aanmaken van een rapport. Als ASBESTTO.LST. (Noot: na elke term volgen | tekens met aanvullende informatie, zie hiervoor scripthandleiding) Eindcontrole Ja Ja
Asbest Rapporttype Inventarisatie.lst  Lijst met te kiezen rapportopmaken bij het aanmaken van een rapport. Als ASBESTTO.LST. (Noot: na elke term volgen | tekens met aanvullende informatie, zie hiervoor scripthandleiding) Inventarisatie Ja Ja
KISCFG.DAT, KISCFG.INI Instellingen voor locatie en gebruik van de klantdatabase Rapportage Ja Ja
Inventarisatie
KoppelEigenProjectdatabase.ini Configuratie voor de faciliteit om inventarisaties aan te maken op basis van een eigen projectdatabase. Zie voor meer informatie 5.7. Alleen beschikbaar als licentie hiervoor is geactiveerd! Werkvoorbereiding Ja Ja
MELDDATA.DAT Standaardgegevens met data voor gebruik op het meldingsformulier Inventarisatie Ja Ja
RISICOOPT.DAT Aanvullende gegevens voor tabel met risicopunten. Zie voor meer informatie scripthandleiding Rapportage Ja Ja
TCPCONFIG.DAT Instellingen voor de draadloze uitwisseling van resultaten Inventarisatie Ja Ja
AANVRUBR.DAT Definitie van aanvullende rubrieken waarvoor extra informatie ingevoerd kan worden Rapportage Inventarisatie Ja Ja
ASBESTOP.DAT Instellingen voor het tussentijds opslaan van het Word document tijdens genereren Rapportage Ja Ja
ASBESTRP.TRA Bestand met vertalingen Rapportage Ja Ja
empty_KISDATA.mdb Lege Access database voor de KIS database Rapportage / Inventarisatie Databasemap Databasemap
AsbestRapportageProjectenSjabloon.mdb Lege Access database voor het overzicht van projecten in Rapportage Rapportage Ja Ja
AsbestProjectenSjabloon.mdb Lege Access database voor het overzicht van projecten in Inventarisatie Inventarisatie Databasemap Databasemap
empty_email.mdb Lege Access database voor het overzicht van verzonden meldingsformulieren per e-mail Inventarisatie Databasemap Databasemap
ASBESVRB.DAT Keuzelijst met analysenamen voor invoer analyses Asbest ANL Verwacht in programmamap Verwacht in programmamap
ASBESANL.INI Instellingen Asbest ANL Asbest ANL programma-map programma-map
AnalysesFilter.ini Mogelijkheid om analyseresultaten te filteren voor bepaalde scriptcommandos die dit ondersteunen Rapportage Ja Ja
DeskResearchItemsType.ini Configuratiebestand met de termen voor het type deskresearch. Elke tekst is ook gekoppeld aan een index voor uniform gebruikt elders in het programma. Zie voor meer informatie het hoofdstuk met toelichtingen bij specifieke configuratiebestanden elders in dit document Rapportage Ja Ja
 
Inventarisatie
NotitieAfsprakenDefault.ini Configuratiebestand met definities van Notities en Afspraken die standaard aan een nieuwe inventarisatie worden toegewezen. Kan aangepast worden vanuit Asbest inventarisatie. Zie voor meer informatie het hoofdstuk met toelichtingen bij specifieke configuratiebestanden elders in dit document Inventarisatie Ja Ja
ShowHide.ini Configuratiebestand waarmee velden van Asbest Inventarisatie naar eigen wens zichtbaar en onzichtbaar gemaakt kunnen worden. Zie voor meer informatie het hoofdstuk met toelichtingen bij specifieke configuratiebestanden elders in dit document Inventarisatie Ja Ja
ShowHideEindcontrole.ini Configuratiebestand waarmee velden van Asbest Inventarisatie naar eigen wens zichtbaar en onzichtbaar gemaakt kunnen worden. Zie voor meer informatie het hoofdstuk met toelichtingen bij specifieke configuratiebestanden elders in dit document Eindcontrole Ja Ja
ShowHideRapportage.ini Configuratiebestand waarmee velden van Asbest Rapportage naar eigen wens zichtbaar en onzichtbaar gemaakt kunnen worden. Zie voor meer informatie het hoofdstuk met toelichtingen bij specifieke configuratiebestanden elders in dit document Rapportage Ja Ja
Probis_Asbest_Inventarisatie_translation.dat Bestand met teksten voor labels, berichten enzovoort van Asbest Inventarisatie 2014. Zie voor meer informatie het hoofdstuk met toelichtingen bij specifieke configuratiebestanden elders in dit document Inventarisatie Ja Ja
EigenFormulier_[naam].ini Een of meerdere bestanden waarmee eigen formulieren aangemaakt kunnen worden. Zie voor meer informatie het extra hoofdstuk 'Eigen formulieren met vragen definieren en gebruiken' Rapportage Ja Ja
Inventarisatie
LaboratoriumAlgemeen.ini en LaboratoriumLogin.ini (vervangen Laboratorium.ini) Configuratiebestand voor het aanmaken, versturen en ontvangen van analyseopdrachten, resultaten en het aanbodbestand van laboratoria Rapportage Ja Ja
 
Inventarisatie
FactuurnummerTeller.txt Teller bestand voor automatisch aanmaken factuurnummer Rapportage Nee, \Program folder!  
FactuurNummer.ini Configuratiebestand voor automatische nummering factuurnummer Rapportage Nee Ja
ShowDocumentAtProjectStartup.ini Configuratiebestand om bestand te tonen bij openen van inventarisatie in Asbest Inventarisatie Inventarisatie Nee Ja
OnderzoeksOpzet.INI Configuratiebestand voor de opzet van de verschillende onderzoekstypen. Vervangt keuze voor Type en biedt mogelijkheid om vertaaltabellen en ShowHide specifiek te laten zijn Inventarisatie en rapportage Nee Ja
Rapporteurs.dat Indien Timewax module actief is. Lijst met namen voor de rapporteurs van de inventarisatie. Zie voor meer informatie de Timewax module handleiding Inventarisatie Nee Ja
ProjectDetailsSchermRap.ini en ProjectDetailsSchermInv.ini Instelling van de opmaak van het scherm dat wordt getoond na het klikken van 'Toon details' in het hoofdscherm van de applicaties. Zie voor meer informatie later in dit document  Alle Nee Ja 


3.5 Bestanden voor Scriptfaciliteit en configuratiemogelijkheden


 

Bij het aanmaken van rapporten worden een aantal bestanden gebruikt

Bestandsnaam

Omschrijving

Applicatie

Lokale CFG-map?

Centrale CFG-map?

*.WW

Scriptbestanden voor gebruik met Word voor Windows. Bepaalt de opmaak van het uiteindelijke document in Word

Rapportage

Ja

Ja

*.LSW

Standaard scriptbestanden voor gebruik met Word voor Windows, gebruikt bij ontbreken van WW-bestand

Rapportage

Ja

Ja

WWNULRP0.8

Sjabloonbestand Word gebruikt bij maken exporten in Word vanuit Asbest Rapportage. Middels bestand kunnen marges en opmaakprofielen worden ingesteld

Rapportage

Ja

Ja

WWNULEC0.8

Sjabloonbestand Word gebruikt bij maken exporten in Word vanuit Asbest Werkvoorbereiding, Inventarisatie en Eindcontrole. Middels bestand kunnen marges en opmaakprofielen worden ingesteld

Inventarisatie, Werkvoorbereiding en Eindcontrole 

Ja

Ja

*.497, *.4XP, *.197, *.1XP

Mogelijkheid om Word automatisch in te laten stellen voordat het genereren start. Bestanden starten een macro uit MIRAS.DOT

Rapportage

Ja

Ja

 

Word sjabloon met essentiële, ondersteunende macro's

Rapportage

Ja

Ja

*.IN

Scriptbestanden voor gebruik met Interne tekstverwerker

Rapportage

Ja

Ja

*.LSI

Standaard scriptbestanden voor gebruik met Interne tekstverwerker, gebruikt bij ontbreken van IN bestand

Rapportage

Ja

Ja

Het te gebruiken scriptbestand is gekoppeld aan het type onderzoek. Via ASBESTTO.LST wordt de koppeling gerealiseerd (zie eerder). Zie voor een uitgebreide toelichting over het werken met script de scripthandleiding http://groomecs.nl/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=1.

Om de locatie voor het genereren van een Word document aan te passen, zit in AsbestRP.ini een instelling om deze locatie te configureren. Standaard wordt een rapport aangemaakt in de projectfolder van het actieve project. Indien er reden zijn om het Word document op een andere locatie aan te laten maken, bijvoorbeeld voor performance problemen, dan kan dit via de instelling [Directories] en 'GenereerWordDoc'. Indien hier een locatie wordt opgegeven en deze locatie is geldig, dan wordt het Word document hier aangemaakt. Blijft de instelling achterwege of leeg, dan wordt de projectfolder gebruikt.

3.6 Opmaak ASBESTTO.LST


 

Het genereren van rapporten via de scriptfaciliteit wordt grotendeels aangestuurd via het configuratiebestand ASBESTTO.LST. De configuratiemogelijkheden van dit bestand worden in dit hoofdstuk beschreven.

In het configuratiebestand staat elke regel voor een te gebruiken 'rapportagetype' en scriptbestand. Elke regel kan de volgende velden bevatten, gescheiden door een | teken.

Veldnummer

Naam

Omschrijving

1

Keuze voor script

Vrij in te voeren naam welke getoond wordt in de keuzelijst 'rapportopmaak' in Asbest Rapportage

2

Naam van scriptbestand

Naam van het te gebruiken scriptbestand. Invoeren zonder extensie .WW deze wordt er door het systeem automatisch aan toegevoegd

3

Prefix voor documentnaam

Mag een tekst bevatten die vóór de projectcode wordt geplaatst in de documentnaam

4

Index voor gebruik script

Momenteel geen functie

5

Naam van DOTX bestand

Naam van het te gebruiken .DOTX bestand. Deze vervangt dan de standaard sjabloon MIRAS.DOT

6

Naam voor alternatief WWNULRP0.8 bestand

Naam van het te gebruiken basis Word bestand. Deze vervangt dan de standaard WWNULRP0.8


Voorbeeld:

       GCS Script voor Adres gebaseerde onderzoeken|GCS Script Adres|Inventarisatie_|1|MIRAS.DOTX

3.7 Laboratorium configureren voor communicatie


  Als u gebruik wilt gaan maken van de directe communicatie van laboratorium opdrachten en resultaten met uw laboratorium of u wilt daar een aanpassing in doen, dan dient u als volgt te werk te gaan:
  • Neem contact op met uw laboratorium en vraag uw inloggegevens (klantcode, User en Password)  op
  • Open Werkvoorbereiding op de desktop en Inventarisatie op al uw tablets
  • Open het configuratiescherm en ga naar het tabblad 'Laboratorium'
  • Klik op de button 'Toevoegen' of 'Toevoegen Détect' en zie dat het configuratiescherm opent
  • Vul alle gegevens in die gevraagd worden. Haal de adres gegevens van het laboratorium van hun website.
  • zie voor het KVK nummer onderstaande tabel.
  • Kies voor de optie 'Via FTP' of 'Via SFTP' (indien Détect dan kan deze stap overgeslagen worden)
  • Vul alle communicatiegegevens in; (S)FTP Server, (S)FTP User en (S)FTP Password, eventueel sleutel voor SFTP of voor Détect Username en Password

 Laboratorium KVK nummer  Vestigings ID  Type communicatie (S)FTP Fingerprint "Voeg 'user' toe aan pad"
Détect  28105164 000016136853 via webservice      
RPS 20059540 000017441498        
Eurofins
Sanitas
Omegan
34215654 000018430155        
Stella Analyse/Stellalab 57825890 000027230325        
ACMAA 28105164 08093457        
Fibrecount/KIWA 14055021 000016552407  FTP ftp:\\ftp.fibrecount.com/ n.v.t. uit
SGI Compliance Environmental Control B.V. 24370016 000019260687 FTP ftp:\\ftp.fibrecount.com/ n.v.t. uit

  • Klik op de button 'Test .....' om de communicatie te testen
  • Uw systeem is nu gereed om digitaal te communiceren met het laboratorium!
Sluit kort met het laboratorium het moment dat u de eerste opdrachten gaat versturen. Vaak dient dit intern geactiveerd te worden!

Vooral voor de communicatie met Détect is het van het grootste belang dat uw systeemtijd correct staat ingesteld! Controleer hierbij ook de instelling 'Klok automatisch aan zomertijd aanpassen' in het configuratiescherm 'Tijdzone instellen' van uw Windows installatie.

Indien u de button 'Toevoegen Détect' niet ziet maar wel gebruik wilt maken van Détect als laboratorium, dan dient u contact op te nemen met de GCS Helpdesk om deze module actief te maken.

Indien u een bestaand laboratorium wilt aanpassen dan kunt u de button 'Bewerken' gebruiken.

U kunt meerdere laboratoria door elkaar configureren en gebruiken.

4 Configuratie- en Programma-updates beschikbaar stellen voor Tablets


 

Dit hoofdstuk beschrijft hoe configuratiebestanden die op de desktop zijn aangepast op een eenvoudige manier beschikbaar gemaakt kunnen worden voor de Asbest 2014 software op de tablets. Tevens wordt beschreven hoe programma-updates van Asbest Inventarisatie beschikbaar gesteld kunnen worden.

4.1 Gewijzigde configuratiebestanden beschikbaar stellen voor tablets


 

Nadat configuratiebestanden van Asbest Inventarisatie of Asbest Rapportage voor de desktop versies zijn aangepast, wilt u deze natuurlijk ook beschikbaar stellen voor de gebruikte tablets. Dit kan door de aangepast configuratiebestanden in te pakken in een zip bestand met de naam CONFIG.ZIP en deze dan in de communicatiefolder voor ASBESTCE van uw inspecteurs te zetten. Bijvoorbeeld:



Bij de volgende communicatiesessie van de inspecteur worden de configuratiebestanden dan overgehaald en komen deze beschikbaar op de tablet.

De exacte locatie van de map met de te versturen bestanden voor de inspecteurs verschilt per bedrijf en is afhankelijk van de installatie.




4.2 Programma updates Asbest Inventarisatie beschikbaar stellen voor tablets en desktop


 

Indien u een programma update heeft ontvangen voor uw desktop installatie van Asbest Inventarisatie en/of Asbest Rapportage, dan kunt u deze plaatsen in de \Program folder van uw installatie. Waar deze folder is gesitueerd is afhankelijk van de installatie op uw systeem. Een update van ProBIS Asbest Inventarisatie is altijd voorzien van een extra bestand UPDATE.INI, deze twee bestanden moet u altijd als één set verwerken.

De updates van ProBIS Asbest Inventarisatie en/of Asbest Rapportage kunt kunt u eenvoudig gereed zetten voor overdracht naar de tablet computers. De tablet computers hoeven daarvoor niet op kantoor beschikbaar te zijn! U kunt één of meer van deze updates eenvoudig klaarzetten door de bestanden in de map van elke inspecteur te plaatsen. Bij een volgende communicatie komen de bestanden dan binnen op de tablet en worden verwerkt als update. De bestanden die op deze manier uitgewisseld kunnen worden zijn:
      - ProBIS Asbest Rapportage 2014.exe
      - ProBIS Asbest 2014.exe
      - GCS_AlgemeneModules.dll
      - GCS_LaboratoriumCommunicatie.dll
      - GCSCAM.dll
      - Asbestrp.exe
      - GCS_LaboratoriumCommunicatieDetect.dll
      - ProBIS Asbest Rapportage 2014.exe.config
      - ProBIS Asbest 2014.exe.config
      - GCS Graphics Marker.dll
      - MarkerStarter.exe
      - AxInterop.LogicNPLicensing.dll
      - Interop.LogicNPLicensing.dll

Zie onderstaande afbeelding:

Indien er andere bestanden dan deze in de \Program folder van de tablet terecht moeten komen, dan kunt u dit op dezelfde manier doen als bij configuratiebestanden. U pakt de uit te wisselen bestanden in in een zip file met de naam PROGRAM.ZIP en plaatst deze in de communicatiefolders van de inspecteurs. Bij een volgende communicatie worden deze dan overgehaald naar de tablet en verwerkt.

De locatie van de \Sent folder is afhankelijk van de installatie op uw systeem. Informatie hierover is te vinden in het 'Informatieblad installatie.pdf'

4.3 Configuratiebestanden gereedzetten vanuit Asbest Werkvoorbereiding


 

Vanaf versie 3.5.1 van de ProBIS Asbest software is het mogelijk om gewijzigde configuratiebestanden eenvoudig vanuit Asbest Werkvoorbereiding gereed te zetten voor de inspecteurs die de aangepaste configuratiebestanden dienen te ontvangen. Door het selecteren van de juiste menuoptie worden een aantal van de configuratiebestanden verzameld, ingepakt en voor de geselecteerde inspecteur of inspecteurs gereedgezet voor communicatie. Bij de volgende communicatiesessie worden de bestanden dan overgezet naar de tablet van de inspecteur en komen ze daar beschikbaar.

De werking van deze functionaliteit is beschreven in http://groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=15#158

De standaardset van bestanden bevat de volgende standaardteksten. Bestanden met de extensie: 

  • AD0
  • ADB
  • AFW
  • ACL
  • BEP
  • BES
  • BW
  • MOT
  • OMS
  • OOP
  • OPM
  • RIS
  • SUR
  • SVO
  • TKG
  • UBR
  • AVO
  • AVL
  • GEV
  • AKT
  • ALT
  • DES
  • RNB
  • TOE
  • DID
  • VAL
  • DEA
  • CSM
  • EOD
  • ETB
  • ETU
  • SCE
  • TSH
  • VMT
En de standaardlijsten en configuratiebestanden:
  • ConfigAlgemeen.ini
  • ASBESTPS.DAT
  • ASBESTSC.LST
  • ASBESTTO.LST
  • RISICOOPT.DAT
  • AANVRUBR.DAT
  • ASBESTOP.DAT
  • DeskResearchItemsType.ini
  • NotitieAfsprakenDefault.ini
  • ShowHide.ini
  • ShowHideRapportage.ini
  • ITEMS.DAT
  • Aanleiding.DAT
  • AfmetingenRuimte.dat
  • AsbestVermoedReden.DAT
  • BEREIK.DAT
  • BEVEST.DAT
  • BRONNEN.DAT
  • Fases.dat
  • FunctieBron.dat
  • GebouwTypeObject.dat
  • HOOFDGR.DAT
  • HoeveelheidMateriaalBron.dat
  • HoeveelheidEenheid.dat
  • INSPECTEURS.DAT
  • Kelder.dat
  • MonsterMateriaal.DAT
  • MonsterVerpakkingsMateriaal.dat
  • OppervlakteConditie.dat
  • OppervlakteStructuur.dat
  • REDENEN.DAT
  • SANURG.DAT
  • SoortAsbest.dat
  • StandaardNamenBronToevoegen.dat
  • StandaardNamenRuimteToevoegen.dat
  • TypeAsbest.DAT
  • TechnischeRuimte.dat
  • UitsluitingenBeperkingenBetreft.DAT
  • UitsluitingenBeperkingenVoorkomenMateriaal.DAT
  • VervolgAanpak.DAT
  • VerwijderMethode.dat
  • Zolder.dat
  • RapportStatus.dat
  • UITVOERDERSSCA.DAT
  • ConfigAutoNummering.ini
  • PotentieelRisicovolMaatregelen.dat
  • TweedeLezer.dat
  • FactuurPrijsPerEenheid.dat
  • FactuurEenheid.dat
  • FactuurOmschrijving.dat
  • VerdiepingBron.dat
  • VerdiepingRuimte.dat
  • DoelVanHetOnderzoek.dat
  • ShowHideEindcontrole.ini
  • Weeromstandigheden.ini
  • WWNULEC0.8
  • WWNULRP0.8
  • MIRAS.DOT
  • LaboratoriumLogin.ini en bijbehorende aanbodbestanden
Om het automatisch gereedzetten van configuratiebestanden te kunnen controleren is er een configuratiebestand geintroduceerd waarmee bestanden en bestandensets uitgesloten kunnen worden van het uitwisselingsproces. Tevens is het mogelijk om extra eigen bestanden of bestandensets in het proces op te nemen. Hiervoor is het bestand UitwisselenConfiguratieProgrammaUpdates.ini in de configuratiemap van Asbest Werkvoorbereiding bedoeld. Het bestand mag de volgdende secties en sleutels bevatten:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

Voorbeeld

[UitsluitenStandaardtekst]

Extensie{nr}

Mogelijkheid om aan te geven welke standaardteksten uit de standaardset (zie boven), op basis van extensie, uitgesloten moeten worden van het proces van het automatisch gereed zetten van configuratiebestanden voor inspecteurs. {nr} staat voor een oplopend volgnummer (Extensie1, Extensie2, Extensie3 enzovoort)

Extensie1=OPM
zorgt dat de standaardteksten met de extensie .OPM niet in het automatische proces worden meegenomen

[ExtraStandaardtekst]

Extensie{nr}

Mogelijkheid om aan te geven welke standaardtekst(en), op basis van extensie, extra opgenomen worden tijdens het proces van het automatisch gereed zetten van configuratiebestanden voor inspecteurs. {nr} staat voor een oplopend volgnummer (Extensie1, Extensie2, Extensie3 enzovoort)

Extensie1=BUR
zorgt dat de standaardteksten met de extensie .BUR in het automatische proces worden meegenomen

[UitsluitenConfiguratiebestand]

Bestand{nr}

Mogelijkheid om aan te geven welke standaardlijst of configuratiebestand uit de standaardset (zie boven), op basis van bestandsnaam, uitgesloten moeten worden van het proces van het automatisch gereed zetten van configuratiebestanden voor inspecteurs. {nr} staat voor een oplopend volgnummer (Bestand1, Bestand2, Bestand3 enzovoort)

Bestand1=SANURG.DAT
zorgt dat het bestand met de naam SANURG.DAT niet in het automatische proces wordt meegenomen

[ExtraConfiguratiebestand]

Bestand{nr}

Mogelijkheid om aan te geven welk configuratiebestand, op basis van bestandsnaam, extra opgenomen moeten worden tijdens het proces van het automatisch gereed zetten van configuratiebestanden voor inspecteurs. {nr} staat voor een oplopend volgnummer (Bestand1, Bestand2, Bestand3 enzovoort)

Bestand1=Script A.ww
zorgt dat het bestand met de naam Script A.ww in het automatische proces wordt meegenomen

Voorbeeld:

[UitsluitenStandaardtekst]
Extensie1=ADB
Extensie2=AFW

[ExtraStandaardtekst]
Extensie1=8

[UitsluitenConfiguratiebestand]
Bestand1=ASBESTPS.DAT
Bestand2=SANURG.DAT

[ExtraConfiguratiebestand]
Bestand1=Script A.ww
Bestand2=Script B.ww
Bestand3=Script C.ww

Het bestand wordt gebruikt in combinatie met de automatische uitwisseling van programmabestanden, zie onderstaand.

4.4 Programma-updates gereedzetten vanuit Asbest Werkvoorbereiding


 

Naast de nieuwe mogelijkheid in versie 3.5.1 van de ProBIS Asbest software waarmee gewijzigde configuratiebestanden eenvoudig vanuit Asbest Werkvoorbereiding gereed gezet kunnen worden voor de inspecteurs, is deze faciliteit ook beschikbaar voor het gereedzetten van programma-updates. De werking is in hoofdlijnen gelijk. Als de juiste menuoptie wordt gekozen wordt de actieve versie van de desktop omgeving verzameld, ingepakt en voor de geselecteerde inspecteur of inspecteurs gereedgezet voor communicatie. Bij de volgende communicatiesessie worden de bestanden dan overgezet naar de tablet van de inspecteur en komt de versie daar beschikbaar.

De werking van deze functionaliteit is beschreven in http://groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=3#160

De volgende bestanden worden meegenomen tijdens het automatisch klaarzetten: 

  • Probis Asbest 2014.exe
  • Update.ini
  • GCS_AlgemeneModules.dll
  • GCS_LaboratoriumCommunicatie.dll
  • GCS_LaboratoriumCommunicatieDetect.dll
  • Probis Asbest 2014.exe.config
  • GCS Graphics Marker.dll
  • MarkerStarter.exe
  • AxInterop.LogicNPLicensing.dll
  • Interop.LogicNPLicensing.dll
Het in de vorige sectie beschreven Configuratiebestand UitwisselenConfiguratieProgrammaUpdates.ini biedt ook mogelijkheden tot het instellen van het automatisch klaarzetten van programma-updates. De volgdende sectie en sleutels zijn hier voor bedoeld:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

Voorbeeld

[ExtraProgrammaBestand]

Bestand{nr}

Mogelijkheid om aan te geven welke extra bestanden opgenomen moeten worden tijdens het proces van het automatisch gereed zetten van programma-updates voor inspecteurs. {nr} staat voor een oplopend volgnummer (Bestand1, Bestand2, Bestand3 enzovoort)

Bestand1=GCSCAM.DLL
zorgt dat het bestand GCSCAM.DLL in het automatische proces wordt meegenomen

Voorbeeld:

[ExtraProgrammaBestand]
Bestand1=GCSCAM.DLL
Bestand2=ActManGCS.exe

Het bestand wordt gebruikt in combinatie met de automatische uitwisseling van configuratiebestanden, zie eerder dit hoofdstuk.

4.5 Licentiebestand voor tablet klaarzetten voor automatische uitwisseling


 

Naast de hierboven genoemde mogelijkheid om configuratie- en programmabestanden uit te wisselen, is het ook mogelijk om het licentiebestand voor een tablet in de uitwisseling mee te nemen. De werking is in hoofdlijnen gelijk. Het is echter niet mogelijk om licentiebestanden vanuit de software klaar te zetten. Reden hiervoor is dat er met voorzichtigheid omgegaan moet worden met het klaarzetten van licentiebestanden voor de automatische uitwisseling, omdat elke tablet een eigen specifiek licentiebestand nodig heeft! Wees dus voorzichtig om foutieve licentiebestanden naar een bepaalde tablet te sturen, de werking van de tablet kan daardoor uitgeschakeld worden.

Om een licentiebestand uit te wisselen naar een tablet met het bestand ASBESTOF.CRY in de communicatiemap van de juiste inspecteur (=tablet) geplaatst worden. Bij een volgende communicatie wordt het bestand dan uitgewisseld.

5 Toelichting specifieke functionaliteiten


 

Dit hoofdstuk geeft een nadere toelichting voor specifieke functionaliteiten in het programma.

5.1 ShowHide.ini voor Asbest Inventarisatie en ShowHideEindcontrole voor Asbest Eindcontrole


 

Dit configuratiebestand biedt de mogelijkheid om velden van Asbest Inventarisatie/Asbest Eindcontrole naar eigen wens zichtbaar of onzichtbaar te maken en invoervelden verplicht te stellen voor de Werkvoorbereidings- en of Inventarisatiefase. Het biedt daardoor de mogelijkheid om niet door u gebruikte velden te verwijderen uit het overzicht en daardoor de interface meer naar wens aan te passen. Ook kunt u bepaalde velden dusdanig belangrijk vinden voor invoer dat verplicht kan worden dat deze altijd ingevuld worden. Het bestand kan aangepast worden direct in het bestand met behulp van Notepad.

Na het wijzigen van het bestand in de desktop situatie, kan het beschikbaar gesteld worden voor de tablets door het als onderdeel van een zip bestand met de naam CONFIG.ZIP in de communicatiefolder van de inspecteur(s) te plaatsen. Zie voor meer informatie '4.1 Gewijzigde configuratiebestanden beschikbaar stellen voor tablets' op pagina 13 van dit document.

Belangrijk voor het verplicht stellen van de invoer van velden is dat de verplichte velden ook een achtergrondkleur kunnen krijgen. De gewenste achtergrondkleur kunt u in het configuratiescherm naar wens aangeven:
             

Standaard staat de achtergrondkleur aan.

De eerste sectie in het ShowHide.ini bestand die van belang is, is de sectie ShowTab. Hiermee kunnen complete tabbladen wel of niet zichtbaar gemaakt worden. Als de waarde achter een sleutel een 1 is dan is het item zichtbaar, bij 0 is het onzichtbaar. Momenteel zijn de volgende mogelijkheden beschikbaar:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

Default

[ShowTab]

UitsluitingenBeperkingenZBE

Tabblad uitsluitingen en beperkingen op ruimteniveau (uitsluiting Enria)

Uit (0)

 

Checklist

Tabblad voor checklist voor vooronderzoek

Aan (1)

 

BronInspecteerbaarheid

Tabblad Bron Inspecteerbaarheid

Aan (1)

 

UitsluitingenBeperkingenProject

Tabblad met uitsluitingen en beperkingen op projectniveau

Uit (0)

 

Afronden

Tabblad Afronden

Aan (1)

 

AnalyseOpdrachten

Tabblad voor Analyseopdrachten

Aan (1)

 

LAVSExport

Tabblad voor LAVS uitwisseling

Aan (1)

 

Meldingsformulier

Tabblad voor aanvullende gegevens meldingsformulier

Aan (1)

 

Planning

Tabblad voor planning van inventarisatie

Aan (1)

 

DeskresearchBronnen

Tabblad voor bronnen van deskresearch en samenvatting vooronderzoek 

Aan (1)

 

DeskresearchGebruik

Tabblad voor Gebruik locatie

Aan (1)

 

DeskresearchLocatie

Tabblad voor locatiegegevens

Aan (1)

 

EindControle

Tabblad voor Eindcontrole

Uit (0)

 

EindControleGegevens

Subtabblad onder Eindcontrole voor gegevens. Zichtbaarheid afhankelijk van Eindcontrole sleutel!

Aan (1)

 

EindControleSanering

Subtabblad onder Eindcontrole voor gegevens sanering. Zichtbaarheid afhankelijk van Eindcontrole sleutel! 

Aan (1)

 

Mijlpalen

Toont menuoptie, tabblad en node voor mijlpalenexport 

Uit (0)

 

TekeningenProject

Toont node en tabblad voor het beheren van tekeningen voor het project

Uit (0)

Voorbeeld:

[ShowTab]
UitsluitingenBeperkingenZBE=1
EerderUitgevoerdOnderzoek=1
Afronden=1

Daarnaast is er een sectie in het ShowHide.ini bestand waarmee menuopties onzichtbaar gemaakt kunnen worden. Dit is de sectie ShowMenu. Hiermee kunnen menuopties wel of niet zichtbaar gemaakt worden. Als de waarde achter een sleutel een 1 is dan is het item zichtbaar, bij 0 is het onzichtbaar. Momenteel zijn de volgende mogelijkheden beschikbaar:

Sectie

Sleutel

Betreft

Omschrijving

Default

[ShowMenu]

AanmakenUitEigenDatabase

Hoofdmenu

Menu optie om project uit eigen database aan te maken. is ook afhankelijk van licentie!

Aan (1)

 

OphalenProjectenApeX

Hoofdmenu

Menu optie om projecten op te halen via ApeX Exchange system

Aan (1)

 

KlaarzettenVoorVerzending

Hoofdmenu

Menu optie om projecten klaar te zetten voor verzending aan een uitvoerder/tablet!

Aan (1)

 

ConfiguratieLAVSKoppeling

Hoofdmenu

Menu optie om gegevens voor LAVS koppeling te configureren

Aan (1)

 

EmailOverzichtVerzonden

Hoofdmenu

Menu optie om een overzicht op te roepen van verzonden e-mail

Uit (0)

 

EmailVerzenden

Hoofdmenu

Menu optie om een e-mail aan te maken en te verzenden

Uit (0)

 

MeldingsformulierAanmaken

Invoerscherm project

Menu optie om meldingsformulier aan te kunnen maken

Aan (1)

 

BlootstellingsRisicoProject

Invoerscherm project

Menu optie om blootstelling voor project in beeld te tonen

Aan (1)

 

WerkmapAfdrukkenPrinter

Invoerscherm project

Menu optie om een werkmap voor het project af te drukken naar printer

Aan (1)

 

GenereerRapportWord

Invoerscherm project

Menu optie om een Word document aan te maken voor het project. Gebaseerd op script

Uit (0)


Er is ook een sectie in het ShowHide.ini bestand waarmee een minimum aantal voor een bepaald onderdeel ingesteld kunnen worden. Dit is de sectie MinimumValue. Als een aantal niet voldoet zal bij een validatiemoment een melding in beeld worden getoone. Momenteel zijn de volgende mogelijkheden beschikbaar:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[MinimumValue]

ProjectDrawings

Minimum aantal projecttekeningen dat voor een inventarisatie geselecteerd moet zijn


Vervolgens is het mogelijk om voor een aantal bijzonder situaties een verplichting in te stellen.

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[Meldingsformulier] 

VerplWvb

Of het aanmaken van een Meldingsformulier in Werkvoorbereiding modus verplicht gesteld moet zijn op het moment van afsluiten van een project. Mogelijke waarden hierbij zijn:
0= niet verplicht
1=Verplicht, maar melding met mogelijkheid om toch door te gaan
2=Verplicht, moet aangemaakt zijn om project te kunnen sluiten

 

VerplInv

Of het aanmaken van een Meldingsformulier in Inventarisatie modus verplicht gesteld moet zijn op het moment van afsluiten van een project. Mogelijke waarden hierbij zijn:
0= niet verplicht
1=Verplicht, maar melding met mogelijkheid om toch door te gaan
2=Verplicht, moet aangemaakt zijn om project te kunnen sluiten

Voorbeeld:

[Meldingsformulier]
VerplWvb=0
VerplInv=0

Vervolgens bevat het bestand meerdere secties die allemaal verwijzen naar een invoerveld in Asbest Inventarisatie. Per sectie kunnen dan een aantal sleutels aanwezig zijn waarmee kan worden aangegeven of het veld getoond moet worden of niet, de verplichtheid in Werkvoorbereiding of Inventarisatiemodus en de verplichtheid in Rapportage. Als de waarde achter een sleutel een 1 is dan is het van toepassing, bij 0 is het onzichtbaar.

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[NAAM]

Show

Of het invoerveld getoond moet worden of niet. 1=tonen of 0=niet tonen

 

VerplWvb

Of het invoerveld verplicht moet zijn in de Werkvoorbereiding 

 

 VerplInv

 Of het invoerveld verplicht moet zijn in de Inventarisatiemodus

Voorbeeld:

[BeperkteDoelRuimte]
Show=1
VerplWvb=0
VerplInv=0

[DoelRapport]
Show=1
VerplWvb=1
VerplInv=0

[Onderwerp]
Show=1
VerplWvb=0
VerplInv=0

[OpmerkingAlgemeen]
Show=1
VerplWvb=0
VerplInv=0

De namen van de secties spreken op zich met betrekking tot welk veld een item van toepassing is. Houd er rekening mee dat bepaalde instellingen niet voor alle sleutels van toepassing zijn, bepaalde velden kunnen bijvoorbeeld nooit onzichtbaar gemaakt worden. Verder ontbreken er een aantal items omdat deze altijd zichtbaar én altijd verplicht zijn.

De volgende secties zijn op het moment van schrijven beschikbaar:

Tabblad

Sectie

Default

 

[Projectfase]

Alleen verplichtheid,altijd aan

Complex informatie

[ComplexPostcode]

aan

 

[ComplexDescription]

aan

 

[ComplexComplexCode]

aan 

Adressen/Complexdelen voor Complex

[ComplexAdresPostcode]

aan

 

[ComplexAdresToelichting]

aan

 

[ComplexAdressFoto]

Altijd aan, verplichtheid

 

[ComplexComplexdeelPlaats]

aan

 

[ComplexComplexdeelOmschrijving]

aan

 Projectindentificatie

[Projectnaam]

Alleen verplichtheid,altijd aan

 

[LocatiePostcode]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[BeperkteDoelRuimte]

Uit (0)

 

[Gemeentenaam]

Uit (0) 

 

[Complexcode]

Uit (0)

 

[DoelRapport]

Uit (LET OP: deze instelling bepaalt in de huidige situatie de Geschiktheid!)

 

[DoelRapportToelichting]

Uit (LET OP: deze instelling bepaalt in de huidige situatie de Geschiktheid!)

 

[Reikwijdte]

Uit (LET OP: deze instelling heet in Rapportage Omvang!)

 

[ReikwijdteNamelijk]

Uit (LET OP: deze instelling heet in Rapportage OmvangNamelijk!)

 

[ReikwijdteToelichting]

Uit (LET OP: deze instelling heet in Rapportage OmvangToelichting!)

 

[OpdrachtOmschrijving]

Aan (1)

 

[Ordernummer]

Uit (0)

 

[OpdrachtDestructiefWerkToegestaan]

Uit (0) 

 

[Aanleiding]

Aan (1)

 

[Onderwerp]

Aan (1)

 

[OnderwerpOpmerking]

Aan (1) 

 

[OpmerkingAlgemeen]

Aan (1)

 

[FotoProject]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 LAVS Koppeling

[LAVSProjectcode]

Aan (1)

 

[LAVSActiveringscode]

Uit (0)

 NAW gegevens

[OpdrachtgeverAdres]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[OpdrachtgeverPostcodePlaats]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[OpdrachtgeverContactpersoon]

Aan (1)

 

[OpdrachtgeverTelefoon]

Aan (1)

 

[OpdrachtgeverEmail]

Aan (1)

 

[OpdrachtgeverKlantcode]

Uit (0) 

 

[EigenaarNaam]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[EigenaarAdres]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[EigenaarPostcodePlaats]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[EigenaarTelefoon]

Aan (1)

 

[EigenaarEmail]

Aan (1)

 Eindcontrole

[EindcontroleAankomst] 

Aan (1)

 

[EindcontroleEinde]

Aan (1)

 

[Saneringsbedrijf]

Aan (1)

 

[SaneringsbedrijfSC530]

Aan (1)

 

[SaneringHandboekCode]

Aan (1)

 

[SaneringHandboekToelichting]

Aan (1)

 

[DocumentenSaneringCompleet]

Aan (1)

 

[DocumentenSaneringToelichting]

Aan (1)

 

[SaneringRisicoKlasse]

Aan (1) 

 

[SaneringDTAAanwezig]

Aan (1)

 

[SaneringVrijgegevenDTA]

Aan (1)

 

[SaneringWeersomstandigheden]

Aan (1)

 

[SaneringSloopmeldingAanwezig]

Aan (1)

 

[SaneringGegevensInventarisaties]

Aan (1)

 

[SaneringDecontaminationUnit]

Aan (1)

 

[SaneringMarkeringenEnAfzettingen]

Aan (1)

 

[SaneringOpslagAsbestAfval]

Aan (1)

 

[SaneringOppervlakteInspectiegebied]

Aan (1)

 

[SaneringSituatie]

Aan (1)

 

[SaneringToelichting]

Aan (1)

 

[SaneringWeersomstandighedenTemperatuur]

Aan (1)

 

[SaneringNietGeinspecteerdeDelen]

Aan (1)

 

[SaneringHandboekInOvereenstemming]

Aan (1)

 Meldingsformulier

[MeldingsformulierObject]

Aan (1)

 

[MeldingsformulierOverige]

Aan (1)

 

[MeldingsformulierToegangsvoorwaarden]

Aan (1)

 

[MeldingsformulierCalamiteiten]

Aan (1)

 Planning inventarisatie

 [PlanningAanvang]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

 [PlanningEinde]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

 [PlanningUitvoerenDoor]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[PlanningRapporterenDoor]

Alleen verplichtheid, altijd aan indien Timewax module actief

 

[PlanningCalamiteit]

Of er een optie voor calamiteit bij de melding moet staan Aan (1)

Afronding

[AfrondenBeperkingen]

Aan (1)

 

[ToplaagInspectie]

Uit (0) 

 

[DestructiefWerkUitgevoerd]

Uit (0)

 

[AfrondenAfwijkingenEnOnregelmatigheden]

Aan (1)

 

[AfrondenMotivatieOnvolledigOnderzoek]

Aan (1)

 

[AfrondenAdviesType0Onderzoek]

Aan (1)

DeskresearchSamenvattingResultaten

[MogelijkAanwezigeToepassingen]

Uit (0)

 

[LocatieOmschrijving]

Aan (1)

 

[ProjectFunctie]

Uit (0)

 

[Bouwjaar]

Uit (0)

 

[Bouwlagen]

Uit (0)

 

[ProjectTechnischeRuimte]

Uit (0)

 

[ProjectKelder]

Uit (0)

 

[ProjectZolder]

Uit (0)

 

[ProjectTypeobject]

Uit (0)

 

[Bouwgeschiedenis]

Aan (1)

 

[ToekomstigGebruik]

Uit (0)

 

[AanvullendeRubrieken]

Uit (0)

Bronnen deskresearch

[SamenvattingVooronderzoek]

Aan

 

[VooronderzoekVoldoet]

Aan

Locatie

[EerderUitgevoerdOnderzoek]

Aan (1)

 

[KadastraleGegevens]

Uit (0)

 

[OppervlakteLocatie]

Uit (0)

 

[OppervlakteBebouwd]

Uit (0)

 

[TelefoonEmailLocatie]

Aan (1)

 

[LocatieInGebruik]

Aan (1)

 

[GebruikersLocatie]

Uit (0)

 

[Bouwwerk]

Aan (1)

Inventarisatiegegevens

[InventarisatieGegevensDatumInspectie]

Alleen verplichtheid, altijd aan 

 

[InventarisatieGegevensUitvoerendInspecteur]

Alleen verplichtheid, altijd aan 

 

[TechnischVerantwoordelijke]

Aan

 

[ConformWerkplan]

Aan

 

[VeiligheidsmiddelenVoldoet]

Aan

RuimteAlgemeen

[RuimteOmschrijving]

Aan (1)

 

[RuimteBarcode]

Uit (0) 

 

[RuimteDatumUitvoering]

Uit (0)

 

[RuimteUitvoerendInspecteur]

Uit (0)

 

[RuimteAfmetingen]

Aan (1)

 

[RuimteMinimumAantalMonsters]

Aan (1)

 

[RuimteVerdieping]

Uit (0)

 

[RuimteAantalruimtes]

Uit (0)

 

[RuimteVermoedenAanwezigheidAsbest]

Uit (0)

 

[RuimteBijzondereOmstandigheden]

Uit (0)

 

[RuimteOpmerkingen]

Aan (1)

 

[RuimteFotoAfbeelding]

Aan (1)

Bron algemeen

[BronOmschrijving]

Aan (1)

 

[BronBarcode]

Uit (0) 

 

[BronFunctie]

Uit (0)

 

[BronTechnischeInstallatie]

Aan (1)

 

[BronBouwjaar]

Aan (1)

 

[BronVerdieping]

Uit (0)

 

[BronDatumUitvoering]

Aan (1) 

 

[BronUitvoerendInspecteur}

Aan (1) 

 

[BronHoofdgroep]

Aan (1)

 

[BronAspekt]

Aan (1)

 

[BronFotoAfbeelding]

Alleen verplichtheid, altijd aan

Bron Inspecteerbaarheid

[BronInspecteerbaar]

Aan (1)

 

[BronDestructiefWerkUitgevoerd]

Uit (0)

 

[BronMeerAsbestVermoed]

Aan (1)

 

[BronOpmerkingen]

Aan (1)

Bron Kenmerken

[BronAsbesthoudend]

Aan (1)

 

[BronHoeveelheidMateriaal]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[BronHoeveelheidMateriaalMeetmethode]

Aan (1) 

 

[BronTypeAsbest]

Aan (1) LET OP: staat altijd aan indien LAVS export actief is op uw systeem!

 

[BronSoortAsbest]

Uit (0)

 

[BronBereikbaarheid]

Aan (1)

 

[BronBevestiging]

Aan (1)

 

[BronHechtgebondenheid]

Aan (1)

 

[BronOppervlakteStructuur]
Let op: dit betreft de mate van beschadiging

Aan (1)

 

[BronConditieOppervlakte]
Let op: dit betreft de meer gangbare term Verweerdheid!

Aan (1) LET OP: staat altijd aan indien LAVS export actief is op uw systeem!

 

[BronRisicoKlasse]

LET OP: staat altijd aan!

 

[BronRisicoKlasse2]

LET OP: staat altijd aan! 

 

[BronRisicoKlasseBuitenBinnen]

Uit (0)

 

[BronVerwijdermethode]

LET OP: staat altijd aan!

 

[BronVerwijdermethode2]

LET OP: staat altijd aan!

 

[BronSaneringsurgentie]

Uit (0)

 

[BronSaneringsurgentieToelichting]

Uit (0)

 

[BronVoorstelAfTeBakenenGebied]

Aan (1) 

 

[BronPotentieelRisicovol]

Uit (0) 

 

[BronRisicobeoordelingBRL]

Uit (0) 

Eindcontrole (niet zichtbaar in inventarisatie!)

[BronSaneringAlleAsbestVerwijderd]

Aan (1)

 

[BronSaneringAlleAsbestVerwijderdAangelegenDelen]

Aan (1)

 

[BronSaneringAlleAsbestVerwijderdOndergelegenDelen]

Aan (1)

 Bron monsterneming

[MonsterRedenNietbemonsterd]

Uit (0) 

 Invoerscherm voor nieuw Monster

[ExtraMonsterInfoMateriaal]

Aan (1)

 

[ExtraMonsterInfoBarcode]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[MonsterToevoegenAantalAanmaken]

Aan (1)

Extra invoerscherm voor Monster

[ExtraMonsterInfoHechtgebondenheid]

Aan (1)

 

[ExtraMonsterInfoMonsterverpakking]

Aan (1)

 

[ExtraMonsterInfoBemonsterdvolume]

Aan (1)

 

[MonsterInfoPlaatsomschrijving]

Uit (0)

 

[MonsterInfoPompnummer]

Uit (0), alleen luchtmonsters

 

[MonsterInfoInstrument]

Uit (0), alleen luchtmonsters

 

[MonsterInfoFilter]

Uit (0), alleen luchtmonsters

 

[MonsterInfoDebiet]

Uit (0), alleen luchtmonsters

 

[ExtraMonsterInfoOpmerking]

Aan (1)

 

[ExtraMonsterInfoFoto]

Alleen verplichtheid, altijd aan


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Notities:

Invoerscherm

Sectie

Default

 Notities

[NotitieDocument]

Aan (1)

 

[NotitieBeschrijving]

Aan (1)


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Bronnen van Desk research:

Invoerscherm

Sectie

Default

Bronnen van Desk Research: algemeen

[DeskresearchBronLocatieOpname]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronBeschrijving]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronJaar]

Uit (0) 

Extra velden voor documenten

[DeskresearchBronDocument]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronHerkomstDocument]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronGevalideerd]

Aan (1)

Extra velden voor interviews

[DeskresearchBronNaamGeinterviewde]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronTelefoonGeinterviewde]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronFunctieGeinterviewde]

Aan (1) 


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Eerder uitgevoerd onderzoek:

Invoerscherm

Sectie

Default

Eerder uitgevoerd onderzoek

[EerderUitgevoerdOnderzoekDoor]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekSCA]

Aan (1)

Extra velden voor documenten

[EerderUitgevoerdOnderzoekDIA]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekIDDIA]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekVrijgave]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekActualisatie]

Uit (0)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekToelichting]

Aan (1) 

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekType]

Uit (0)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekResultaten]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekKnopImportApex]

Uit (0) 


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor de resultaten van het Eerder uitgevoerd onderzoek bij Eindcontroles:

Invoerscherm

Sectie

Default

Resultaten eerder uitgevoerd onderzoek

[EerderuitgevoerdOnderzoekResultatenOmvang]

Aan (1)

 

[EerderuitgevoerdOnderzoekResultatenHechtgebonden]

Aan (1)

 

[EerderuitgevoerdOnderzoekResultatenAsbest]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekResultatenBevestiging]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekResultatenRisicoklasse]

Aan (1)

 

[EerderuitgevoerdOnderzoekResultatenOpmerking]

Aan (1)


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor projecttekeningen:

Invoerscherm

Sectie

Default

Beheerscherm Projecttekeningen

[ProjectDrawingsCode]

Aan (1)

 

[ProjectDrawingsExplanation]

Aan (1)

 

[ProjectDrawingsType]

 


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Uitsluitingen en Beperkingen:

Invoerscherm

Sectie

Default

Uitsluitingen en Beperkingen scherm

[UitsluitingBeperkingOmschrijvingVoorkomen]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingReden]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingAanvullendOnderzoek]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingAanvullendOnderzoek]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingFotoAfbeelding]

Uit (0) 

Deze optie zet een extra keuze aan voor onderdelen die buiten het toepassingsgebied van het onderzoek vallen

[UitsluitingBeperkingBuitenToepassingsGebiedOptie]

Uit (0)


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Uitsluitingen, ZBE en Beperkingen op ruimte niveau (Enria):

Invoerscherm

Sectie

Default

Uitsluitingen, ZBE en Beperkingen scherm

[UitsluitingBeperkingZBEOmschrijvingVoorkomen]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingZBEReden]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingZBEAanvullendOnderzoek]

Aan (1)


De volgende secties zijn beschikbaar voor de functionaliteit van barcodes:

Functionaliteit

Sectie

Default

Scan een serie barcodes en voeg toe als monster

[BarcodeButtonAddByScanning]

Aan (1)

Scan barcode en zoek bijbehorende item

[BarcodeSearch]

Aan (1)

Toon alle monsters en barcodes

[BarcodeShowAndScan]

Aan (1)

   XXXX

5.2 ShowHideRapportage.ini voor Asbest Rapportage


 

Dit configuratiebestand biedt de mogelijkheid om velden van Asbest Rapportage naar eigen wens zichtbaar of onzichtbaar te maken en invoervelden verplicht te stellen. Het biedt daardoor de mogelijkheid om niet door u gebruikte velden te verwijderen uit het overzicht en daardoor de interface meer naar wens aan te passen. Ook kunt u bepaalde velden dusdanig belangrijk vinden voor invoer dat verplicht kan worden dat deze altijd ingevuld worden. Het bestand kan aangepast worden direct in het bestand met behulp van Notepad. De werking van van de INI file is gelijk aan de werking van ShowHide.ini voor Asbest Inventarisatie zoals in de vorige sectie beschreven.

Na het wijzigen van het bestand in de desktop situatie, kan het beschikbaar gesteld worden voor de tablets door het als onderdeel van een zip bestand met de naam CONFIG.ZIP in de communicatiefolder van de inspecteur(s) te plaatsen. Zie voor meer informatie '4.1 Gewijzigde configuratiebestanden beschikbaar stellen voor tablets' elders in dit document.

Belangrijk voor het verplicht stellen van de invoer van velden is dat de verplichte velden ook een achtergrondkleur kunnen krijgen. De gewenste achtergrondkleur kunt u in het configuratiescherm naar wens aangeven:
            

Standaard staat de achtergrondkleur aan.

De eerste sectie in het bestand ShowHideRapportage.ini die van belang is, is de sectie ShowTab. Hiermee kunnen complete tabbladen wel of niet zichtbaar gemaakt worden. Als de waarde achter een sleutel een 1 is dan is het item zichtbaar, bij 0 is het onzichtbaar. Momenteel zijn de volgende mogelijkheden beschikbaar:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

Default

[ShowTab]

Conclusies1

Tabblad met conclusies

Aan (1)

 

Conclusies2

Tabblad met conclusies

Uit (0)

 

GerichtOp

Tabblad met keuzelijsten waarop onderzoek is gericht

Uit (0)

 

UitsluitingenBeperkingenProject

Tabblad met uitsluitingen en beperkingen op projectniveau

Aan (1)

 

GegevensFactuur

Tabblad voor invoeren gegevens van factuur

Uit (0)
1 = Aan, eenvoudige invoer
2 = Aan, uitgebreide invoer

 

GegevensOverige

Tabblad met overige gegevens voor project

Uit (0)

 

BijlagenSituatieschetsen

Tabblad voor selectie van situatieschetsen voor in de bijlage van het rapport

Aan (1)

 

BijlagenKadastraleKaarten

Tabblad voor selectie van kadastrale kaarten voor in de bijlage van het rapport

Aan (1)

 

BijlagenAnalysecertificaten

Tabblad voor selectie van analysecertificaten voor in de bijlage van het rapport

Aan (1)

 

BijlagenSMART

Tabblad voor selectie van SMA-rt documenten voor in de bijlage van het rapport

Aan (1)

 

BijlagenDigitaleInformatiedragers

Tabblad voor invoer van Digitale informatiedragers die bij een rapport worden meegeleverd

Aan (1) 

 

BijlagenValidatieMetingen 

Tabblad voor de invoer van rapporten met validatiemetingen die voor het onderzoek zijn gebruikt

Aan (1) 

 

Mijlpalen

Toont menuoptie, tabblad en node voor mijlpalenexport 

Uit (0)

 

LAVSExport

Tabblad voor LAVS uitwisseling

Aan (1)

 

DeskresearchBronnen

Tabblad voor bronnen van deskresearch en samenvatting vooronderzoek

Aan (1) 

 

DeskresearchGebruik

Tabblad voor gebruik van de locatie onder Deskresearch 

Aan (1)

 

BronnenConclusie1

Tabblad 1 met Conclusies voor Bronnen 

Aan (1)

 

BronnenConclusie2

Tabblad 2 met Conclusies voor Bronnen

Aan (1)

Vervolgens bevat het bestand meerdere secties die allemaal verwijzen naar een invoerveld in Asbest Rapportage. Per sectie kunnen dan een aantal sleutels aanwezig zijn waarmee kan worden aangegeven of het veld getoond moet worden of niet, de verplichtheid in Werkvoorbereiding of Inventarisatiemodus en de verplichtheid in Rapportage. Als de waarde achter een sleutel een 1 is dan is het van toepassing, bij 0 is het onzichtbaar.

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[NAAM]

Show

Of het invoerveld getoond moet worden of niet. 1=tonen of 0=niet tonen

 

 VerplRap

 Of het invoerveld verplicht ingevuld moet zijn en een achtergrondkleur met krijgen

Voorbeeld:

[BeperkteDoelRuimte]
Show=1
VerplRap=0

[DoelRapport]
Show=1
VerplRap=0

[Onderwerp]
Show=1
VerplRap=0

[OpmerkingAlgemeen]
Show=1
VerplRap=0 

De namen van de secties spreken op zich met betrekking tot welk veld een item van toepassing is. Houd er rekening mee dat bepaalde instellingen niet voor alle sleutels van toepassing zijn, bepaalde velden kunnen bijvoorbeeld nooit onzichtbaar gemaakt worden. Verder ontbreken er een aantal items omdat deze altijd zichtbaar én altijd verplicht zijn.
Bij Asbest Rapportage dient u er ook rekening mee te houden dat er een verplichting geldt vanuit de informatie die in de scriptcommandos wordt gevraagd. Dit is niet noodzakkelijkerwijs aan elkaar gekoppeld. U dient zelf te bepalen of u dit op elkaar afstemt of niet.

De volgende secties zijn op het moment van schrijven beschikbaar:

Tabblad

Sectie

Default

 

[Projectfase]

Alleen verplichtheid,altijd aan

Complex informatie

[ComplexPostcode]

aan

 

[ComplexDescription]

aan

 

[ComplexComplexCode]

aan

Adressen/Complexdelen voor Complex

[ComplexAdresPostcode]

aan

 

[ComplexAdresToelichting]

aan

 

[ComplexAdressFoto]

Altijd aan, verplichtheid

 

[ComplexComplexdeelPlaats]

aan

 

[ComplexComplexdeelOmschrijving]

aan

ProjectOverzicht

[OnderzoekVolledigOnvolledig]

Alleen verplichtheid,altijd aan

 

[ShowVolledigheidOptieAanvullend]

Uit (0)

 

[ShowVolledigheidOptieOnvolledigNietToegankelijkeRuimtes]

Uit (0)

 

[ProjectInspectieDatum]

Aan (1)

 

[ProjectUitgevoerdDoor]

Aan (1)

 

[KorteOmschrijvingProject]

Aan (1)

 

[Ordernummer]

Aan (1)

 

[StartDatum]

Aan (1)

 

[RapportTweedeLezer]

Uit (0) 

 

[RapportDatum]

Aan (1)

 

[RapportAutorisatie]

Aan (1)

 

[RapportVervaldatum]

Aan (1)

 

[RapportVersienummer]

Aan (1)

 

[RapportStatus]

Aan (1)

 

[RapportReferentienummer]

Uit (0)

 Kenmerken project algemeen

[OmvangOnderzoek]

Aan (1) (LET OP: deze instelling bepaalt in de huidige situatie de Reikwijdte!)

 

[OmvangOnderzoekKort]

Uit (0)

 

[OmvangOnderzoekToelichting]

Uit (0)

 

[OmvangOnderzoekNamelijk]

Uit (0)

 

[RisicoBeoordeling]

Aan (1)

 

[Onderwerp]

Aan (1)

 

[OnderwerpOpmerking]

Aan (1)

 

[GeschiktVoorDoelen]

Alleen verplichtheid,altijd aan

Bedoeld voor Geschiktheid

 

[DoelRapportToelichting]

Uit (LET OP: deze instelling bepaalt in de huidige situatie de toelichting voor Geschiktheid!)

 

[OpdrachtOmschrijving]

Aan (1)

 

[OpdrachtDestructiefWerkToegestaan]

Uit (0) 

 

[Aanleiding]

Aan (1)

 

[OverigeInformatie]

Aan (1)

Gericht op (tabblad kan volledig uitgezet worden!)

[GerichtOp]

Aan (1)

 

[NietGerichtOp]

Aan (1)

 LAVS Koppeling

[LAVSProjectcode]

Aan (1)

 

[LAVSActiveringscode]

Uit (0)

 NAW gegevens

[OpdrachtgeverAdres]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[OpdrachtgeverPostcodePlaats]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[OpdrachtgeverContactpersoon]

Aan (1)

 

[OpdrachtgeverTelefoon]

Aan (1)

 

[OpdrachtgeverEmail]

Aan (1)

 

[OpdrachtgeverKlantnummer]

Aan (1)

 

[EigenaarNaam]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[EigenaarAdres]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[EigenaarPostcodePlaats]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[EigenaarTelefoon]

Aan (1)

 

[EigenaarEmail]

Aan (1)

Gegevens locatie

[LocatiePostcode]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[Gemeentenaam]

Uit (0)

 

[Complexcode]

Uit(0)

 

[Coordinaten]

Uit (0)

 

[KadastraleGegevens]

Uit (0)

 

[OppervlakteLocatie]

Uit (0)

 

[OppervlakteBebouwd]

Uit (0)

 

[TelefoonEmailLocatie]

Aan (1)

 

[LocatieInGebruik]

Aan (1)

 

[GebruikersLocatie]

Uit (0)

 

[Bouwwerk]

Aan (1)

 

[RecenteSanering]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoek]

Aan (1)

Tabblad bronnen deskresearch

[SamenvattingVooronderzoek]

Uit (0)

 

[VooronderzoekVoldoet]

Aan

Gegevens: gebruik van de locatie

[MogelijkAanwezigeToepassingen]

Aan (1)

 

[LocatieOmschrijving]

Aan (1)

 

[ProjectFunctie]

Uit (0)

 

[Bouwjaar]

Uit (0)

 

[Bouwlagen]

Uit (0)

 

[ProjectTechnischeRuimte]

Uit (0)

 

[ProjectKelder]

Uit (0)

 

[ProjectZolder]

Uit (0)

 

[Bouwgeschiedenis]

Aan (1)

 

[ToekomstigGebruik]

Aan (1)

 Tabblad Overige gegevens (tabblad kan volledig uitgezet worden!)

[DirectieVoerder]

Aan (1)

 

[ProjectBegeleiding]

Aan (1)

 

[Asbestverwijderingsbedrijf]

Aan (1)

 

[Vrijgavelabo]

Aan (1)

 

[AsbestinventarisatieDerdepartij]

Aan (1)

 

[AsbestinventarisatieDerdepartijAscertCode]

Aan (1)

Tabblad Factuur (tabblad kan volledig uitgezet worden!)

[FactuurNaam] 

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[FactuurAdres]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[FactuurPostcodePlaats]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[FactuurContactpersoon] 

Aan (1)

 

[FactuurNummer] 

Aan (1)

 

[FactuurDebiteurnummer]

Aan (1)

 

[FactuurReferentie]

Uit (0) 

 

[FactuurVervaldatum]

Uit (0) 

 

[FactuurPrijzen]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[FactuurTotaalPrijsExcl]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[FactuurBTW]

Alleen verplichtheid, altijd aan

 

[FactuurInclBTW]

Alleen verplichtheid, altijd aan

Aanvullend invoerscherm met posten voor factuur

[FactuurPostEenheid] 

Aan (1) 

 

[FactuurPostPrijsPerEenheid]

Aan (1) 

 

[FactuurPostToelichting]

Aan (1)

 

[FactuurPostGrootboeknummer]

Uit (0)

Veldwerk

[TechnischVerantwoordelijke]

Aan

 

[ConformWerkplan]

Aan

 

[VeiligheidsmiddelenVoldoet]

Aan

Conclusies tabblad 1 (tabblad kan volledig uitgezet worden!)

[StandaardConclusiesKeuzelijst]

Uit (0)

 

[StandaardConclusiesTekstueel]

Aan (1)

 

[ConclusieSamenvatting]

Uit (0)

 

[AanvullendOnderzoek]

LET OP: het is mogelijk om voor deze sectie de sleutel 'VerplRap' de waarde 2 te gebruiken. Dit zorgt ervoor dat het veld verplicht is, maar ook dat er nu géén standaardwaarde 'Nee' aan de optiebuttons wordt toegewezen

Uit (0)

 

[AdviesTypeBonderzoek]

Aan (1)

 

[AdviesType0onderzoek]

Aan (1)

 

[DestructiefWerkUitgevoerd]

Uit (0) 

 

[ProjectspecifiekeBeperkingen]

Aan (1)

 

[AfwijkingenEnOnregelmatigheden]

Aan (1)

 

[MotivatieOnvolledigOnderzoek]

Aan (1)

Conclusies tabblad 2 (tabblad kan volledig uitgezet worden!)

[AanvullendLuchtonderzoek]

Aan (1)

 

[GevaarlijkeSituaties]

Aan (1)

 

[AdviesKorteTermijn]

Aan (1)

 

[AdviesLangeTermijn]

Aan (1)

 

[ToplaagInspectie] 

Uit (0) 

 

[KeramischWol]

Uit (0) 

Conclusies voor Ruimten

[RuimteOmschrijving]

Aan (1)

 

[RuimteDatumUitvoering]

Uit (0)

 

[RuimteUitvoerendInspecteur]

Uit (0)

 

[RuimteAfmetingen]

Aan (1)

 

[RuimteBarcode]

Uit (0)

 

[RuimteVerdieping]

Uit (0)

 

[RuimteConclusiesStandaard]

Uit (0)

 

[RuimteConclusiesTekst]

Uit (0)

 

[RuimteFotoAfbeelding]

Uit (0)

Conclusies 1 voor Bronnen/Objecten

[BronOmschrijving]

Aan (1)

 

[BronAsbestVermoedenBevestigd]

Aan (1)

 

[BronOpnemenLAVSExport]

Uit (1) 

 

[BronAsbestOnvoorzien]

Uit (0)

 

[BronMeerIndirectAsbestVermoed]

Aan (1)

 

[BronInspecteerbaar]

Aan (1)

 

[BronScore]

Uit (0)

 

[BronRisicoklasse]

Staat altijd AAN!

 

[BronRisicoklasse2]

Staat altijd AAN!

 

[BronRisicoklasseBuitenBinnen]

Uit (0) 

 

[BronRisicoklasseToelichting]

Aan (1)

Conclusies 2 voor Bronnen/Objecten 

[BronHoeveelheidMateriaal] 

Alleen verplichtheid, altijd aan 

 

[BronHoeveelheidMateriaalMeetmethode]

Aan (1) 

 

[BronTypeAsbest]

Aan (1) LET OP: staat altijd aan indien LAVS export actief is op uw systeem!

 

[Verwijdermethode]

Staat altijd AAN!

 

[Verwijdermethode2] 

Staat altijd AAN!

 

[AanpakVervolgOnderzoek]

Uit (0)

 

[SaneringsUrgentie]

Aan (1)

 

[SaneringsUrgentieToelichting]

Aan (1) 

 

[BronVoorstelAfTeBakenenGebied]

Aan (1)

 

[BeschrijvingObject]

Aan (1)

 

[OpmerkingObject]

Aan (1)

 

[BronPotentieelRisicovol]

Uit (0)

 

[BronRisicobeoordelingBRL]

Uit (0) 


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Bronnen van Desk research:

Invoerscherm

Sectie

Default

Bronnen van Desk Research: algemeen

[DeskresearchBronLocatieOpname]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronBeschrijving]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronJaar]

Uit (0) 

Extra velden voor documenten

[DeskresearchBronDocument]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronHerkomstDocument]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronGevalideerd]

Aan (1)

Extra velden voor interviews

[DeskresearchBronNaamGeinterviewde]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronTelefoonGeinterviewde]

Aan (1)

 

[DeskresearchBronFunctieGeinterviewde]

Aan (1) 


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Eerder uitgevoerd onderzoek:

Invoerscherm

Sectie

Default

Eerder uitgevoerd onderzoek

[EerderUitgevoerdOnderzoekDoor]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekSCA]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekDIA]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekIDDIA]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekVrijgave]

Aan (1)

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekVrijgave]

Uit (0) 

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekActualisatie]

Uit (0) 

 

[EerderUitgevoerdOnderzoekToelichting]

Aan (1) 


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Uitsluitingen en Beperkingen:

Invoerscherm

Sectie

Default

Uitsluitingen en Beperkingen scherm

[UitsluitingBeperkingOmschrijvingVoorkomen]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingReden]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingAanvullendOnderzoek]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingAanvullendOnderzoek]

Aan (1)

 

[UitsluitingBeperkingFotoAfbeelding]

Uit (0) 

Deze optie zet een extra keuze aan voor onderdelen die buiten het toepassingsgebied van het onderzoek vallen

[UitsluitingBeperkingBuitenToepassingsGebiedOptie]

Uit (0)


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor Digitale informatiedragers:

Invoerscherm

Sectie

Default

Scherm Digitale informatiedragers

[DigitaleInformatiedragersJaar]

Aan (1)

 

[DigitaleInformatiedragersOmschrijving]

Aan (1)


De volgende secties zijn beschikbaar voor het aparte invoerformulier voor rapporten van Validatiemetingen:

Invoerscherm

Sectie

Default

Scherm rapporten Validatiemetingen

[ValidatiemetingDatumUitvoering]

Aan (1)

 

[ValidatiemetingUitvoerder]

Aan (1)

 

[ValidatiemetingDocument]

Aan (1)

XX

5.3 Vertaaltabellen voor Asbest Inventarisatie en Asbest Rapportage


 

De configuratiebestanden ProBIS_Asbest_Inventarisatie_translation.dat, AsbestRP.tra en ProBIS_Asbest_Rapportage_translation.dat bieden de mogelijkheid om de teksten van de labels en meldingen in de programma's en de rapportages naar eigen wens aan te passen. Het biedt daardoor de mogelijkheid om, eventueel in combinatie met het gebruik van de ShowHide bestanden, de layout voor de inspecteur naar wens te verbeteren door de termen van het programma aan te passen. Het bestanden kunnen aangepast worden direct in het bestand met behulp van Notepad.

De opmaak van het bestand is als volgt:

            Volgnummer=tekst

Voorbeeld:

0006=Sluiten

0007=Annuleren

0008=OK

0009=Informatie

Het volgnummer bepaalt in welke label of bericht de tekst wordt gebruikt. Elke volgnummer hangt aan 1 of meer labels of berichten van Asbest Inventarisatie. Meestal spreekt de tekst voor zich en kunt u snel vinden welke tekst gewijzigd moet worden om een bepaalde aanpassing te doen. Na de gewenste aanpassing gedaan te hebben slaat u het bestand op, start Asbest Inventarisatie en bekijkt het resultaat.

Voor het geval dat niet direct duidelijk is welk volgnummer gewijzigd moet worden, biedt Asbest Inventarisatie een modus in de opstartregel om de volgnummers te kunnen bekijken. Als er namelijk '-NR' vóór de configuratiemap verwijzing komt te staan, bijvoorbeeld:

            "C:\Program Files\ProBIS Asbest 2014\Program\ProBIS Asbest 2014.exe" -NR C:\My Documents\ProBIS Asbest 2014\Config

Dan toont het programma de volgnummers voor vertaling:

Na het wijzigen van het bestand in de desktop situatie, kan het beschikbaar gesteld worden voor de tablets door het als onderdeel van een zip bestand met de naam CONFIG.ZIP in de communicatiefolder van de inspecteur(s) te plaatsen. Zie voor meer informatie '4.1 Gewijzigde configuratiebestanden beschikbaar stellen voor tablets' op pagina 13 van dit document.

5.4 Configuratiebestand DeskResearchItemsType.ini


 

Dit bestand bevat informatie over de keuzelijst voor het Type van een deskresearch item. De keuzelijst ziet er als volgt uit:


Het bestand kan oneindig veel informatie bevatten, waarbij elk keuze er als volgt uitziet:

[Item{volgnummer}]
Omschrijving={Tekst voor in de keuzelijst}
Type={Index soort item}

Waarin:
{volgnummer} is een oplopend nummer van 1 en hoger. Let op: hierin mogen geen nummers missen, dus {volgnummer} moet opvolgend zijn!

{Tekst voor in de keuzelijst} is de tekst die in de keuzelijst komt te staan en door de inspecteur geselecteerd kan worden. Dit is een vrij te kiezen tekst die u zelf mag bepalen.

{Index soort item} is een index bestaande uit een nummer, een pipe teken en een verplichte, vaste tekst die aangeeft wat voor soort bron dit item betreft. Deze index wordt bijvoorbeeld gebruikt om data tijdens de rapportage toe te wijzen en voor het aanmaken van tabellen met informatie in de rapportage.
De mogelijke indexen zijn:

Type=0|Overig
Type=1|Interview bewoners
Type=2|Interview gebruikers
Type=3|Interview aannemers
Type=4|Interview technische dienst
Type=5|Interview overige
Type=6|Situatieschets
Type=7|Kadastrale tekening
Type=8|Rapportages
Type=9|Foto's
Type=10|Documenten
Type=11|Documenten SMA-rt
Type=12|Informatie opdrachtgever
Type=13|Bestekken

U moet achter 'Type=' dus precies de waarde gebruiken zoals die in bovenstaande lijst beschikbaar is, dus met pipe teken en exacte tekst! De index waarden zijn dus vastgelegde waarden en kunnen alleen door GCS worden uitgebreid met andere, nieuwe waarden! Een index mag dus vaker gebruikt worden. Het gaat om de getalwaarde, de omschrijving is optioneel maar moet dan wel verplicht voorafgegaan worden door een | teken.

Voorbeeld

[Item1]
Omschrijving=Onbekende bron
Type=0|Overig
[Item2]
Omschrijving=Interview bewoners
Type=1|Interview bewoners

 

 

[Item12]
Omschrijving=Overig
Type=0|Overig

Enzovoorts



5.5 NotitieAfsprakenDefault.ini


 

Dit configuratiebestand biedt de mogelijkheid om standaard Notities en Afspraken te definiëren die standaard aan een nieuwe inventarisatie worden toegewezen bij het aanmaken ervan. Het bestand kan aangepast worden vanuit Asbest inventarisatie of direct in het bestand.

Het bestand heeft één of meer definities in zich die er individueel als volgt uitzien:

[Item{volgnummer}]
Titel={Titel van de notitie/afspraak}
Document={Gegevens gekoppeld document}
Opmerking={Beschrijving van de notitie of afspraak}

Waarin {volgnummer} is een oplopend nummer van 1 en hoger. Let op: hierin mogen geen nummers missen, dus {volgnummer} moet opvolgend zijn! {Titel van de notitie/afspraak} is de tekst die in de keuzelijst komt te staan en door de inspecteur geselecteerd kan worden. {Gegevens gekoppeld document} zijn de gegevens van een gekoppeld document. Hier mag de term '[config]' in worden gebruikt ipv een padnaam, Asbest 2014 zoekt dan automatisch in de actieve configuratiemappen naar het betreffende document.

Voorbeeld:

[Item1]
Titel=Werkplan
Document=[config]Werkplan.pdf
Opmerking=Werkplan voor uitvoering

5.6 Eigen formulieren met vragen definieren en gebruiken


 

Het is mogelijk om eigen vragen toe te voegen aan het systeem middels zogenaamde 'Eigen formulieren'. Zijn er 1 of meerdere eigen formulieren gedefinieerd, dan verschijnt er een extra onderdeel in het overzicht van het inventarisatie of rapportage project:

                                             

In dit voorbeeld is een eigen formulier 'Bouwkundige omschrijving' aangemaakt. Als het formulier wordt aangeklikt, dan verschijnen de vragen van het formulier naast de treeview in een overzicht zoals in bovenstaande voorbeeld is te zien.
Invoer van 'Type bouw' is bijvoorbeeld een vraag die is gedefinieerd. In het bovenstaande voorbeeld is deze vraag al beantwoord, dit antwoord wordt ook in het overzicht gepresenteerd.
Net als via de ShowHide en ShowHideRapportage faciliteit (zie eerder dit document), biedt de faciliteiten van de eigen formulieren ook de mogelijkheid om verplichte velden te definieren. Indien dan een achtergrondkleur is ingesteld zoals beschreven bij de ShowHide faciliteit eerder in dit document en de vraag van het eigen formulier juist is geconfigureerd, dan zal er een achtergrondkleur voor een verplichte vraag getoond worden en zal het bij validatie gecontroleerd worden.

Het invoerveld voor het antwoord is afhankelijk van de instellingen van de vraag (zie verder), in de meest uitgebreide versie kan het er als volgt uitzien:

                    

Hierop wordt de vraag getoond en is er een vrij invoerveld en een keuzelijst om de vraag te beantwoorden. Tevens kan er een vraag om 'Aanvullend onderzoek' onderdeel van uitmaken.

Het is ook mogelijk om een groepering aan te brengen in de invoervelden. Hiervoor kunnen categorien worden gedefinieerd. Het scherm ziet er dan als volgt uit:
                   
Na het klikken van de gewenste categorien wordt de lijst met vragen beperkt tot alleen de vragen die bij deze categorie horen. Ook worden de verplichtingen hierop aangepast.

De eigen formulieren worden gedefinieerd door een INI bestand aan te maken in de centrale configuratiemap van het systeem met een naam die begint met 'EigenFormulier_' gevolgd door een vrij tekst en de extensie .ini. Voorbeeld:

            EigenFormulier_Tabel21.ini

In dit ini bestand zit altijd een sectie [General], met de volgende sleutels:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[General]

Name

Naam van het eigen formulier dat in de Treeview wordt getoond

 

NameLong

Naam van het eigen formulier dat boven de vragen komt te staan

 

UniekeCode

Unieke code voor het eigen formulier. Deze wordt gebruikt in de verplichte formulieren per aangeklikt item

 

ShowWvb

Instelling waarmee aangegeven kan worden of een formulier in Asbest Werkvoorbereiding getoond moet worden en gebruikt bij validatie op compleetheid

 

ShowInv

Instelling waarmee aangegeven kan worden of een formulier in Asbest Inventarisatie getoond moet worden en gebruikt bij validatie op compleetheid 

 

ShowRap 

Instelling waarmee aangegeven kan worden of een formulier in Asbest Rapportage\ getoond moet worden en gebruikt bij validatie op compleetheid

 

NEN2991

Flag waarmee een formulier uniek voor NEN2991 onderzoeken gebruikt zal worden

Voorbeeld:

[General]
Name=Tabel 2.1 rapportage
NameLong=Invulformulier voor tabel 2.1 rapportage
ShowWvb=1
ShowInv=1
ShowRap=1

Let op: voor deze en alle volgende velden geldt dat de tekst uit maximaal 256 karakters mag bestaan! Vanaf versie 3.5 van de software mogen voor het veld 'keuzes' meer karakters worden toegepast.

Opmaak van de grid met overzicht alle vragen instellen

Daarnaast is er een sectie [LayoutGrid] mogelijk waarmee de informatie en de opmaak van de grid bepaald kan worden. Het kent de volgende sleutels:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[LayoutGrid]

Vraag

Indien >0 dan wordt deze kolom in de grid weergegeven. Ingevoerde waarde is een percentage van de volledige breedte van de grid. Indien waarde 0 dan wordt het niet in de grid getoond. Standaard 30% van de breedte

 

Aanwezig

Idem voor aanwezigheid. Standaard 0, dus niet zichtbaar

 

Locatie

Idem voor locatie van voorkomen. Standaard 0, dus niet zichtbaar

 

Antwoord

Idem voor het antwoord. Standaard 50% van de breedte

 

NaderOnderzoek

Idem voor nader onderzoek. Standaard 17% van de breedte

 

ToonButtonDirectInvullenDefaultAntwoorden

Hiermee kan aangegeven worden of er voor een formulier een button beschikbaar moet komen waarmee alle vragen van het formulier automatisch met het standaard antwoord ingevuld kunnen worden. 0 (default) button niet weergeven of 1 button wel weergeven. Is alleen zinvol als er standaardwaarde voor de vragen is gedefinieerd (zie 'Default' bij vraagdefinitie)!

Voorbeeld:

[LayoutGrid]
Vraag=35
Aanwezig=15
Locatie=18
Antwoord=30
NaderOnderzoek=0

Opmaak van het vragenformulier instellen

Verder is er een sectie [LayoutFormulier] mogelijk waarmee de labels op het scherm van het vragenformulier naar wens zelf ingevuld kunnen worden. Het kent de volgende sleutels:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[LayoutFormulier]

LabelVraag

Indien het een ingevulde waarde bevat, wordt deze tekst gebruikt voor de label bij de vraag. Indien leeg wordt standaardwaarde gebruikt

 

LabelAanwezig

Idem voor aanwezigheid

 

LabelVoorkomenIn

Idem voor locatie van voorkomen

 

LabelAntwoord

Idem voor het antwoord

 

LabelAanvullendOnderzoek

Idem voor nader onderzoek

Voorbeeld:

[LayoutFormulier]
LabelVraag=Onderwerp:
LabelAanwezig=Aanwezig?:
LabelVoorkomenIn=Ruimte:
LabelAntwoord=Bijzonderheden:
LabelAanvullendOnderzoek=

Gebruik maken van Categoriën

U heeft de mogelijkheid om gebruik te maken van categorien. Hiervoor moet er eerst een sectie '[Categorien]' opgenomen worden met de namen van de categorien. De vragen kunnen dan later aan deze categorien gekoppeld worden:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[Categorien]

Categorie{n}

Deze sleutel moet de naam van een categorie bevatten. De sleutel kan 1 of meer malen voorkomen onder de sectie. De {n} in de naam is een oplopend volgnummer

Voorbeeld:

[Categorien]
Categorie1=Benedenverdieping
Categorie2=Bovenverdieping

Gebruik maken van meerdere sets van defaultwaarden

U heeft de mogelijkheid om defaultwaarden voor de vragen te definiëren, zie onder. Dit kan één standaardwaarde zijn die in elke situatie wordt gebruikt. Echter; het is ook mogelijk om meerdere sets van standaardwaarden te definiëren, zodat u eerst een specifieke situatie kunt aangeven en daarna de daarbij behorende standaardwaarden gebruikt. Het scherm met de vragen veranderd van opmaak als er 2 of meer standaardsets onder deze sectie zijn aangemaakt:

                   

U kiest uit de lijst de situatie die van toepassing is. Laat u dan standaardwaarden invullen via de, nu smaller gemaakte, button, dan worden de defaultwaarden gebruikt die bij de betreffende set horen.

Om meerdere sets van standaardwaarden te kunnen gebruiken moet de volgende sectie aanwezig zijn in het definitiebestand, met tenminste 2 gedefinieerde sets.

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[DefaultSets]

Set{n}

Er mogen één of meer (tenminste 2) sleutels met de naam 'Set1', 'Set2', .... 'Set{n}' onder de sectie opgenomen worden. Elke sleutel moet de naam van een set met standaardwaarden bevatten, deze worden getoond in de keuzelijst. De sleutel kan 2 of meer malen voorkomen onder de sectie. De {n} in de naam is een oplopend volgnummer.
LET OP: het volgnummer wordt ook gebruikt in de [Vraag] sectie voor de Default sleutel, zie onder

 

 Set{n}VraagOmVervangenAlIngevulde

Bij elke Set{n} kan deze sleutel worden opgenomen. Indien het de waarde 1 heeft dan wordt er een vraag gesteld of al ingevulde antwoorden door de default waarde overschreven moet worden. Indien het de waarde 2 heeft dan gebeurt dit altijd, zonder vraag

Voorbeeld:

[DefaultSets]
Set1=Basisset
Set2=Set voor panden voor 1970
Set3=Set voor bedrijfskantoren

Definitie van de individuele vragen

Vervolgens zitten in de ini file de vragen die gesteld moeten worden. Dit kunnen 1 of meer secties met de naam [Vraag{n}] zijn, waarin {n} is een oplopend volgnummer. Per vraag zijn dan de volgende sleutels beschikbaar:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[Vraag{n}]

Vraag

De tekst van de vraag die gesteld wordt

 

Variabele

Unieke naam waarmee de vraag wordt geindentificeerd en later in rapportages gepresenteerd kan worden

 

VraagLang

mag optioneel een tekst bevatten die wordt getoond in het vragen invulscherm. De korte tekst (al bestaand) komt in het overzicht van de vragen en antwoorden. Indien geen waarde dan wordt de normale vraagtekst gebruikt 

 

Type

1=alleen open invoerveld, 2=open invoerveld en keuzelijst of 3=alleen keuzelijst

 

Keuzes

Opties die in keuzelijst moeten komen. Items worden gescheiden door # teken.
Let op: het maximaal aantal karakters voor deze sleutel is 256 karakters. Vanaf versie 3.5 van de ProBIS Asbest software is dit maximum verhoogd tot vrijwel een oneindig aantal

 

Multiselect

indien er een keuzelijst wordt getoond voor het antwoord, dan kan via deze sleutel aangegeven worden of deze multiselect mag zijn (1 = default) of niet (=0)

 

Default

of

Default1
Default2
......
Default{nr}

Waarde uit Keuzes die als default aangevinkt moet zijn of waarde die als default antwoord ingevuld moet worden

Indien de sectie [DefaultSets] in het definitiebestand aanwezig is, dan kan gebruik worden gemaakt van 1 of meerdere default sleutels. Deze hebben dan een volgnummer 1, 2, ..., {nr}. De maximale waarde voor {nr} hierin is dan afhankelijk van het aantal sets dat is gedefinieerd onder [DefaultSets] (zie boven)

 

ToonOpmerkingen

indien een 1 dan wordt een extra veld met label 'Opmerking' toegevoegd voor een vraag in het invulscherm

 

LabelOpmerkingen

heeft een functie indien ToonOpmerkingen is 1. Vervangt dan de tekst in de label met deze tekst

 

InformatieOpmerkingen

heeft een functie indien ToonOpmerkingen is 1. Indien er achter deze sleutel een tekst staat, dan verschijnt er naast het invoerveld voor de opmerkingen een button om deze aanvullende informatie in beeld getoond te kunnen krijgen

 

StandaardtekstenOpmerkingen

heeft een functie indien ToonOpmerkingen is 1. Indien er achter deze sleutel een bestandsextensie wordt opgegeven én er zijn in de centrale configuratiemap bestanden met deze extensies aanwezig, dan verschijnt er naast het invoerveld voor de opmerkingen een button om het selectieveld voor standaardteksten te kunnen openen (zie onder)

 

ToonToelichtingen

indien een 1 dan wordt een extra veld met label 'Toelichting' toegevoegd voor een vraag in het invulscherm

 

LabelToelichtingen

heeft een functie indien ToonToelichtingen is 1. Vervangt dan de tekst in de label met deze tekst

 

InformatieToelichtingen

heeft een functie indien ToonToelichtingen is 1. Indien er achter deze sleutel een tekst staat, dan verschijnt er naast het invoerveld voor de toelichtingen een button om deze aanvullende informatie in beeld getoond te kunnen krijgen

 

StandaardtekstenToelichtingen

heeft een functie indien ToonToelichtingen is 1. Indien er achter deze sleutel een bestandsextensie wordt opgegeven én er zijn in de centrale configuratiemap bestanden met deze extensies aanwezig, dan verschijnt er naast het invoerveld voor de toelichtingen een button om het selectieveld voor standaardteksten te kunnen openen (zie onder) 

 

VraagAanvullendOnderzoek

Of de vraag voor aanvullend onderzoek getoond moet worden. 1=Ja of 0=Nee

 

VraagVoorkomenIn

Of de vraag over de locatie waar het onderwerp voorkomt gesteld moet worden. 1=Ja of 0=Nee

 

VraagVoorkomenInKeuzes

Opties die in keuzelijst voor het voorkomen moeten komen. Items worden gescheiden door # teken

 

VraagAanwezig

Of de vraag over de aanwezigheid van het onderwerp getoond moet worden. 2=tonen net default N.v.t., 1=tonen met default Nee of 0=niet tonen

 

VerplWvb

Of de vraag als verplicht behandeld moet worden in Asbest Werkvoorbereiding. 1=Ja of 0=Nee

 

VerplInv

Of de vraag als verplicht behandeld moet worden in Asbest Inventarisatie. 1=Ja of 0=Nee

 

VerplRap

Of de vraag als verplicht behandeld moet worden in Asbest Rapportage.
1=Ja of 0=Nee

 

Categorie

Tot welke categorie de vraag behoort. Dit moet dan een naam zijn die beschikbaar is onde de [Categorien] sectie van het eigen formulier

 

Voorbeeld:

[General]
Name=Tabel 2.1 rapportage
NameLong=Invulformulier voor tabel 2.1 rapportage
ShowWvb=1
ShowInv=1
ShowRap=1
 
[LayoutGrid]
Vraag=35
Aanwezig=0
Locatie=0
Antwoord=45
NaderOnderzoek=17
 
[LayoutFormulier]
LabelVraag=Vraag:
LabelAanwezig=
LabelVoorkomenIn=
LabelAntwoord=Antwoord:
LabelAanvullendOnderzoek=Aanvullend onderzoek?:
 
[Vraag1]
Vraag=Kadastrale gegevens
Variabele=KadastraleGegevens
Type=1
VraagAanvullendOnderzoek=0
VraagVoorkomenIn=0
VraagVoorkomenInKeuzes=
VraagAanwezig=0
VerplWvb=1
VerplInv=1
VerplRap=1
 
[Vraag2]
Vraag=Type bouw
Variabele=TypeBouw
Type=2
Keuzes=Traditioneel
VraagAanvullendOnderzoek=0
VraagVoorkomenIn=0
VraagVoorkomenInKeuzes=
VraagAanwezig=0

Nadat de vragen zijn beantwoord in Asbest inventarisatie of Asbest Rapportage, kunnen de resultaten via het scriptcommando FORMULIERVARIABELE worden gepresenteerd in de Word documenten. Voor meer informatie over dit scriptcommando wordt u verwezen naar de scripthandleiding.

Voorbeeld invoerscherm met opmerking en toelichting, buttons voor openen selectiescherm voor standaardteksten en buttons voor het tonen van aanvullende informatie:

                   

5.7 Inventarisaties aanmaken op basis van eigen projectdatabase


 

Een optionele faciliteit voor Asbest Werkvoorbereiding is de mogelijkheid om op basis van een bedrijfseigen projectdatabase nieuwe inventarisaties te starten. Daarbij kunnen gegevens uit de eigen projectdatabase gehaald worden. Deze faciliteit moet fysiek geactiveerd worden via de licentie en is dus niet standaard beschikbaar binnen uw pakket!

Om gegevens uit te kunnen lezen uit de eigen projectdatabase, moet in deze database een SQL View of View gemaakt worden of een tabel aanwezig zijn waaruit de gegevens gelezen kunnen worden. Dit moet gebeuren door de beheerder van uw eigen database.

Op dit moment ondersteunt het systeem het uitlezen van gegevens uit tabellen/views uit Oracle, SQL Server Database, via een ODBC connectie en Access databases. De koppeling met een database kan gedaan worden vanuit het configuratiescherm van Asbest Werkvoorbereiding.

Voor Acces:
                   

Voor Oracle:

                   

Voor SQL Server:

                   

Voor een ODBC file connectie:

                   

De configuratie is opgeslagen in KoppelEigenProjectdatabase.ini. Het kan deels worden aangepast via het configuratiescherm (zie bovenstaand) en een deel moet rechtstreeks worden aangepast in het configuratiebestand.


Indien alles is geconfigureerd, dan kan een nieuw project worden aangemaakt via de menuoptie 'Nieuw aanmaken uit eigen projectdatabase':

                   


Vervolgens verschijnt een scherm in beeld met de projecten die beschikbaar zijn:

                   

Selecteer het om te zetten project en klik op OK. Er verschijnt nu een tussenscherm zoals u dat kent van het aanmaken van een nieuw project op de standaard manier:

                   

Selecteer de juiste instellingen en klik op OK om het project aan te laten maken en direct te openen. U kunt het project nu net zo verwerken als bestaande inventarisaties!

De volgende velden zijn in de INI file beschikbaar en zijn vanuit het configuratiescherm van Asbest Inventarisatie 2014 te wijzigen:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[General]

Tabel

Naam van de tabel die gebruikt moet worden

 

KolomZichtbaar

De kolomnamen van de database die getoond moeten worden in het formulier voor de selectie van het te importeren document.

 

ExtraQuery

Extra WHERE Query die toegepast moet worden op de te verzamelen data. Deze extra query begint dus altijd met WHERE

 

TypeDatabase

Welke type database wordt gebruikt Access (1), Oracle (3) of SQL Server (2)

 

Database

Locatie en naam van de Access database

 

OracleDataSource

Data source voor toegang Oracle database

 

OracleUser

User voor toegang Oracle database

 

OraclePassworde

Password voor toegang Oracle database

 

SQLServerDataSource

Data source SQL Server

 

SQLServerDatabase

Database SQL Server

 

SQLServerLoginType

Type voor inloggen SQL Server databas, Windows of SQL Server

 

SQLServerLogin

Login voor toegang SQL Server database bij het betreffende login type

 

SQLServerPassword

Idem voor Password

Daarnaast is en nog een sectie [koppel] waarvan de waarden niet vanuit het configuratiescherm te wijzigen zijn. In deze sectie worden de informatie eenheden van ProBIS Asbest Inventarisatie 2014 gekoppeld met een veld in de uit te lezen database. De volgende velden zijn aanwezig:

Sectie

Sleutel

Omschrijving

[Koppel]

Projectcode

Naam van de tabel die gebruikt moet worden

 

TypeInventarisatie

Het type inventarisatie. In dit veld worden de termen - 'A', 'TYPE A' of 'TYPEA' gekoppeld als Type A inventarisatie - 'B', 'TYPE B' of 'TYPEB' gekoppeld als Type B inventarisatie - 'G', 'TYPE G' of 'TYPEG' gekoppeld als Type A inventarisatie,

 

Projectnaam

De projectnaam

 

LocatieAdres

Het adres van de locatie

 

LocatieAdresHuisnummer

Huisnummer van de locatie

 

LocatieAdresLetter

Extra letter bij huisnummer van de locatie

 

LocatieAdresToevoeging

Extra toevoeging na letter bij huisnummer van de locatie

 

LocatiePostcode

De postcode van de locatie

 

LocatiePlaats

De plaatsnaam van de locatie

 

AlgemeneOpmerkingen

Algemene opmerkingen over de uit te voeren inventarisatie

 

OnderwerpInspectie

Via dit veld kan het onderwerp van inspectie worden doorgegeven. Indien in dit veld de exacte term staat als in de ProBIS Asbest software bekend dan wordt deze geselecteerd. Bij onduidelijkheid wordt dan 'Anders:' gekozen en de waarde ingevuld.

 

Aanleiding

Aanleiding van de inventarisatie

 

OmschrijvingOpdracht

Omschrijving van de opdracht

De volgende velden zijn bedoeld voor het koppelen van gegevens van de opdrachtgever

 

OpdrachtgeverNaam

 

 

OpdrachtgeverAdres

 

 

OpdrachtgeverPostcode

 

 

OpdrachtgeverPlaats

 

 

OpdrachtgeverContactpersoonTitel

 

 

OpdrachtgeverContactpersoonVoorletters

 

 

OpdrachtgeverContactpersoonNaam

 

 

OpdrachtgeverTelefoon

 

 

OpdrachtgeverEmail

 

De volgende velden zijn bedoeld voor het koppelen van gegevens van de eigenaar

 

EigenaarNaam

 

 

EigenaarAdres

 

 

EigenaarPostcode

 

 

EigenaarPlaats

 

 

EigenaarTelefoon

 

 

EigenaarEmail

 

De volgende velden zijn bedoeld voor het koppelen van overige gegevens van de locatie

 

LocatieTelefoon

 

 

LocatieEmail

 

 

LocatieInGebruik

Of de locatie in gebruik is. Voor dit veld worden de waarden 'TRUE', 'JA', 'J' of '1' gezien als waarde voor in gebruik. De overige situatie geeft niet in gebruik

 

Bouwwerk

Via dit veld kan het type bouwwerk worden doorgegeven. Indien in dit veld de exacte term staat als in de ProBIS Asbest software bekend dan wordt deze geselecteerd. Bij onduidelijkheid wordt dan 'Overigen, namelijk' gekozen en de waarde ingevuld.

Voorbeeld:

[General]
Tabel=Project
KolomZichtbaar=Projectcode,Adres,Plaats
ExtraQuery=
TypeDatabase=1
Database=C:\Apps\ProBIS Asbest 2014\Database\EigenProjectDatabase.mdb
OracleDataSource=
OracleUser=
OraclePassword=
SQLServerDataSource=
SQLServerDatabase=
SQLServerLoginType=
SQLServerLogin=
SQLServerPassword=
 
[Koppel]
Projectcode=Projectcode
TypeInventarisatie=Type
Projectnaam=Naam
LocatieAdres=Adres
LocatiePostcode=AdresPostcode
LocatiePlaats=Plaats
AlgemeneOpmerkingen=Opmerking
OnderwerpInspectie=Onderwerp
Aanleiding=Aanleiding
OmschrijvingOpdracht=Opdracht
 
OpdrachtgeverNaam=OpdrNaam
OpdrachtgeverAdres=OpdrAdres
OpdrachtgeverPostcode=OpdrPostcode
OpdrachtgeverPlaats=OpdrPlaats
OpdrachtgeverContactpersoonTitel=OpdrTitel
OpdrachtgeverContactpersoonVoorletters=OpdrVoorletters
OpdrachtgeverContactpersoonNaam=OpdrContNaam
OpdrachtgeverTelefoon=OpdrTelefoon
OpdrachtgeverEmail=OpdrEmail
 
EigenaarNaam=EigNaam
EigenaarAdres=EigAdres
EigenaarPostcode=EigPostcode
EigenaarPlaats=EigPlaats
EigenaarTelefoon=EigTelefoon
EigenaarEmail=EigEmail
 
LocatieTelefoon=LocatieTelefoon
LocatieEmail=LocatieEmail
LocatieInGebruik=InGebruik
Bouwwerk=Bouwwerk

5.8 KIS Klantendatabase configureren


  In de systemen van GCS is het mogelijk om NAW gegevens (opdrachtgever, eigenaar e.d.) te kunnen kiezen uit een zogenaamde klanten of KIS database. Deze faciliteit biedt u de mogelijkheid om op een snelle manier klantgegevens in uw project in te voegen.

In de basis wordt er een lege database meegeleverd tijdens de installatie die u zelf in de loop van de tijd kunt vullen met klanten. De methode van invoer en de mogelijkheden hiervan zijn te configureren en worden in dit hoofdstuk beschreven.

De database met klantgegevens kan door uw bedrijf ook (automatisch) aangemaakt worden uit een eigen klantbeheersysteem. Dit eigen klantbeheersysteem moet dan een Access database produceren conform de eisen die onderstaand zijn beschreven. Deze Access database kan dan als KIS database fungeren voor de GCS applicaties.

Activeren en configureren KIS koppeling:

Om gebruik te maken van de faciliteit voor de Klantendatabase, dient u dit te configureren via het bestand KISCFG.INI in de (centrale) configuratiemap van het programma dat u gebruikt. In dit bestand moeten een aantal verplichte en niet verplichte sleutels aanwezig zijn. Met de invulling van deze regels is te bepalen hoe de KIS koppeling van de applicatie zich gedraagt.

In de volgende tabel worden de sleutels in KISCFG.INI toegelicht. Alle sleutels vallen onder de sectie [KIS].

        
Sleutel  

Functie  

Ver-   plicht?  

Opmerking/voorbeeld  

Row1

Modus van KIS koppeling

Ja

Moet altijd waarde 2 hebben

Database

Locatie en naam Access   database

Ja

Naam van de database met   extensie .MDB en pad waarin deze gevonden kan worden  Voorbeeld: C:\Database\Kisdata.mdb

Tablename

Tabelnaam

Ja

Naam van de tabel in de   database van regel 2 waarin de klantgegevens staan  Voorbeeld: Relaties

Show

Indexen voor kolommen die   getoond moeten worden in het overzicht

Nee

Reeks 1 en 0 gescheiden door |-tekens waardoor aangegeven kan worden welke kolommen wel of niet   getoond moeten worden. Een 1 zet een kolom zichtbaar in het overzicht  Voorbeeld: "0|1|0|1|1|0|1|0|0|0|0|0|0|1|0|0" zet onder andere kolom   1 = Klantnummer zichtbaar in overzicht  Maximaal 16 velden, zie onder voor de kolom voor elke index

ColNames

Namen voor kolommen in   overzicht

Nee

Reeks met namen gescheiden   door |-tekens waardoor de kolomnamen in het overzicht aangegeven kunnen   worden.  Voorbeeld: ID|Klantnr|Cred.nr|Bedrijf|Adres|Pc|Plaats|Telefoon|   Fax|Land|Rp|Initialen||Contactpers.|M/V|Afdeling  Maximaal 16 velden, zie onder voor de kolom voor elke index

Width

Breedtes van de kolommen in   het overzicht

Nee

Reeks met percentages   gescheiden door |-tekens die de breedtes van de zichtbare kolommen op basis   van de volledige breedte aangeven.  Voorbeeld: 0|8|0|25|30|0|20|0|0|0|0|0|0|17|0|0 zet onder andere de breedte   van kolom 1 = klantnummer op 8% van de volle breedte  Maximaal 16 velden, zie onder voor de kolom voor elke index

Sort

Geeft aan op welke kolom   standaard gesorteerd moet worden

Nee

Index van kolom conform onderstaand overzicht waarop bij openen van het scherm gesorteerd moet worden  Voorbeeld: 3 soteert kolom 3 = Bedrijf

Change

Bepaalt of het wijzigen   van klantgegevens mogelijk is

Nee

0 = klantgegevens niet te wijzigen en overige waarden klantgegevens wel wijzigen

Add

Bepaalt of het toevoegen   van klantgegevens mogelijk is

Nee

0 = geen klantgegevens toe te voegen en overige waarden klantgegevens wel toe te voegen.

Delete

Bepaalt of het verwijderen   van klantgegevens mogelijk is

Nee

0 = geen klantgegevens te verwijderen en overige waarden wel klantgegevens te verwijderen

Query

Mag een aanvullende Query bevatten voor het openen   van de database

Nee

voorbeeld: "where Klantnummer Is Not Null" zorgt ervoor dat records met een leeg Klantnummer niet in de   recordset met klanten worden opgenomen

Tijdens de installatie is een voorbeeld van dit configuratiebestand in de configuratiemap geplaatst.

Overzicht kolom per index:

Zoals in bovenstaande tabel aangegeven wordt voor een aantal regels gewerkt met indexen. In de volgende tabel zijn de gebruikte indexen per kolom uit de Access database weergegeven. Zie voor de namen van de kolom de beschrijving in de volgende sectie van dit document.

Index

Kolom   Index Functie
1 ID_Relatie     Fax_Bedrijf
2 Klantnummer   10 Land
3   Crediteurennummer   11 Rechtspersoon
4 Bedrijf   12 Initialen
5 Correspondentieadres   13 Voorvoegsel
6 Postcode   14 Achternaam
7 Plaats   15 Geslacht  
8 Telefoon_Bedrijf   16 Afdeling  

Opmaak Access database met klantgegevens:

De klantgegevens (moeten) worden opgeslagen in een Access database met minimaal de onderstaande structuur. Deze database kunt u zelf aan laten maken uit uw eigen klantbeheersysteem of u kunt starten met een lege database die door GCS aan u geleverd kan worden.

Locatie en naam van de database: in te stellen via de sleutel 'Database=' van KISCFG.INI

Naam van de tabel met klantgegevens in de database: in te stellen via sleutel 'TableName=' van KISCFG.INI

De volgende velden (verplichte naam) moeten in de database aanwezig zijn:

Kolom

Veldnaam

Lengte

Ver-plicht

Opmerkingen

1

ID_Relatie

Integer

X

ID (uniek)

2

Klantnummer

10

 

 

3

Crediteurnummer

10

 

 

4

Bedrijf

50

 

Naam bedrijf

5

Correspondentie_adres

100

 

 

6

Postcode

20

 

 

7

Plaats

100

 

 

8

Telefoon_Bedrijf

25

 

 

9

Fax_Bedrijf

25

 

 

10

Land

50

 

 

11

Rechtspersoon

50

 

 

12

Initialen

10

 

 

13

Voorvoegsel

30

 

voorvoegsel bij achternaam

14

Achternaam

50

 

 

15

Geslacht

1

 

M, V of O (onbekend)

16

Afdeling

50

 

Inkoop, Milieu of iets dergelijks 

17

Logo

OLE

 

Binaire data van logo. Via ConfigAlgemeen.ini kan deze worden uitgesloten indien er problemen zijn met de snelheid van openen van de KIS database

18

LogoName

Memo

 

Naam van het logo bestand

Toelichting werking KISCFG.INI:

Onderstaand een korte toelichting bij een aantal sleutels uit KISCFG.INI. Ook in de tabel onder 'Activeren en configureren KIS koppeling' kunt u uitleg vinden over het gebruik van de mogelijke configuratie instellingen.

Indien de sleutel 'Show' de volgende waarde heeft:
          Show=0|1|0|1|0|0|0|0|0|0|0|0|0|0|0
dan houdt dat in dat alleen kolom 2 en kolom 4 in het overzicht zichtbaar zullen zijn. Dat zijn dus de kolommen Klantnummer en bedrijfsnaam (zie tabel onder 'Opmaak Access database met klantgegevens')

Als dan vervolgens de sleutel 'Width' de volgende waarde heeft:
          Width=0|25|0|75|0|0|0|0|0|0|0|0|0|0|0
dan houdt dat in dat de eerste kolom (Klantnummer) 25% van de ruimte van het overzicht beschikbaar heeft als breedte en de tweede getoonde kolom (Bedrijfsnaam) dus 75% van de beschikbare ruimte.

Heeft tenslotte de sleutel 'ColNames' de volgende waarde:
          ColNames=|Klantnr.||Bedrijf|||||||||||
dan krijgt de eerste kolom (Klantnummer) als titel 'Klantnr.' en de tweede getoonde kolom (Bedrijfsnaam) als titel 'Bedrijf'. 
 

5.9 Handmatige instelbare settings in ConfigAlgemeen.ini


  In ProBIS Asbest worden de persoonlijke configuratie instellingen opgeslagen in Asbest.ini en Asbestrp.ini. Daarnaast is er echter ook een configuratiebestand ConfigAlgemeen.ini die opgeslagen wordt in de centrale configuratiemap en ´bedrijfsbrede´ instellingen bevat. Een aantal sleutels van de inhoud van ConfigAlgemeen.ini kunnen ingesteld worden vanuit het configuratiescherm van ProBIS Asbest, maar er zijn ook een aantal instellingen die alleen aangepast en ingesteld kunnen worden door deze handmatig aan het configuratiebestand toe te voegen. Deze instellingen worden in deze paragraaf beschreven. ConfigAlgemeen.ini kan aangepast worden via Kladblok of een andere tekstbestand editor.

In de volgende tabel worden de sleutels in ConfigAlgemeen.ini weergegeven die handmatig ingesteld en aangepast moeten worden:

Sectie  Sleutel

Functie

Opmerking/voorbeeld

 Meldingsformulier

OpnemenProjectcode

Of er een regel met de projectcode opgenomen moet worden op het Meldingsformulier

Standaard 0. Waarde 1 betekent dat projectcode op Meldingsformulier gepresenteerd moet worden

 Meldingsformulier

OpnemenOrdernummer

Of er een regel met het ordernummer opgenomen moet worden op het Meldingsformulier

Standaard 0. Waarde 1 betekent dat ordernummer op Meldingsformulier gepresenteerd moet worden

Meldingsformulier

ShowMeldingFormulierNaLAVSMelding

Of er ook een meldingsformulier getoond moet worden op scherm als een melding via LAVS is gedaan

Standaard 1. Waarde 0 betekent dat de melding via LAVS wordt gedaan en er geen meldingsformulier op scherm in beeld komt

 Blootstelling

diverse

 

Diverse sleutels die het mogelijk maken om de rekentijden voor Blootstellingsberekening te configureren

General

ProjectCodeLong

Maximaal aantal karakters van het invoerveld voor de projectcode.

Hier worden 3 opties geboden. (1) maximaal 119 karakters, (2) maximaal 200 karakters of (0 default) 25 karakters. Hou er rekening mee dat er bepaalde vervolghandelingen niet meer correct werken als u deze waarde verhoogd! Denk bijvoorbeeld aan het exporteren van gegevens in latere stadia, het kan zijn dat dan waarden worden ingekort. Bij gebruik van digitale aanmelding via FTP server moet altijd de waarde 0 gebruikt worden! Voor aanmelding bij Detect kan eventueel gekozen worden voor waarde 1 

General

RuimtenaamLong

Maximaal aantal karakters van het invoerveld voor naam van Ruimten

Standaard 50. Hier uitgedrukt in aantal karakters. Hou er rekening mee dat er bepaalde vervolghandelingen niet meer correct werken als u deze waarde verhoogd! Denk bijvoorbeeld aan het exporteren van gegevens in latere stadia, het kan zijn dat dan waarden worden ingekort

General

SelectInspectorSourceOfList

Instelling of de naam van uitvoerend inspecteurs alleen uit keuzelijst of ook handmatig gekozen kan worden

Standaard 1, alleen selectie vanuit keuzelijst. Indien 0 dan kan de naam van de uitvoerend inspecteur ook handmatig worden aangepast

General

DefaultMeetmethodeHoeveelheid 

Instelling om de standaard methode voor bepaling hoeveelheid aan te geven 

Mogelijke waarden: 1=Berekend, 2=Gemeten (standaard) of 3=Geschat 

General

BlootstellingsregistratieVoorNEN2991

Instelling om aan te geven dat voor NEN2991 onderzoeken de blootstelling niet geregistreerd hoeft te worden in de blootstellingregistratie database

Standaard aan. Uitzetten door waarde 0 te geven

General

BackColorSelectedPhotoPanel

Kleur in RGB die panels met foto's krijgen als ze multi geselecteerd worden 

Standaard 0,102,204 

General

DefaultFontFamily

Font naam van letter die moet worden gebruikt als er problemen zijn in presentatie analyseresultaten

Standaard leeg. Alleen invullen met bijvoorbeeld 'Microsoft Sans Serif' indien er problemen zijn bij de presentatie van o.a. de analyseresultaten in Werkvoorbereiding en Rapportage 

General

LogoKisModus

Met deze instelling kan aangegeven worden of de binaire data van de logo's in de database moet worden opgeslagen of niet

 

Complex

OverzichtToonBroncode

Broncode tonen in headercel van de complexmatrix

Met deze instelling van voor de complexmatrix aangegeven worden dat ook de broncode hierin opgenomen moet worden 

 

BasisbronToewijzenBijEersteKlik

1-klik-toewijzen bij klikken op complexmatrix button

Met deze instelling kan de 1-klik-toewijzing van gegevens van de basisbron aan een bron voor een adres uitgezet worden. Standaard staat deze methode aan

 

BasisbronToewijzenBijEersteKlikFoto

Ook foto basisbron overnemen bij 1-klik-toewijzen

Met deze instelling kan aangegeven worden dat ook de foto(s) van de basisbron overgenomen moeten worden bij de 1-klik-toewijzing van gegevens. Standaard staat dit uit

 

ExtraVeldenBronOpAdresPagina

ook verweerdheid, beschadiging en risicoklasse invoerbaar per adres

Met deze instelling kan aangegeven worden dat ook de verweerdheid, beschadiging en de velden voor de risicoklasse per adres ingevoerd moeten kunnen worden. Standaard staat dit aan

 

VerplichtOokVeldenBasisBron

Verplichtheid velden ook toepassen op velden basisbron

Met deze instelling kan aangegeven worden dat in een Complex de verplicht ingestelde velden ook voor de basisbron doorgevoerd moeten worden en dus als verplicht ingesteld. Standaard is dat niet het geval 

ShowDocumentAtProjectStartup
ShowFormAtProjectStartup

 

Document of formulier tonen bij starten van een inventarisatie 

Zie voor meer informatie: http://www.groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=157&D_ID=3#324 

LET OP!!! voor meer differentiatie is het mogelijk om dit ook aan te geven via de onderzoeksopzet. Het kan dan dus verschillen afhankelijk van de gekozen onderzoeksopzet voor een inventarisatie

Log

Permission

Setting voor toestemming loggen naar GCS database voor diagnostische doeleinden

Zie voor meer informatie: http://www.groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=3#327

[PostcodeNL_API]

Key

Unieke code ontvangen van PostcodeNL voor uw abonnement

Zie voor meer informatie https://services.postcode.nl/adresdata/api. Noot: 'API Webshops' is niet geschikt! 

[PostcodeNL_API]

Secret

Unieke code (secret) ontvangen van PostcodeNL voor uw abonnement. Altijd in combinatie met Key

Zie voor meer informatie https://services.postcode.nl/adresdata/api. Noot: 'API Webshops' is niet geschikt! 

[ProjectDrawing]

PDFConversionResolution

Kwaliteit van de individuele grafische bestanden bij aanmaken als projecttekening

Standaardwaarde 450 

 

WidthEmpty
HeightEmpty
BackColor

Drie sleutels voor het instellen van de 'lege' tekening bij projecttekeningen

Standaardwaarden:
WidthEmpty=1500
HeightEmpty=1100
BackColor=245;245;245

 

ExtraExtensions{nr}ExtraExtensionsName{nr}

Mogelijkheid om extra extensies toe te voegen voor de selectie van projecttekeningen. {nr} is oplopend volgnummer 

Voorbeeld:
ExtraExtensions1=*.pdn
ExtraExtensionsName1=Paint.NET afbeeldingen
ExtraExtensions1=*.cdr
ExtraExtensionsName1=CorelDraw 

[Word]

TabelNummeringZonderHoofdstuk 

Opmaak van tabelnummering met [TABELNUMMER] in scripts aanpassen 

De code [TABELNUMMER] in scripts wordt dynamisch vervangen door een volgnummer voor de tabel. Het volgnummer begint met het hoofdstuknummer gevolgd door een . en volgnummer; 4.1, 4.2 etc. Indien gewenst kan een nummering bestaande uit alleen een volgnummer gebruikt worden. Pas hiervoor deze optie TabelNummeringZonderHoofdstuk onder de sectie [Word] van ConfigAlgemeen.ini aan naar de waarde 1 

[SMART]

 

 

De mogelijke instellingen voor de SMA-rt koppeling zijn nader beschreven in http://groomecs.nl/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=401&D_ID=57#401

[KIS]

OpdrachtgeverGebruikContactpersoonEmailTelefoon

In plaats van het emailadres en telefoonnummer van het bedrijf wordt nu die van de contactpersoon overgenomen uit de Kis database voor de opdrachtgever.

 OpdrachtgeverGebruikContactpersoonEmailTelefoon=0 (informatie van het bedrijf wordt gebruikt, standaard)
 OpdrachtgeverGebruikContactpersoonEmailTelefoon=1 (informatie van het contacpersoon wordt gebruikt)

[KIS]

EigenaarGebruikContactpersoonEmailTelefoon

 

In plaats van het emailadres en telefoonnummer van het bedrijf wordt nu die van de contactpersoon overgenomen uit de Kis database voor de eigenaar.

 EigenaarGebruikContactpersoonEmailTelefoon=0 (informatie van het bedrijf wordt gebruikt, standaard)
 EigenaarGebruikContactpersoonEmailTelefoon=1 (informatie van het contacpersoon wordt gebruikt)

5.10 Nieuwe inspecteurs beschikbaar maken voor ProBIS Asbest en GCS Server Service


  Als er nieuwe inspecteurs van het systeem gebruik moeten gaan maken, dan dienen een aantal handelingen handmatig uitgevoerd te worden. De namen van de inspecteurs zitten namelijk wat verspreid over een aantal bestanden en soms over een aantal mappen. De bestanden die handmatig aangepast moeten worden in Config centraal zijn:
  • Inspecteurs.dat
  • Uitvoerderssca.dat
  • Inspectors.ini
Zorg er altijd voor dat de voorgeschreven opmaak wordt gerespecteerd!

Inspecteurs.dat en Uitvoerderssca.dat

De certificaatnummers van de DIA's staan in de bestanden INSPECTEURS.DAT en UITVOERDERSSCA.DAT.

Via het bestand INSPECTEURS.DAT worden de keuzes voor de uitvoerende inspecteurs bepaald. Zorg dat hier elke mogelijke inspecteur eenmaal in aanwezig is. Zorg er na aanpassing voor dat het bestand op alle tablets terechtkomt zodat hier altijd een juiste keuze gemaakt kan worden. Zie http://www.groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=3#51 voor meer informatie hoe dit gedaan moet worden.

Het juiste certificaatnummer dat in het rapport getoond moet worden, staat in UITVOERDERSSCA.DAT. Als er verschillende namen gebruikt gaan worden voor de inspecteur (bijvoorbeeld Jan Jansen en J. Jansen) dan kunt u deze beide mogelijkheden het beste allebei op een regel in het bestand UITVOERDERSSCA.DAT plaatsen. Dit bestand wordt niet gebruikt op tablets, dus hoeft alleen op kantoor aangepast te worden.
Pas in beide bestanden met behulp van kladblok de inhoud van de bestanden aan.

Inspectors.ini

Het bestand Inspectors.ini is een bijzondere.

Ten eerste moet u bij het aanpassen hiervan er goed voor zorgen dat de doornummering in [Inspector1], [Inspector2] enz goed wordt gehandhaafd.

Daarnaast moet u de naam die u gebruikt onder 'NickName=' ook toevoegen aan de map \Send of \Versturen waar voor alle nicknames een folder aanwezig is met 3 subfolders. Een dergelijke folder moet dan, inclusief subfolders, ook aangemaakt worden voor de nieuwe nickname. Waar de locatie van \Send of \Versturen precies is is afhankelijk van uw specifieke installatie.

Als laatste is het van belang om u te realiseren dat Inspectors.ini ook nog in een andere map kan staan. Reden hiervoor is dat de GCS Server Service voor de communicatie soms op een aparte PC of server draait en niet altijd de mogelijkheid heeft om de centrale configuratiemap aan te spreken. Zoek deze Inspectors.ini dan ook op en pas het eveneens aan in lijn met de Inspectors.ini uit de Centrale configuratie map

Denk er aan om na het aanpassen van Inspectors.ini de GCS Server Service opnieuw op te (laten) starten!

Configuratie nieuwe gebruiker

In situaties waarbij er meerdere gebruikers van het systeem zijn, heeft elke inspecteur een eigen map onder de \Users of \Gebruikers folder van uw installatie. U kunt voor de nieuwe medewerker een bestaande folder overnemen en deze voor de medewerker aanpassen. Pas zowel de snelkoppelingen aan als de INI bestanden van Asbest Werkvoorbereiding en Rapportage.

Nieuwe gebruiker op tablet

Als er een nieuwe gebruiker is voor een al bestaande tablet, dan dien allereerst het Inspecteurs.dat bestand op de tablet beschikbaar te komen. Dit kan door deze uit te wisselen tijdens communicatie of het handmatig uit te wisselen. Vervolgens dienen in het configuratiescherm van Inventarisatie de standaard inspecteur en de nickname voor communicatie naar wens aangepast te worden.

Indien er een nieuwe tablet is, dan dient u eerst een nieuwe licentie aan te schaffen en het programma te installeren en actief te maken op het nieuwe apparaat.

5.11 Configuratie voor het filteren van analyseresultaten via AnalysesFilter.ini


 

Voor een aantal scriptcommando's is het aan te geven dat de analyseresultaten die gepresenteerd worden opgeschoond moeten worden. Hierdoor worden niet gewenste resultaten op basis van een bepaalde waarde (b.v. '<2%', 'niet aantoonbaar') of een bepaalde term voor de uitgevoerd analyse (b.v. 'hechtgebondenheid' of 'oppervlakte telgebied') uit de opsomming van resultaten weggelaten.

Standaard worden in deze situatie op basis van de meetwaarde resultaten met "niet aantoonbaar", "niet van toepassing" en op basis van de analysenaam met "hechtgebondenheid" niet getoond in de opsomming. Daarnaast is er de mogelijkheid om zelf nog termen toe te voegen die gecontroleerd en verwijderd moeten worden uit de opsomming van de resultaten. Dit gaat via het bestand AnalysesFilter.ini dat in de locale of centrale configuratiefolder aanwezig mag zijn. In dit bestand mogen de volgende secties voorkomen:

  • [MeasureValue]: hiermee kunnen waarden voor analyseresultaten worden geconfigureerd die niet in een opsomming van analyseresultaten opgenomen zullen worden
  • [AnalysesName]: hiermee kunnen waarden voor namen van analyseresultaten worden  geconfigureerd die niet in een opsomming van analyseresultaten opgenomen zullen worden

Voor elke sectie mogen vervolgens 1 of meer sleutels 'Filter{n}' opgenomen worden waarin dan de uit te sluiten termen worden geconfigureerd. De {n} is hierin een volgnummer dat oplopend van 1 moet zijn.

Voorbeeld. In een bestand kan bijvoorbeeld de volgende informatie staan:
       [MeasureValue]
       Filter1=-
       Filter2=<240
       [AnalysesName]
       Filter1=oppervlak beeldveld
       Filter2=volume lucht (l)
wat inhoud dat de meetwaarden met resultaat - en en kleiner dan 240 worden uitgefilterd.

LET OP! Denk er wel aan dat in de scriptcommandos het filteren echt aangezet moet worden! Voor AANGETROFFENASBESTFOTOVARIANT1 gaat dit via rubriek 37, voor scriptcommando AANGETROFFENASBESTTABEL1 via rubriek 17 en voor GENOMENMONSTERS1 via rubriek 18. Zie de scripthandleiding voor meer informatie.

 

5.12 E-mail faciliteit beschikbaar maken in ProBIS Asbest Inventarisatie en Eindcontrole


 

Het is mogelijk om vanuit ProBIS Asbest Inventarisatie en ProBIS Asbest Eindcontrole e-mails aan te maken, te verzenden en de verzonden mails te beheren. Hiervoor zijn nieuwe menu opties op het hoofdmenu beschikbaar.

De werking van het emailen is beschreven in http://www.groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=15#237

Om de e-mail faciliteit beschikbaar te maken dient u een aantal handelingen uit te voeren. Deze worden in deze sectie nader beschreven.

Is alles goed geconfigureerd dan verschijnt het menu E-mail op het hoofdscherm van de applicatie:

                   

Om de menu opties beschikbaar te krijgen moeten de volgende stappen worden uitgevoerd:

  • De benodigde GCS.Email.dll moet beschikbaar zijn in de Program folder van de applicatie
  • De nieuwe bestanden EMailDatabaseAddresses_sjabloon.mdb en EMailSent_sjabloon.mdb moeten aanwezig zijn in de centrale configuratiefolder van uw systeem
  • De sleutels 'EmailOverzichtVerzonden' en 'EmailVerzenden' van de sectie [ShowMenu] in ShowHide.ini moeten de waarde 1 krijgen (zie ook http://www.groomecs.com/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=260&D_ID=3#54)

Om het e-mailen verder compleet te maken moeten:

  • EmailSubject.dat en één of meer standaardteksten met extensie .EBR aawezig zijn in de configuratiefolder van uw systeem
  • Om e-mails te kunnen versturen dient u ook de instellingen voor het verzenden van e-mails in het configuratiescherm ingesteld te hebben. Plaats deze informatie in het Email tabblad:

                         
Het systeem is nu gereed om e-mails te gaan verzenden!

 

5.13 Reporting faciliteit beschikbaar maken in ProBIS Asbest Inventarisatie en Eindcontrole


 

Het is mogelijk om vanuit ProBIS Asbest Werkvoorbereiding of Inventarisatie of ProBIS Asbest Eindcontrole een document aan te maken in Word. Hierbij is ook de krachtige tool van scriptcommandos die u kent uit ProBIS Asbest Rapportage beschikbaar!

De werking van het rapporteren is beschreven in http://www.groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=15#237

Om de reporting beschikbaar te maken dient u een aantal handelingen uit te voeren. Deze worden in deze sectie nader beschreven.

Is alles goed geconfigureerd dan verschijnt de knop voor het aanmaken van een rapport in beeld op het invoerscherm voor een project:

                   

Om de knop en de menu optie beschikbaar te krijgen moeten de volgende stappen worden uitgevoerd:

  • De benodigde GCS.Reporting.dll moet beschikbaar zijn in de Program folder van de applicatie;
  • De rapportmodule AsbestrpNET.exe en bijbehorende DLL GCS.Asbestos.Reportmodule.dll moeten beschikbaar zijn in de Program folder van de applicatie
  • De nieuwe bestanden 'Asbest Rapporttype Inventarisatie.lst' en 'GCS Script tabellen veldwerk.ww' moeten aanwezig zijn in de centrale configuratiefolder van uw systeem
  • Het basis Word bestand WWNULEC0.8 moet aanwezig zijn in de centrale configuratiefolder
  • De sleutel 'GenereerRapportWord' van de sectie [ShowMenu] in ShowHide.ini moeten de waarde 1 krijgen (zie ook http://www.groomecs.com/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=260&D_ID=3#54)

Om het rapporteren verder compleet te maken:

  • U krijgt een vraag in beeld om de opmaak van het aan te maken document te kiezen:

                       
    Deze keuzes zijn  vastgelegd in het bestand 'Asbest Rapporttype Inventarisatie.lst'. Via dit bestand zijn de keuzes uit de lijst gekoppeld aan een zogenaamd scriptbestand. Een scriptbestand bevat een combinatie van zogenaamde scriptcommando's die de uiteindelijke opmaak van het document kunnen bepalen. Voor meer informatie over de werking van script wordt verwezen naar http://groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=1.
  • Om goed gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden van de scriptfaciliteit moet u informatie over uw bedrijf invoeren op het nieuwe tabblad 'NAW' van het configuratiescherm:

                       

5.14 Formulier met verplichte vragen invullen als een item in overzicht wordt aangeklikt


 

Het is mogelijk om bij het klikken van een bepaalde node in het overzicht, niet het bijbehorende invoerscherm getoond te krijgen maar een geconfigureerd Eigen formulier met een aantal verplichte velden. Deze velden moeten dan ingevuld zijn vóórdat het werklijke invoerscherm gebruikt kan worden. Het biedt dus een nieuwe faciliteit waarmee gegarandaard kan worden dat een formulier op een bepaald moment in het proces wordt ingevuld.

Stel dat er geconfigureerd is dat het meldingsformulier alleen beschikbaar mag komen als het formulier 'Checklist afronding inventarisatie' ingevuld is:

                   

Klikt u deze node nu aan, dan verschijnt het formulier in beeld en niet het invulscherm voor het meldingsformulier zelf:

                   

Dit werk alleen als er op het Eigen formulier tenminste één verplicht veld van toepassing is! Alleen de verplichte vragen worden namelijk gevalideerd op ingevuld zijn of niet. Vult u nu de vraag in en komt u daarna via de node binnen op het scherm, dan verschijnt het gewone invoerscherm voor het meldingsformulier:

                   

De verplichte vraag van het Eigen formulier is ingevuld, u komt nu dus op het gewone invoerscherm voor het meldingsformulier!

U kunt deze nieuwe faciliteit instellen door configuratie aan te maken in ConfigAlgemeen.ini in \Config centraal. In dit bestand mogen 1 of meer secties geconfigureerd zijn, met als algemene syntax:

           [NodeFormAction{NR}]
           NodeWvb={ItemCodeOverzichtWerkvoorbereiding} 
           NodeInv={ItemCodeOverzichtInventarisatie}
           NodeRap={ItemCodeOverzichtRapportage}
           FormulierCode={UniekeCodeFormulier}

Deze sectie kan dan meerdere keren herhaald worden. De codes hebben de volgende betekenis:

           {NR} volgnummer in de sectienaam. Deze moet oplopend zijn 1, 2, 3 enzovoort. Er mag geen volgnummer ontbreken;
           {FormulierCode}: unieke code (UniekeCode) van het Eigen formulier dat ingevuld en getoond moet worden bij het aanklikken van een item in het overzicht. 
                                               Zie voor een nadere toelichting: http://groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=316&D_ID=3#59;
           {ItemCodeOverzichtWerkvoorbereiding}: dit is de code van het item in Werkvoorbereiding waarvoor de geconfigureerde formulier getoond moet gaan worden, zie lijst hieronder;
           {ItemCodeOverzichtInventarisatie}: idem voor het overzicht in Inventarisatie;
           {ItemCodeOverzichtRapportage}: idem voor het overzicht in Rapportage;

De itemcode sleutels mogen achterwege blijven als het formulier bijvoorbeeld alleen in Inventarisatie getoond moet worden. De unieke code van het formulier moet verwijzen naar een eigen formulier dat beschikbaar is in de centrale configuratiemap.

Voorbeeld:
           [NodeFormAction1]
           NodeWvb=N1T5
           NodeInv=
           NodeRap=N1T5
           FormulierCode=Formulier_1

Dit houdt in dat bij het klikken van de node N1T5 in Werkvoorbereiding, het systeem eerst bepaalt welke Eigen formulier van toepassing is. Is dit een bestaand formulier, dan zal bekeken worden of er verplichte vragen zijn voor Werkvoorbereiding. Is dit het geval dan wordt bekeken of deze zijn ingevuld. Zo niet dan wordt het formulier in beeld gezet. Zijn alle vragen wel ingevuld, dan wordt het gekozen tabblad gewoon in beeld gezet.
In dit voorbeeld wordt in Inventarisatie geen actie ondernomen voor dit formulier, immers de code ontbreekt in de definitie.

De volgende codes zijn beschikbaar voor Werkvoorbereiding en Inventarisatie:

 N1T22  Locatie (bij complex gebaseerde inventarisaties) 
N1T1 Projectidentificatie
N1T7 LAVS-koppeling
N1T6 Notities en afspraken
N1T2 NAW gegevens
N2T2AS1 Bronnen (van Deskresearch)
N2T2AS4 Locatie
N2T2AS2 Gebruik
N2T2AS3 Checklist
N1T5 Meldingsformulier
N1T3 Planning inventarisatie
N2T1 Inventarisatiegegevens
N2T5 Uitsluitingen en beperkingen
N2T22 Complexmatrix (bij complex gebaseerde inventarisaties)
N2T6 Analyseopdrachten
N2T4 Afronding
N2R* Alle ruimtes en de complexmatrix

De volgende codes zijn beschikbaar voor Rapportage:

N1 Projectidentificatie
N1T22 Locatie (bij complex gebaseerde inventarisaties) 
N1T7 LAVS-koppeling
N2 Monsters en analyses
N3T1 Algemeen (bij Gegevens)
N3T2 NAW gegevens
N3T5 Locatie
N3T7 Bronnen (van Deskresearch)
N3T6 Gebruik
N3T4 Overige
N3T4 Factuur
N2T3 Analyseresultaten
N8 Veldwerk
N5T1 Algemeen (bij Conclusies en aanbevelingen)
N5T5 Uitsluitingen en beperkingen
N2T22 Complexmatrix (bij complex gebaseerde inventarisaties)
N6T1 Situatieschetsen
N6T2 Kadastrale kaarten
N6T3 Analyseresultaten (bij Bijlagen)
N6T4 SMA-rt
N6T5 Digitale informatiedragers
N6T6 Rapporten validatiemetingen

Let op! Het is mogelijk dat u bepaalde items niet in uw overzicht ziet staan. Dit komt omdat bepaalde invoerschermen uitgeschakeld kunnen zijn via de ShowHide mogelijkheden. Zie voor meer informatie: http://groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=3#54

5.15 Document lezen of formulier invullen verplichten bij starten inventarisatie


 

Het is mogelijk om bij het starten van een inventarisatie een PDF document of een formulier met verplichte vragen in beeld te tonen die verplicht gelezen cq. ingevuld moeten worden, voordat de invulschermen voor de inventarisatie voor verder invullen beschikbaar komen.

De aanpassing is alleen beschikbaar in ProBIS Asbest Inventarisatie, dus niet in Werkvoorbereiding en Rapportage.

De faciliteit wordt geinitieerd door de aanwezigheid van configuratie in het ConfigAlgemeen.ini bestand. Via dit bestand kunnen 2 situaties geconfigureerd worden. De situaties kunnen ook beide gelijktijdig toegepast worden.

PDF in beeld tonen bij starten inventarisatie

De eerste mogelijkheid is om een PDF document in beeld te laten tonen bij het starten/openen van een inventarisatie. Dit document moet dan fysiek weg worden geklikt voordat verder met de inspectie gewerkt kan worden. Er kan dan van uit gegaan worden dat dit document gelezen is.

Om de mogelijkheid beschikbaar te maken dat een PDF in beeld wordt getoond, moet de volgende configuratie gedaan worden in het bestand ConfigAlgemeen.ini:

          [ShowDocumentAtProjectStartup]
          file={bestandnaam van PDF in centrale configuratiemap, zonder mapverwijzing}
          actionByError=1             {gebruik altijd 1}

Naast deze INI moet dan uiteraard ook uiteraard de bij 'file=' genoemde PDF beschikbaar zijn in de centrale configuratiemap!

LET OP!!! voor meer differentiatie is het mogelijk om dit ook aan te geven via de onderzoeksopzet. Het kan dan dus verschillen afhankelijk van de gekozen onderzoeksopzet voor een inventarisatie. Zie voor meer informatie: http://groomecs.nl/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=317&D_ID=3#317  

Voorbeeld:

                        

Geeft bij het starten van een inventarisatie bijvoorbeeld in beeld:

                   

Pas als dit document is gesloten komen de invoerschermen van de inventarisatie in beeld en beschikbaar.

Formulier met verplichte vragen in beeld tonen bij starten inventarisatie

De tweede mogelijkheid is om een formulier met verplichte velden in beeld te tonen bij het starten van een inventarisatie. De verplichte velden van het formulier moeten dan beantwoord zijn voordat verder met de inspectie gewerkt kan worden. Hiermee kan gegarandeerd worden dat een belangrijk eigen formulier is ingevuld.

Voor deze mogelijkheid is een correct opgesteld eigen formulier nodig. In deze situatie mag het géén categorien bevatten! Tevens moeten er tenminste één of meer verplichte vragen in het formulier zijn opgenomen. Zie voor een toelichting op het maken van eigen formulieren voor het ProBIS Asbest systeem: Eigen formulieren aanmaken en onderhouden

Om de mogelijkheid beschikbaar te maken dat een formulier in beeld wordt getoond moet de volgende configuratie gedaan worden in het bestand ConfigAlgemeen.ini:

[ShowFormAtProjectStartup]
FormulierCode=veldformulier
FormulierVerplichtinvullen=1

[NodeFormAction1]
NodeWvb=
NodeInv=N2R*
FormulierCode=veldformulier

Hierin is 'FormulierCode' de unieke code zoals deze aan het formulier is toegewezen via de sleutel 'UniekeCode=' van het eigen formulier. Zie voor meer informatie: Eigen formulieren aanmaken en onderhouden.

Wanneer bij FormulierVerplichtinvullen een 0 wordt aangegeven, dan is er geen verplichting tot het invullen van het formulier. Wanneer een 1 wordt aangegeven en het blokje [NodeFormAction1] is aanwezig, dan kunnen er geen ruimtes bezocht worden voordat het formulier volledig en met geaccepteerde antwoorden is ingevuld.

De code n2R* staat voor de "Toepassingen" node in de treeview, deze wordt uitgeschakeld wanneer het formulier volledig is ingevuld. Deze code is alleen van toepassing op de hier beschreven situatie.

Formuliercode is de unikecode van het eigenformulier in het bestanden EIGENFORMULIER……ini

In EIGENFORMULIER………ini

[General]
Name=Veldformulier aanvullende vragen
NameLong=Aanvullende vragen voor veldformulier
ShowWvb=1
ShowInv=1
ShowRap=1
UniekeCode=veldformulier

{……}

[Vraag1]
Vraag=Voldoet het geconstateerde bouwwerk zoals beschreven in opdracht?
Variabele=VeldFormulierVoldoetBouwwerk
Type=2
Keuzes=Ja#Nee
Default=Ja
ApprovedAnswer=Ja
VraagAanvullendOnderzoek=0
VerplWvb=0
VerplInv=1
VerplRap=0

 Voor de vragen is er een nieuwe parameter ApprovedAnswer bijgekomen, hier kan per vraag worden aangegeven welk antwoord leidt tot het volledig geaccepteerde formulier. Dus alle vragen dienen te worden beantwoord met de desbetreffende geaccepteerde antwoord voordat de tree node "Toepassingen" wordt vrijgegeven.

LET OP!!! voor meer differentiatie is het mogelijk om dit ook aan te geven via de onderzoeksopzet. Het kan dan dus verschillen afhankelijk van de gekozen onderzoeksopzet voor een inventarisatie. Zie voor meer informatie: http://groomecs.nl/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=317&D_ID=3#317  

Voorbeeld:

                        

Zie de link van de 'FormulierCode' met de 'UniekeCode' uit het formulier en dat er tenminste 1 vraag is met een verplichtheid tot invullen in Inventarisatie. Deze bestanden geven bij het starten van een inventarisatie het formulier in beeld:

                   

Het hele scherm is nu disabled gezet. Alleen het scherm voor het invullen van de vragen is beschikbaar. De verplichte vragen van dit formulier moeten ingevuld zijn voordat het overige deel van het scherm weer beschikbaar komt. Is dus vraag 1 beantwoord dan ziet het scherm er als volgt uit:

                   

En kan er verder in het project gewerkt worden.

X

5.16 Instellingen in LAVS Algemeen.ini


 

Zie voor een toelichting op de mogelijke instellingen via LAVS Algemeen.ini het volgende document: http://groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=33#231

5.17 Toestemming geven voor loggen van diagnostische gegevens


  Vanaf versie 3.7.3 wordt u verzocht om fysiek toestemming te geven voor het loggen van diagnostische gegevens. Is deze keuze nog niet gemaakt dan verschijnt éénmalig de keuze om de logging van diagnostische gegevens door GCS toe te staan of af te wijzen:

                     

Lees voor het maken van uw keuze eventueel de GCS policy met betrekking tot de logging van diagnostische gegevens op www.groomecs.com.

De gemaakte keuzes JA of NEE worden vastgelegd in ConfigAlgemeen.ini, in de sleutel 'Permission' van de sectie [Log] (OK of NOTOK). Indien u kiest voor ANNULEREN dat wordt het bestand niet aangemaakt en krijgt u later opnieuw de vraag.

Aangezien GCS Server service ook logging uitvoert maar geen user interface heeft, moet de toestemming HANDMATIG in GCS Server.ini doorgevoerd te worden. Hiervoor is ook de sectie [Log] met sleutel 'Permission' toegevoegd. Hou er wel rekening mee dat hiervoor versie 2.10.22 van GCS Server benodigd is en dat de service eventueel herstart moet worden om met de actieve instelling te werken! Standaard staat logging voor GCS Server aan.

5.18 Keuzelijst Geschiktheid.dat en mogelijkheden voor rapportage


  Voor de keuzelijst voor de geschiktheid van het onderzoek, worden de termen ingelezen uit het bestand 'Geschiktheid.dat' (vanaf versie 3.7.3):

                   

Dit bestand heeft naast het aangeven van de termen voor in de keuzelijst, ook functionaliteit bij het rapporteren van deze gegevens. Elke regel uit het bestand 'Geschiktheid.dat' ziet er namelijk als volgt uit:

       Term in keuzelijst|Term voor rapportage lange tekst|Term voor rapportage korte tekst|Alternatieve tekst voor scriptcommando GESCHIKTHEIDONDERZOEKTEKST

Voorbeeld:

       Voor renovatie zonder de bouwkundige integriteit aan te tasten|Voor renovatie zonder integriteit aan te tasten|renovatie zonder aantasten gebruiksintegriteit|renovatie zonder aantasten 

De instellingen van dit bestand hebben invloed op de rapportage van de scriptcommando's GESCHIKTHEIDONDERZOEKTEKST, GESCHIKTHEIDONDERZOEKTOELICHTING, GESCHIKTHEIDONDERZOEK en DOELRAPPORTTABEL. Zie voor een toelichting de handleiding doorvoor.

5.19 Autonummering projecten


  In ProBIS Asbest is het mogelijk om voor projecten automatisch volgnummers aan te laten maken.

Om dit actief te maken en in te stellen moet u in ieder geval wijzigingen doorvoeren in ConfigAutoNummering.ini. Daarnaast dient u, indien u van unieke nummering per OnderzoeksOpzet gebruik wilt maken, het bestand OnderzoeksOpzet.ini aan te passen. De mogelijkheden voor handmatige configuratie in dit bestand worden in dit hoofdstuk beschreven.

In de volgende tabel worden de sleutels in ConfigAutoNummering.ini weergegeven die handmatig actief, ingesteld en aangepast kunnen worden:

Sectie  Sleutel

Functie

Opmerking/voorbeeld

[Projectcode]

Active

Of de projectcode automatisch aangemaakt moet worden

Standaard 0. Waarde 1 betekent dat een nummer wordt voorgesteld voor projectcode. Het volgnummer wordt bijgehouden in Counter_Projectcode.ini dat wordt aangemaakt in de Program folder of Config centraal indien de eerste onvoldoende rechten biedt

 

NrDigits

Aantal digits dat minimaal voor een projectcode van toepassing moet zijn

Standaard 0. Waarde groter dan 0 betekent dat er extra nullen worden toegevoegd voor het getal

 

Prefix

Vaste tekst die altijd vóór de projectcode geplaatst moet worden

Standaard leeg. Voorbeeld 'Inventarisatie-'. Mag code {yyyy} of {yy} bevatten, deze worden vervangen door jaartal

 

Postfix

Vaste tekst die altijd achter de projectcode geplaatst moet worden

Standaard leeg. Voorbeeld '-001'. Mag code {yyyy} of {yy} bevatten, deze worden vervangen door jaartal

 

UniqueNumberAutoNumbering

Instelling of een uniek volgnummer per OnderzoeksOpzet gebruikt moet worden of slechts een algemene waarde

Standaard uit. Indien waarde 1 dan wordt een uniek volgnummer per onderzoeksopzet gebruikt

Het te gebruiken volgnummer is opgeslagen in een bestand met de naam 'Counter_Projectcode.ini', deze wordt opgeslagen in de \Program folder van uw installatie. De inhoud van het bestand kan er als volgt uitzien:

       [AutoNumber_General]
       LastNumber=5
       Code=General

Het laatst gebruikte volgnummer is dus waarde 5.

Indien voor de instelling UniqueNumberAutoNumbering de waarde 1 van toepassing is, dan moeten er wijzigingen gemaakt worden in het bestand OnderzoeksOpzet.ini. Het houdt in dat u dan voor elke OnderzoeksOpzet definitie een 'Prefix' en 'Postfix' sleutel moet toevoegen. Deze gaan dan voor op de prefix en postfix uit het bestand ConfigAutoNummering.ini zoals hierboven beschreven. Indien in een OnderzoeksOpzet definitie informatie ontbreekt dan worden de instellingen uit ConfigAutoNummering.ini gebruikt.
Zie voor meer informatie over OnderzoeksOpzet.ini: http://groomecs.net/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=334&D_ID=3#317

5.20 Koppeling PostcodeNL API: postcodes en adressen valideren


 

Het is nu mogelijk om postcodes en adressen op te laten halen uit de BAG via een nieuwe, optionele koppeling met de PostcodeNL API. Het betreft een optionele module die u beschikbaar kunt krijgen door contact op te nemen met de GCS Helpdesk. Tevens is er een abbonnenment bij PostcodeNL voor nodig.

Controleer of u de module beschikbaar heeft via de menuoptie Configuratie en Licentie. Hier moet dan bij de actieve modi vermeld staan: 'PostcodeNL Koppeling'.

Om postcodes of adressen op te kunnen halen dient u een abonnement af te sluiten bij PostodeNL. Zie voor de mogelijkheden https://services.postcode.nl/adresdata/api en kies dan voor één van de keuzes API Forms, Lite, Basic of Pro. Na het afsluiten van het abonnement ontvangt u een unieke APIKey en APISecret. Deze kunt u via het configuratiescherm van Werkvoorbereiding doorvoeren voor uw systeem:

                  

U kunt hier de Key en Secret kopieren en inplakken. Met behulp van de Test button kunt u een test uitvoeren en bekijken of de koppeling werkt met de geconfigureerde instellingen.

Er is een nieuwe DLL nodig in de \Program folder: Newtonsoft.Json.dll. Vraag deze zonodig op bij de GCS Helpdesk.

Er zijn een aantal mogelijkheden om gebruik te maken van de koppeling om gegevens op te slaan. Deze worden onderstaand toegelicht:

1. Invoer huisnummer, huisnummer toevoeging en postcode in aparte velden om adres op te vragen

In bepaalde situaties kunt u in de ProBIS Asbest software voor een adres apart het huisnummer, de huisnummertoevoeging en de postcode invoeren. Bijvoorbeeld voor het adres van de onderzoekslocatie:
                     

Als u nu het huisnummer en de postcode invoert (huisnummer letter is optioneel) en vervolgens in het Straatnaam of Plaatsnaam veld klikt, dan zal de applicatie via de PostcodeNL API de gegevens opvragen en invullen:

                   

Op deze manier is het adres van de locatie en van de verschillende adressen binnen een Complex op te vragen.

2. Invoer straat, huisnummer, huisnummer toevoeging en woonplaats in aparte velden om postcode op te vragen 

In genoemde situaties is het ook mogelijk om de postcode bij een adres op te laten vragen. U vult dan tenminste de straatnaam, het huisnummer en de woonplaats in. Klik u vervolgens in het postcode veld dan wordt de postcode opgehaald via de PostcodeNL API en in het veld getoond.

3. Invoer huisnummer, huisnummer toevoeging en postcode in samengevoegde velden om adres op te vragen

In bepaalde situaties kent de ProBIS Asbest software niet een gescheiden veld voor de straatnaam en het huisnummer. Een voorbeeld daarvan zijn de gegevens van de opdrachtgever. In dat geval moet u het huisnummer en de eventuele toevoeging invoeren in het 'Adres' veld:                     

                   
 
Als u nu vervolgens in het Plaatsnaam veld klikt, dan zal de applicatie via de PostcodeNL API de gegevens opvragen en invullen:

                   

De straatnaam wordt dus voor de ingevoerde huisnummer en eventuele toevoeging geplaatst.

Op deze manier zijn het adres van de Opdrachtgever, Eigenaar en wijzingen in de KIS Database op te vragen.

4. Invoer straat, huisnummer, huisnummer toevoeging en woonplaats in samengevoegde velden om postcode op te vragen

In de situatie zoals beschreven onder 3 is het ook mogelijk om de postcode bij een adres op te laten vragen. U vult dan de straatnaam met het huisnummer en eventuele toevoeging in in het 'Adres' veld, Daarnaast vult u de woonplaats in. Klik vervolgens in het postcode veld, de postcode wordt opgehaald via de PostcodeNL API en in het veld getoond.

5.21 Blootstellingregistratie, registratie van de blootstelling in een database


  Het is mogelijk om de blootstelling voor een project tijdens het werken in het veld te laten berekenen en te tonen in een bericht op scherm. Tevens is het, optioneel, mogelijk om in de kantoor omgeving een database te laten vullen met alle informatie over de blootstelling aan asbest per medewerker. Zie voor meer http://groomecs.nl/DOCU/ViewDocument.php?D_ID=&A_ID=245&D_ID=41

5.22 Instelmogelijkheden voor universele GCS Script


  Het is mogelijk om gebruik te maken van het universele GCS script voor het aanmaken van uw rapporten. Dit script wordt geleverd én onderhouden door GCS. Het heeft een indeling die voldoet aan de geldende normen en de eisen van CI. Indien blijkt dat wijzigingen nodig zijn door aangepaste eisen of normen, dan worden deze door GCS doorgevoerd en aan u beschikbaar gesteld. De opmaak is via een eenvoudig configuratiebestand aan te passen naar uw eigen situatie wat betreft lettertype van de hoofdtekst, kleur van de koppen van de tabellen en logo's.

Om uw bestaande scripts te vervangen door het universele script van GCS kunt u contact opnemen met de helpdesk. U ontvangt dan een set bestanden die u in de \Config centraal folder kunt plaatsen. Zorg er wel voor dat u vooraf een backup heeft gemaakt van uw configuratie, omdat het universele script deze laat vervallen!

Voor de configuratie is bij de set het bestand 'GCS script Rapport Opmaak.ini' aanwezig. De inhoud van dit bestand is als volgt:

Sectie  Sleutel

Functie

[General]

Font

Hiermee kan een lettertype worden ingesteld dat dynamisch wordt toegepast in het script
Font=Arial

 

ReplaceFontTo

Lettertype dat gebruikt moet worden bij het vervangen van de hoofdtekst aan het eind van het genereren

 

ReplaceFontBaseSize

Lettergrootte dat gebruikt moet worden bij het vervangen van de hoofdtekst aan het eind van het genereren

 

HeaderBackColor

Achtergrondkleur van de headers van tabellen
HeaderBackColor=-603923969

 

HeaderBackColorMacro

Naam van de macro uit MIRAS.DOT die gebruikt moet worden bij het instellen van een header


Verder is het mogelijk om de volgende bestanden naar wens te plaatsen in '\Config centraal': 

  • Logo.png over andere extensie: indien dit bestand aanwezig is wordt het als koptekst boven het voorblad en de volgende pagina's geplaatst;

  • LogoFooterReport.png over andere extensie: indien dit bestand aanwezig is wordt het als afbeelding in de voettekst van het voorblad geplaatst;

  • 'Certificaat bedrijf.docx': Word document met een of meer kopiën van de certificaten van het bedrijf

  • 'GCS Script Calamiteitenplan.docx': Word document met calamiteitenplan voor Veldwerkformulier
  • 'EIGENFORMULIER_ChecklistInventarisatieplan.ini', 'EIGENFORMULIER_RIE checklist.ini' en 'EIGENFORMULIER_Arbeidsmiddelen.ini' als optionele eigen formulieren voor het veldwerkformulier
En via de persoonlijke configuratie:
  • ParTechnischVerantwoordelijke.png of andere extensie: handtekening voor aftekenen door technisch verantwoordelijke

  • 'Certificaat persoon.docx': Word document met een of meer kopiën van de certificaten van de DIA's

Om het universele script beschikbaar te maken moeten de volgende stappen doorlopen worden voor een bedrijf:
  1. Maak een backup van de \Program, \Config centraal en \Users folder;
  2. Update ProBIS Asbest en GCS Server Service naar de meest actuele versie (3.7.5.10 of hoger);
  3. Controleer de update op basis van de informatie op het licentiescherm;
  4. Plaats de basisbestanden in \Config centraal. De bestanden zijn te verkrijgen via de GCS Helpdesk;
  5. Maak LOGO.PNG (of andere extensie) aan met de logo van uw bedrijf;
  6. Plaats en pas eventueel LogoFooterReport.png (of andere extensie) aan met de juiste logo's;
  7. Pas 'Certificaat bedrijf.docx' aan en zet er een scan van het bedrijfscertificaat in;
  8. Pas 'Certificaat persoon.docx' aan in de persoonlijke configuratiefolder. Dit is optioneel, het bestand mag achterwege blijven;
  9. Pas 'ParTechnischeVerantwoordelijke.png' (of andere extensie) uit de persoonlijke configuratiefolder aan met de handtekening van de technische verantwoordelijke;
  10. Voer naar wens specifieke wijzigingen door in 'GCS script Rapport Opmaak.ini' om bedrijfsspecifieke wensen door te voeren;
  11. Open Asbest Rapportage en test het aanmaken van een document met het universele script. Voer zonodig finishing touch door;
  12. Zet de updates klaar voor de tablets vanuit Asbest Werkvoorbereiding
Voorbeeld van het universele GCS script voor adres gebaseerde inventarisatie: Voorbeeld universeel script adres.pdf

Voorbeeld van het universele GCS script voor complex gebaseerde inventarisatie: Voorbeeld universeel script complex.pdf

X

5.23 Planning kunnen mailen aan inspecteurs en andere belanghebbenden


 

Het is mogelijk om de planning voor uitvoering van de werkzaamheden voor de inventarisatie, vanuit Asbest Werkvoorbereiding direct als 'Kalender bestand' per mail aan de uitvoerende inspecteur(s) en eventueel andere e-mail ontvangers te versturen. Deze mogelijkheid is beschikbaar direct nadat er een melding is gedaan of separaat via de button 'Mail planning':

                   

Is de faciliteit volledig geconfigureerd dan zal na het verzenden van de planning een mail zoals onderstaand worden verzonden naar de uitvoerende DIA en eventueel andere geconfigureerde ontvangers:

                   

Bij deze mail zit dan een 'Kalender bestand' die door dubbelklikken kan worden toegevoegd aan de Outlook agenda:

                   

De mails worden verzonden aan de uitvoerende DIA-ers die zijn geselecteerd bij 'Uitvoeren door'. De mail adressen van deze DIA-ers worden gehaald uit het configuratiebestand INSPECTEURS.DAT. Voor elke DIA in dit bestand moet via rubriek 3 het mail adres worden aangegeven. Is dit niet gedaan dan wordt een foutmelding getoond tijdens het verzenden van de mail.
Naast de verzending aan de DIA-ers, kan via de configuratie (zie onder) aangegeven worden aan welke vaste e-mail adressen de planning gemaild moet worden. Dit kan dan gesplitst zijn in adressen om toe te passen als de mail wordt verzonden direct na het doen van een melding en als de button voor verzenden wordt geklikt.

Om de faciliteit actief te maken moet een bestand met de naam 'MailPlanning.ini' in de map wordt gezet. Nadat de eerste keer op de button is geklikt zal deze met defaultwaarden ingevuld zijn. Daarbij worden de gegevens voor het verzenden via SMTP overgenomen uit de persoonlijke configuratie. Aanpassingen in het configuratiebestand kunnen daarna handmatig worden doorgevoerd.

De inhoud van het configuratiebestand is als volgt:

Sectie  Sleutel

Functie

[General]

MailBijMelding

Of bij het doen van een melding de planning verzonden moet worden 1 of niet 0

[Email]

SMTP

Adres voor SMTP server voor verzending mail 
 

Port

Poort voor SMTP server 
 

UseSSL

Of SSL gebruikt moet worden (1) of niet (0) 
 

UseAuthentication

Of authenticatie gebruikt moet worden (1) of niet (0) 
 

CredentialsAccount

Indien authenticatie: account 
 

CredentialsPassword

Indien authenticatie: wachtwoord. Deze kan niet via het configuratiebestand ingevoerd worden. Laat dit zonodig leeg, het programma vraagt de eerste keer dan om het in te voeren. Het wordt dan versleuteld opgeslagen in het configuratiebestand
 

EmailVan

E-mail adres dat als afzender wordt weergegeven in de mail
 

EmailVanNaam

Naam van de afzender dat wordt weergegeven in de mail
 

EmailVoorVerzendenViaButton

Optionele reeks van e-mail adressen waaraan elke mail verzonden moet worden als de verzending via de button plaatsvindt. Reeks dient gescheiden te worden met ; 
 

EmailVoorVerzendenNaMelding

Idem, maar voor de situatie dat de mails na het doen van een melding verzonden worden
[Calendar]

SamenvattingInleidendeTekst

Label voor de samenvatting/onderwerp van de kalender item
 

BodyTekst

Bodytekst voor het kalender item. Deze mag HTML codes bevatten om opmaak te bepalen. Zie ook de toegestane bijzondere codes zoals hieronder beschreven bij de body tekst voor de e-mail 
[EmailLayout]

SubjectInleidendeTekst

Inleidende tekst voor het onderwerp van de e-mail
 

BodyTekst

Bodytekst. Deze mag HTML codes bevatten om opmaak te bepalen
Tevens mogen in de tekst de volgende codes worden gebruikt: [PROJECTCODE] wordt vervangen door projectcode, [LOCATIE] wordt vervangen door adres, [DATUM] wordt vervangen door begindatum en tijd, [STARTDATUM] wordt vervangen door de startdatum, [STARTTIJD] wordt vervangen door de starttijd, [EINDTIJD] wordt vervangen door de eindtijd, [OPMERKING#1] wordt vervangen door de omschrijving opdracht en de notities waarvan de titel begint met 'agenda:', [OPDRACHTGEVER] wordt vervangen door naam opdrachtgever, [BEDRIJF] wordt vervangen door de bedrijfsnaam uit de configuratie (zie onder) en [CONTACTPERSOON] wordt vervangen door de projectleider naam uit de configuratie (zie onder)

 

Bedrijfsnaam

Bedrijfsnaam die onder de mail moet komen te staan
 

Contactpersoon

Contactpersoon naam die onder de mail moet komen te staan

5.24 Status instellen op adressen en/of ruimte/bronnen in Complexmatrix


 

Het is nu mogelijk om op de complexmatrix een status in te stellen op elk adres in de adressenkolom of op elke ruimte/bronnen combinatie in de horizontale header regel. Dit kan er als volgt uitzien:

                   

Aan elke status hangt een kleur welke een visuele indruk mogelijk maakt. De omschrijving van de status is te zien via de tooltip op elke button en headercel:

                   

U kunt de status op een adresbutton of headercel instellen via het contextmenu. Klik hiervoor de button/headercel aan met de rechter muisknop of klik en houd vast op touch screens (tablets). Voor de adressen verschijnt dan bijvoorbeeld het volgende contextmenu:

                   

Na selectie van een van de statussen of de, altijd aanwezige, status om de status te verwijderen, wordt de celkleur en tooltiptekst aangepast aan uw instellingen voor de statussen.

Voor het toepassen van het instellen van statussen wordt automatisch een tweetal nieuwe secties toegevoegd aan ConfigAlgemeen.ini:

  • [StatusAdresComplex]: voor het configureren van de status voor de adreskolom;

  • [StatusRuimteBronComplex]: voor het configureren van de status voor de ruimte/bron headercellen

Onder beide statussen is dan een sleutel aanwezig om de functionaliteit eventueel uit te zetten:

  • Active: sleutel om de functionaliteit voor statussen op de button of headercel aan (1) of uit (0) te zetten

Indien de functionaliteit actief staat, kunnen vervolgens één of meer statussen geconfigureerd worden:

  • Code{nr}: een unieke code voor de status. Deze wordt ook opgeslagen als geselecteerde waarde voor een adres of headercel;

  • Value{nr}: tekst voor de status in het contextmenu. Deze kan later veranderd worden; 

  • BackColor{nr}: de achtergrondkleur voor de button of headercel. Uitdrukken in RGB kleur;

  • Report{nr}: tekst die in het rapport voor de status getoond moet worden.
Waarin {nr} een correct opvolgend nummer is. De status 'Verwijder status' hoeft niet in de configuratie toegevoegd te worden, deze is altijd aanwezig in het contextmenu!

Voorbeeld:

          [StatusRuimteBronComplex]
          Active=1
          Code1=Afgerond
          Value1=Afgerond
          BackColor1=132,255,132
          Report1=Afgerond
          Code2=NietAfgerond
          Value2=Nog niet afgerond
          BackColor2=255,132,132
          Report2=Nog niet afgerond  

5.25 Flexibel instellen opslaglocatie projectfolders en methode van archiveren 'ConfigOpslaglocaties.ini'


 

Vanaf versie 3.8.1 is het mogelijk om een flexibele locatie voor opslag van de projectfolder van een inventarisatie te kunnen kiezen. Tevens kan aangegeven worden of de projectfolder bij het archiveren verplaatst moet worden en naar welke locatie dat dan moet gebeuren.

LET OP!

Indien u gebruik gaat maken van de faciliteiten die deze nieuwe mogelijkheid biedt, dan moet u versie 2.10.26 van GCS Server Service actief hebben. Tevens moet u alle tablets in uw organisatie ook op versie 3.8.1 hebben draaien voordat u deze nieuwe mogelijkheden gaat gebruiken! Het versturen naar de tablets en terugontvangen wordt namelijk op een andere manier afgehandeld.

LET OP!

Het instellen van het flexibel gebruiken van de opslaglocatie voor de projectfolder en de methode van archiveren wordt bepaald door de instellingen in het configuratiebestand 'ConfigOpslaglocaties.ini'. In deze sectie wordt de werking toegelicht.

De volgende secties en sleutels zijn in potentie beschikbaar in dit configuratiebestand:

Sectie  Sleutel Betreft Zie voor toelichting

[Save]

Mode

Dit is de instelling voor het omgaan met de mogelijkheden om een flexibele opslaglocatie voor projectfolders te gebruiken en de manier om ze te kiezen. Mogelijke waarden 1=button voor selectie alternatief pad beschikbaar, 2=keuzelijst met standaard gedefinieerde alternatieve locaties beschikbaar, 3=zowel 1 als 2 actief of 0=standaardmethode van keuze opslaglocatie gehandhaafd (standaard)

1, 2

 

MoveProjectFoldersAvailable

Via deze optie is er een menuoptie in de ProBIS Asbest applicaties beschikbaar te maken, waarmee het mogelijk is om een selectie van projecten te verplaatsen naar een andere locatie voor opslag. Is alleen mogelijk in combinatie met [Save], Mode is niet 0 

6

[SaveTemplate_{volgnummer}]  

Heeft alleen een functie indien [Save], Mode heeft de waarde 2! Via deze sectie kan ingesteld worden welke paden gebruikt moeten worden voor een 'Standaard' set van opslag en archivering zoals het bij het aanmaken van een nieuw project gekozen kan worden. Deze sectie kan dus meerdere keren herhaald worden

2

 

Description

Mag voor deze sectie de omschrijving bevatten die in de keuzelijst wordt getoond

2

 

Path

Een geldig pad dat de locatie aangeeft voor de opslag van de projectfolder. De codes {jaar} en {projectcode} mogen in de definitie worden gebruikt

2

 

Archive

Een geldig pad dat de locatie aangeeft voor de locatie van archivering van de projectfolder. De codes {jaar} en {projectcode} mogen in de definitie worden gebruikt. Heeft alleen een functie indien [Archive], Mode=2

2

 

Default

Hiermee kan aangegeven worden of de set standaard geselecteerd moet worden bij het aanmaken van nieuwe projecten (waarde=1)

2

[Archive]

Mode

Dit is de instelling voor het omgaan met de mogelijkheden om een flexibele locatie van archiveren van de projectfolder te kiezen. Mogelijke waarden 1=er is een vast pad geconfigureerd (zie [ArchiveType1], AlternativeLocation) waarnaar de projectfolders worden verplaatst tijdens het archiveren, 2=button voor selectie alternatief pad van archivering direct beschikbaar bij aanmaken project of 0=standaardmethode, projectdata blijft op dezelfde locatie bij archiveren (standaard)

3, 4

[ArchiveType1]

AlternativeLocation

Heeft alleen een functie indien [Archive], Mode heeft de waarde 1! Via deze sleutel kan een vast, geldig pad aangegeven worden waarnaar de projectfolders worden verplaatst tijdens het archiveren. De code {jaar} mag in de definitie worden gebruikt

3

[RefreshPaths] Path_{volgnummer}

Via deze sectie kunnen één of meer locatiepaden opgegeven worden die doorzocht moeten worden bij het 'Overzicht controleren' in de ProBIS Asbest software. Bij het controleren worden de hier geconfigureerde paden aanvullend doorzocht op nieuwe projecten

5

 

Hierin is {volgnummer} een oplopende volgnummer 1, 2, 3 enzovoort. Deze moet ononderbroken doorlopen

Indien gebruikt gemaakt van de mogelijkheden wordt dit nu toegepast op beide applicaties in één keer!


1. [Save] methode 1 of 3 ingesteld

Indien voor de sectie [SAVE] de waarde 1 of 3 is ingesteld, verschijnt tijdens het aanmaken van een nieuw project een extra button naast het, altijd al aanwezige, veld voor de opslaglocatie van het aan te maken project:

                  

U kunt er nu voor kiezen om de locatie van opslag aan te passen en het project op een alternatieve locatie op te laten slaan. De instelling voor deze mogelijkheid ziet er als volgt uit:
     [SAVE]
     Mode=1               (of Mode=3)
Er zijn geen verdere instellingen nodig bij Mode=1. Bij Mode=3 zijn de instellingen nodig die bij punt 2 nader zijn beschreven.

2. [Save] methode 2 of 3 ingesteld

Indien voor de sectie [SAVE] de waarde 2 of 3 is ingesteld, verschijnt tijdens het aanmaken van een nieuw project een selectiescherm 'Standaard opslaglocatie':

                   

 Via de secties [SaveTemplate_{volgnummer}] zijn daarvoor de definities aan te maken. Selectie van een keuze in de lijst wijzigt de opslaglocatie en, indien zichtbaar via [Archive}, de locatie voor archiveren.

De instelling voor deze mogelijkheid ziet er als volgt uit:
     [SAVE]
     Mode=2               (of Mode=3)
     [SaveTemplate_1] 
     Description=Alternatief1
     Path=C:\Apps\Projecten {jaar}\ProBIS Data
     Archive=C:\Apps\Archief {jaar}\ProBIS Data
     Default=1

De secties SaveTemplate kunnen meerdere keren herhaald worden.

3. [Archive] methode 1 ingesteld

Indien voor de sectie [Archive] de waarde 1 is ingesteld, dan kiest u er voor om bij het archiveren van projecten de projectfolder van die projecten direct naar een alternatieve opslaglocatie te verplaatsen. Deze locatie is dan te configureren via de sectie [ArchiveType1], sleutel AlternativeLocation. Hier moet een correct pad aangegeven zijn.

De instelling voor deze mogelijkheid ziet er als volgt uit:
     [Archive]
     Mode=1
     [ArchiveType1]
     AlternativeLocation=C:\Apps\Archief {jaar}\ProBIS Data 

Dit pad wordt dus altijd, zonder extra vraag gebruikt om de projectfolders van gearchiveerde projecten te plaatsen.

4. [Archive] methode 2 ingesteld

Indien voor de sectie [Archive] de waarde 2 is ingesteld, verschijnt tijdens het aanmaken van een nieuw project een extra invoerveld met button om direct al de archieflocatie voor de projectfolder aan te geven die gebruikt moet worden op het moment van archiveren: 

                   

De instelling voor deze mogelijkheid ziet er als volgt uit:
     [Archive]
     Mode=2

Eventueel kan meegelift worden met de standaard opslaglocatie zoals beschreven onder punt 2. Het eenmal aangegeven pad wordt dus altijd, zonder extra vraag gebruikt om de projectfolder te plaatsen bij archiveren.

5. Paden voor controle overzicht uitbreiden [RefreshPaths]

Indien voor de sectie [SAVE] de waarde 2 of 3 is ingesteld, verschijnt tijdens het aanmaken van een nieuw project een extra button naast het, altijd al aanwezige, veld voor de opslaglocatie van het aan te maken project:

                   

De instelling voor deze mogelijkheid ziet er als volgt uit:
     [RefreshPaths] 
     Path_1=C:\Apps\Projecten

6. Projectmappen verplaatsen naar andere basislocatie MoveProjectFoldersAvailable

Via deze optie MoveProjectFoldersAvailable is er een menuoptie in de ProBIS Asbest applicaties beschikbaar te maken, waarmee het mogelijk is om een selectie van projecten te verplaatsen naar een andere locatie voor opslag. De menuoptie komt als volgt beschikbaar:

                   

De instelling voor deze mogelijkheid ziet er als volgt uit:
     [SAVE]
     Mode=1               (of 2 of 3) 
     MoveProjectFoldersAvailable=1
Laat de menuoptie zien

5.26 Instellen scherm met details projecten 'ProjectDetailsSchermRap.ini' en 'ProjectDetailsSchermInv.ini'


 

Los van de informatie in de databestanden van een inventarisatie, worden ook kenmerken opgeslagen in de projectdatabases. Deze informatie wordt gebruikt om het overzicht op de hoofdschermen op te bouwen. Het is vanaf versie 3.8.1 mogelijk om deze informatie in te zien, hiervoor is de nieuwe menuoptie 'Toon details' beschikbaar gekomen:

                   

Na het selecteren van een regel in het overzicht en het klikken van deze menuoptie verschijnt het volgende scherm in beeld met informatie over het geselecteerde project zoals het in de projectdatabase aanwezig is:

                   

In de basis worden hier alle velden uit de projectdatabase en dus het overzicht getoond. U heeft echter de mogelijkheid om bepaalde velden onzichtbaar te maken en de labels in de eerste kolom naar wens aan te passen. Hiervoor zijn 2 configuratiebestanden beschikbaar; ProjectDetailsSchermRap.ini en ProjectDetailsSchermInv.ini. De bestanden zien er als volgt uit:

                   


De volgende instellingen kunnen gedaan worden in deze ini bestanden. Indien de bestanden ProjectDetailsSchermRap.ini en ProjectDetailsSchermInv.ini ontbreken worden ze automatisch aangemaakt en kunt u deze daarna naar wens zelf aanpassen:

Sectie  Sleutel

Functie

[Setting_{volgnummer}]

Databasefield

Dit is de naam van het databaseveld uit de projectdatabase en wordt gebruikt om de koppeling met de instellingen te maken

 

Show

Bepaalt of de regel wel of niet getoond moet worden. Standaard 1, aan
 

Label

Vervangende tekst voor kolom 1. Bij standaard aanmaken komt hier dezelfde naam te staan als bij DatabaseField. Bij label kan dit zonder problemen aangepast worden

Hierin is {volgnummer} een oplopende volgnummer 1, 2, 3 enzovoort. Deze moet ononderbroken doorlopen

5.27 Instellen Autonummering Monsters


  In het configuratiescherm op het tabblad Autonummering kan onder andere de autonummering voor de monsters worden ingesteld.



Er moet voor elk van de vijf type (Materiaalmonster, luchtmonster, kleefmonster, veegmonster en visueel monster) worden aangegeven wat het voorvoegsel, het aantal digits en het achtervoegsel is.
voor het achtervoegsel kunnen de volgende tamplate codes worden opgenomen.
  • {yy}               De twee cijfers van het jaartal worden ingevuld in de monsternaam
  • {yyyy}           De vier cijvers van het jaartal worden ingevuld in de monsternaam
  • {projectcode}  De projectcode wordt ingevuld in de monsternaam
  • {bronnaam}    De naam van de bron wordt ingevuld in de monstercode
  • {Spatie}         Alleen op de eerste positie! Om een spatie tussen het nummer en het achtervoegsel in te vullen.

de instelling uit de bovenstaande schermafbeelding levert voor het 10e materiaalmonster de volgende monsternaam op:  M10 - Vensterbank

6 Voorbeeld rapportages uit ProBIS Asbest


  Voorbeeld van een adres gebaseerde inventarisatie: Voorbeeld GCS script adres gebaseerd_2017-0002.pdf

Voorbeeld van een complex gebaseerde inventarisatie: Voorbeeld GCS script complex gebaseerd_2017-0001.pdf

Voorbeeld van een NEN2991 onderzoek: Voorbeeld GCS NEN2991.pdf

Voorbeeld van het universele GCS script voor adres gebaseerde inventarisatie: Voorbeeld universeel script adres.pdf

Voorbeeld van het universele GCS script voor complex gebaseerde inventarisatie: Voorbeeld universeel script complex.pdf